Burgeroorlog, economische crisis, politieke instabiliteit en de pandemie hebben de bevolking van het Midden-Oosten geteisterd. Velen zien geen toekomstperspectief meer en honderdduizenden zijn naar het buitenland gevlucht of leiden een miserabel leven als binnenlandse ontheemden. De regio blijft een prioriteit voor Kerk in Nood. Het primaire doel van onze hulp is om de Christenen er hoop te geven en hen te steunen om in hun thuisland te blijven, de bakermat van het christendom.

Veel Christenen in het Midden-Oosten lijden nog steeds onder de gevolgen van oorlog en IS-terreur. Ook de economische en politieke situatie boezemt de mensen angst in, zodat velen een betere toekomst in het buitenland blijven overwegen. Regelmatig ontvangen we berichten over aanslagen, intimidatie door milities en verhalen over de misère die het gevolg is van een mengeling van sancties, verwoesting en corruptie.






Een documentaire over de jarenlange genocide op Christenen in Irak en hun dilemma: blijven in wat eens de bakermat van het Christendom was... of vertrekken. Vanwege internationale filmrechten is deze film van CRTN, onderdeel van Kerk in Nood, alleen met een wachtwoord te zien. Meld u aan en krijg gratis toegang.
Een lichtpuntje voor de christenen in het Midden-Oosten was de reis van de paus naar Irak in maart 2021. Het bezoek bemoedigde de gelovigen en bood hen nieuw zelfvertrouwen - niet alleen in Irak zelf, maar in het hele Midden-Oosten. Christenen nieuwe hoop geven is ook ons doel in de regio. Zo konden we in 2021 voor meer dan 10,8 miljoen euro projecthulp verlenen in de prioritaire landen Syrië en Libanon. Dit omvatte noodhulp voor voedsel en medicijnen, steun voor senioren en studenten, materiële hulp voor zusters, Misintenties voor priesters en fondsen voor de wederopbouw van pastorale structuren, alsmede noodhulp voor kerkelijke scholen en ziekenhuizen.




De katholieke parochie in Gaza bereidt zich voor op de adventstijd tijdens een onstabiel staakt-het-vuren. Vanuit het hart van de verwoeste stad beschrijft pater Gabriel Romanelli van de Heilige Familieparochie een rampzalige situatie. Hoewel de parochie nu hulp biedt aan 12.000 gezinnen, is er volgens hem geen sprake van wederopbouw.
Kerstmis nadert, maar de voorbereidingen in Gaza vinden plaats in een sfeer van onrust. “De wereld moet weten dat er hier meer dan twee miljoen mensen zijn die niets hebben en alles nodig hebben”, waarschuwt pater Gabriel Romanelli in een interview met Kerk in Nood (ACN), bijna anderhalve maand na het begin van het staakt-het-vuren tussen Israël en Hamas.
“De internationale gemeenschap moet duidelijk maken dat mensen volgens het internationaal recht in hun eigen land mogen wonen”, zegt de priester van de enige katholieke parochie in Gaza. “We moeten bidden. We moeten veel bidden. Voor vrede en voor alle inwoners van dit Heilige Land, of het nu Gaza, Palestina of Israël is.”
Sinds het begin van het fragiele bestand op 10 oktober proberen de mensen nog steeds te herstellen. “Sommigen hebben geprobeerd hun huizen of wat daarvan over is schoon te maken”, vertelt de priester aan Kerk in Nood. “Maar er is een gebrek aan machines om de straten en het land op te ruimen, en de meest essentiële infrastructuur – stromend water, riolering, elektriciteit – is beschadigd. Er is geen sprake van wederopbouw. Het gebrek aan middelen en aan vooruitzichten maakt dat de mensen onrustig zijn en lijden.”
Ondanks de luchtaanvallen op 19 en 22 november heeft het staakt-het-vuren gezorgd voor een voorzichtige maar reële onderbreking van de gevechten. “Sinds de gevechten zijn gestopt, heeft het Latijnse Patriarchaat van Jeruzalem [waar de parochie in Gaza onder valt] ons belangrijke hulp kunnen sturen, waarmee we meer dan 12.000 gezinnen hebben kunnen helpen”, zegt de pastoor van de Heilige Familie. Diverse organisaties hebben fruit, groenten en basisproducten geleverd. Niettemin zijn de noden veel groter dan de voorzieningen. En hoewel de prijzen zijn gedaald, zijn ze voor veel mensen nog steeds te hoog.
Over een maand viert de parochie Kerstmis. Ondanks de omstandigheden zijn de voorbereidingen in volle gang. “We zijn aan het beslissen wat we gaan organiseren en we zijn begonnen met het repeteren van koren en dabkes (Palestijnse groepsdansen). Als de omstandigheden het toelaten, houden we misschien zelfs een kleine voorstelling buiten de muren van ons complex”, legt pater Romanelli uit. Hij wil ook graag bezoeken organiseren aan zieken, zowel degenen die in het complex wonen als degenen die naar hun huizen zijn teruggekeerd, en hen kleine cadeautjes brengen. Hij probeert “tegen elke prijs” chocolade te verkrijgen, in de hoop dat iedereen daar baat bij zal hebben.
De afgelopen jaren, en zelfs vóór de oorlog, hebben de Latijnse patriarchen er altijd voor gezorgd dat ze dicht bij de katholieke gemeenschap in Gaza stonden. Meestal vierden ze Kerstmis met de parochie van de Heilige Familie in de dagen voorafgaand aan 25 december. Of dat dit jaar ook mogelijk is, blijft een vraag. Voorlopig kunnen christenen uit Gaza het gebied in ieder geval niet verlaten om Kerstmis met hun families te vieren.
In afwachting van Kerstmis blijft het geestelijke leven in de parochie daarom intens. Sinds het begin van het staakt-het-vuren zijn er drie excursies naar de kust geweest. De laatste, op 21 november, bood een zeldzaam moment van ontspanning voor 130 ontheemden, onder wie veel ouderen, zieken en gezinnen. “Kinderen tussen de drie en vijf jaar, geboren vlak voor de oorlog, zagen voor het eerst de zee”, zegt de priester glimlachend bij de herinnering.
Ook de school is weer begonnen, met lessen voor 150 ontheemde kinderen en tieners. Gezien de omstandigheden was dit een redelijke start van het schooljaar 2025-2026. “Helaas is er geen ruimte om meer leerlingen op te vangen, aangezien de drie katholieke scholen in Gaza, die tijdens de oorlog schade hebben opgelopen, nog steeds onderdak bieden aan veel ontheemde gezinnen.”
Het katholieke complex van de parochie in Gaza biedt momenteel onderdak aan 450 ontheemden, waaronder 30 moslims met een handicap en één moslimgezin. De meeste christenen in Gaza, zowel katholieken als orthodoxen, wonen er nog. Zo’n 60 mensen zijn erin geslaagd om naar elders te verhuizen of zelfs terug te keren naar hun huizen of wat daar nog van over is. Zij blijven het complex echter regelmatig bezoeken om drinkwater te halen en hun telefoons op te laden.
De noodhulp van Kerk in Nood (ACN) voor christenen op de Westelijke Jordaanoever en in Gaza wordt via het patriarchaat verstrekt. In een recent bericht aan de hulporganisatie bedankt het patriarchaat de weldoeners van Kerk in Nood (ACN) voor hun steun: “Wij danken ieder van u voor uw liefde en toewijding aan het Heilige Land, vooral in deze moeilijke tijden. Sinds het uitbreken van deze afschuwelijke oorlog hebt u blijk gegeven van de grootste vrijgevigheid en verantwoordelijkheid. Daardoor hebben wij zoveel kunnen doen voor de armste en meest kwetsbare gemeenschappen in de hele regio!” De christenen in het Heilig Land steunen kan nog steeds via deze pagina.
© Foto parochie Heilige Familie Gaza
Dit jaar herdacht de Kerk de 1700ste verjaardag van het Concilie van Nicea, een belangrijke verjaardag voor de hele christelijke wereld. In november van dit jaar zal paus Leo XIV een bezoek brengen aan Turkije, waar het concilie werd gehouden. Daarmee komt hij de belofte na die paus Franciscus voor zijn dood had gedaan.
De internationale katholieke liefdadigheidsinstelling Kerk in Nood (ACN) sprak met bisschop Massimiliano Palinuro, de apostolisch vicaris van Istanbul. Aan bod kwamen het belang van de verjaardag van Nicea en het pauselijke bezoek, de oecumenische betrekkingen en wat dit alles betekent voor de kleine katholieke bevolking van het land.
De reis van paus Franciscus stond op het punt te worden gerealiseerd. Zelfs gedurende zijn ziekte werd deze bevestigd, omdat het de vaste bedoeling van de paus was om na zijn herstel naar Turkije te komen.
Turkije had zich er echt toe verbonden paus Franciscus op een buitengewone en genereuze manier te verwelkomen. Na het overlijden van paus Franciscus hebben de Turkse regering, de lokale katholieke Kerk en de oecumenische patriarch Bartholomeus hun uitnodiging aan paus Leo hernieuwd om Turkije en in het bijzonder Nicea te bezoeken, vooral ter gelegenheid van de 1700ste verjaardag van het concilie.
Nu staat het gepland als het eerste internationale bezoek van paus Leo. Wij verwachten hem met een kinderlijk hart en met grote vreugde. Wij zijn ervan overtuigd dat het bezoek van paus Leo zal uitmonden in een oecumenische viering in Nicea zelf. Op die symbolische plaats getuigt dit van de eenheid van het geloof onder alle gelovigen in Christus. Door de eeuwen heen en zelfs tot op de dag van vandaag zijn theologische en confessionele verdeeldheid maar al te vaak gebruikt als voorwendsel om oorlogen en vervolgingen te rechtvaardigen. Nu heeft de wereld behoefte aan christenen die een teken van eenheid voor de menselijke familie zijn.
Onze gemeenschap wacht met open armen en harten, met diepe vreugde en verwachting op de komst van paus Leo XIV. We staan klaar om hem te verwelkomen als een teken van hoop en eenheid. Wij verwachten hem hier, opdat hij onze christelijke gemeenschap in het geloof mag sterken en bevestigen.
Het Concilie van Nicea is het concilie bij uitstek, een soort paradigma waardoor de Kerk kan begrijpen hoe zij leerstellige problemen en diverse soorten interne verdeeldheid kan oplossen. In onze context krijgt de verjaardag een buitengewoon belang, vooral omdat het een gedeeld erfgoed is van alle christelijke denominaties. Geen enkele christen ontkent de concilies van Nicea en Constantinopel, omdat het christelijk geloof daarin zijn duidelijkste formulering heeft gekregen.
Deze verjaardag wordt door onze christenen gezien als een teken van hoop op een terugkeer naar de bronnen van het geloof. Het is een zoektocht naar wat essentieel is – naar wat ons verenigt in plaats van wat ons verdeelt. In de praktijk dwingt de verjaardag van het Concilie van Nicea ons om de schat van het geloof die we allemaal delen, te herontdekken. Het geloof in Jezus, de Zoon van God en Verlosser, is wat ons christenen maakt.
Tijdens een recente conferentie die hier in Istanbul werd georganiseerd door de Bijbelgenootschap van Turkije, merkten katholieken, orthodoxen en protestanten van verschillende denominaties dat we hetzelfde geloof met dezelfde woorden beschreven en ontdekten we dat we ons allemaal erfgenamen voelen van dezelfde Traditio fidei (traditie van het geloof).
De katholieke gemeenschap in Turkije, met name in Istanbul, die wordt geïnspireerd door de rijke geschiedenis van deze landen, bezit een enorm potentieel om bruggen van broederschap te helpen bouwen in een land dat al lang een kruispunt is tussen Oost en West. Hier, vooral in het dagelijks leven en de dagelijkse omgang, worden wij geroepen om de muren af te breken die zijn opgebouwd door eeuwenoude vooroordelen en ideologische vijandigheden. Dit is een ware preparatio evangelica – een voorbereiding op het evangelie – die zich ontvouwt door zowel de schoonheid als de uitdagingen van menselijke relaties.
De relaties tussen het apostolisch vicariaat – en meer in het algemeen de katholieke gemeenschap – en patriarch Bartholomeus en het oecumenisch patriarchaat van Constantinopel zijn uitstekend. Ik kan zelfs zeggen dat de oecumenische relaties hier in Istanbul beslist veel sterker zijn dan waar ook ter wereld. Hetzelfde kan worden gezegd met betrekking tot de andere christelijke denominaties. Misschien is het een voorzienigheid dat de oecumenische reis op deze plaatsen zo sterk is. Juist hier, waar de grote scheiding begon, moet ook de grote verzoening tussen het orthodoxe Oosten en het katholieke Westen beginnen. Wij zetten ons daarom voortdurend in om deze broederschap, deze gemeenschap, in ons dagelijks leven na te leven.
Hier in Istanbul begon deze weg van verzoening met de aanwezigheid van mijn voorganger Angelo Giuseppe Roncalli, de toekomstige paus Johannes XXIII, gedurende de tien jaar dat hij het Apostolisch Vicariaat (als Apostolische Delegatie in Turkije) leidde. Aan orthodoxe zijde opende kort daarna de stralende aanwezigheid van patriarch Athenagoras ook de deuren van die Kerk voor de oecumenische reis. Hij was in de orthodoxe wereld de grote profeet van de eenheid. Na hem werd deze weg intensiever bewandeld door zijn opvolger Demetrios en vervolgens door Bartholomeus, die al bijna 35 jaar als primaat de orthodoxe Kerk leidt op de weg van de oecumenische dialoog. Patriarchen Athenagoras, Demetrios en Bartholomeus hebben hier in Istanbul moedig de weg naar broederschap en verzoening geopend. Dit alles werpt zijn vruchten af in oprechte broederlijke relaties. Dit is werkelijk een werk van genade!
De Turkse regering legt de laatste hand aan infrastructuurprojecten om de archeologische overblijfselen van het paleis van Constantijn – dat gedeeltelijk onder water staat in het meer van Nicaea – toegankelijk te maken. Het belangrijkste doel van deze inspanningen is om de paus een waardig welkom te heten en de oecumenische viering te organiseren die volgens de traditie precies op deze plaats van het concilie zal plaatsvinden, dus in het Senaatspaleis van Nicaea, de zomerresidentie van keizer Constantijn.
Wij hopen vurig dat deze belangrijke verjaardag opnieuw vruchten zal afwerpen in de vorm van eenheid onder christenen – een eenheid die verankerd is in de naastenliefde van onze Christus.
Vaak worden wij ertoe gebracht om verschillen te benadrukken, om onze eigen identiteit te bevestigen. Maar dit vormt een belemmering voor het opbouwen van broederlijke relaties. In plaats daarvan is het vruchtbaar om te zoeken naar wat ons verenigt. Dit geldt voor de interreligieuze dialoog, voor de oecumenische dialoog, maar ook binnen onze kerkelijke gemeenschappen, waar vele verschillen tot gemeenschap worden geroepen.
Vandaag de dag leven we in een gepolariseerde wereld. Deze polarisatie dreigt de menselijke broederschap en de eenheid van de Kerk te vernietigen. Het is belangrijk om de rijkdom van diversiteit te benadrukken. Daarbij moeten we in gedachten houden dat eenheid niet hetzelfde is als homogenisering of uniformiteit. Daarom is deze reis zelfs binnen dezelfde katholieke christelijke gemeenschap noodzakelijk.
Ik wil nogmaals benadrukken wat paus Leo XIV zei vóór zijn eerste Urbi et Orbi-zegen. Daarin benadrukt hij waar we naartoe willen en welke Kerk we willen zijn: “Samen moeten we manieren zoeken om een missionaire Kerk te zijn, een Kerk die bruggen bouwt en dialoog aanmoedigt, een Kerk die altijd openstaat om, net als dit plein met zijn open armen, allen te verwelkomen die onze naastenliefde, onze aanwezigheid, onze bereidheid tot dialoog en onze liefde nodig hebben...
Wij willen een synodale Kerk zijn, een Kerk die vooruitgaat, een Kerk die altijd vrede zoekt, die altijd naastenliefde zoekt, die altijd vooral dicht bij degenen wil zijn die lijden.” Moge Onze-Lieve-Vrouw, Moeder van God, ons allen de kracht en de wijsheid schenken om deze weg te bewandelen.
Kerk in Nood heeft het Apostolisch Vicariaat van Istanbul de afgelopen jaren met verschillende projecten ondersteund. Deze projecten omvatten het verstrekken van misintenties, taaltraining, renovatie van kerken en andere faciliteiten, vervoer en steun aan universiteitskapelaans.
De Syrische aartsbisschop Jacques Mourad, zelf slachtoffer van ontvoering door IS, is in het Vaticaan onderscheiden met de St. Johannes Paulus II-prijs. Zijn leven getuigt van vergeving, dialoog en hoop voor een land dat nog altijd verscheurd is door geweld. De aartsbisschop is projectpartner van Kerk in Nood (ACN) en was dinsdag aanwezig bij de presentatie van het rapport Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2025.
De Syrische aartsbisschop Jacques Mourad, metropoliet van Homs, heeft in het Vaticaan de Sint-Johannes Paulus II-prijs ontvangen voor zijn inzet voor vrede, geloofsgetuigenis en interreligieuze dialoog. De onderscheiding eert zijn standvastigheid in een land dat, meer dan tien jaar na het uitbreken van de burgeroorlog, nog altijd diep verdeeld is.
In 2015 werd Mourad ontvoerd door strijders van de Islamitische Staat (IS). Vijf maanden lang werd hij vastgehouden, mishandeld en zelfs geconfronteerd met een schijnexecutie. Volgens Vatican News weigerde hij ondanks alles zijn geloof in Christus te verloochenen.
Na zijn vrijlating koos aartsbisschop Mourad niet voor wrok, maar voor verzoening. Sindsdien reist hij door het land om te spreken over hoop en samenleven. “Vandaag, zeker in Syrië, zijn christenen en moslims geroepen om de banden die ons verbinden te erkennen en te versterken,” zei hij tijdens de prijsuitreiking in het apostolisch paleis. “Onze religieuze tradities benadrukken het heilige van het leven en de waardigheid van iedere mens. Samen met allen van goede wil zoeken wij vrede.”
Hoewel de nieuwe Syrische regering sinds de val van president Bashar al-Assad probeert stabiliteit te herstellen, blijft het geweld oplaaien. In de afgelopen maanden vonden bloedige aanvallen plaats tussen Alawieten, Druzen, Bedoeïenen en Koerdische strijders. Ook christelijke gemeenschappen leven in voortdurende onzekerheid, bedreigd door sektarisch geweld en armoede.
Voor Mourad is dat juist een oproep tot dialoog en wederzijds begrip. “Theologisch onderzoek en interreligieuze en interculturele dialoog zijn geen luxe,” verklaarde hij. “Zij zijn een levensnoodzaak in onze tijd, vooral voor Syrië, dat door oorlog is verscheurd.”
De St. Johannes Paulus II-prijs, genoemd naar de paus die zich onvermoeibaar inzette voor oecumene en vredesdialoog, wordt jaarlijks toegekend aan personen die zich uitzonderlijk inzetten voor begrip tussen religies en volkeren. Met zijn levensgetuigenis geeft Jacques Mourad daar een krachtig voorbeeld van.
Aartsbisschop Mourad was één van de sprekers bij de presentatie van het rapport Vrijheid van Godsdienst in de wereld 2025 van Kerk in Nood (ACN), afgelopen dinsdag. Daarin blijkt dat miljoenen gelovigen, ook in Syrië, lijden onder vervolging, discriminatie en de gevolgen van oorlog. Toch tonen getuigen als Mourad dat geloof, vergeving en dialoog zaden van hoop kunnen zijn te midden van verdeeldheid.
Lees meer: Rapport Vrijheid van Godsdienst wereldwijd 2025
Na een eerste zondag in tijden zonder bombardementen, die bekend staat als de eerste vredige zondag in Gaza, is pastoor Gabriel Romanelli van de Heilige Familiekerk in Gaza hoopvol over de start van de uitvoering van het vredesakkoord. Met Kerk in Nood (ACN) deelt hij zijn boodschap over rouw, dankbaarheid, verzoening en vergeving.
“De langverwachte dag is aangebroken om te beginnen met de uitvoering van het vredesproces of vredesakkoord. Moge God in zijn goedheid het Heilige Land – en in het bijzonder dit deel van het Heilige Land, namelijk Palestina, Israël – schenken dat wij mogen beginnen te leven in vrede, in gerechtigheid, in verzoening.”
“Dit staakt-het-vuren zal, als God het wil, het einde betekenen van deze gruwelijke oorlog”, aldus de priester. Daarmee gaf hij uiting af aan de opluchting en vreugde van de vluchtelingen die in de parochie zijn gebleven. Enkelen van hen zijn al teruggekeerd om hun huizen te bekijken, waarvan er veel zwaar beschadigd zijn.
Tijdens de zondagsmis nodigde Romanelli de aanwezigen uit om God te danken voor hun standvastige geloof en deel te nemen aan een daad van verzoening en vergeving, geïnspireerd door de leer van Johannes Paulus II. “Om iedereen te vergeven die, vrijwillig of onvrijwillig, heeft gefaald, en om vergeving te vragen voor onze eigen tekortkomingen”, herinnerde hij zich, waarbij hij de uitdagingen erkende van het zo lang samenleven onder extreme omstandigheden van lijden en ontbering.
De christelijke gemeenschap van Gaza rouwt om het verlies van ten minste 57 mensen tijdens de oorlog. Onder hen zijn degenen die omkwamen terwijl ze onderdak zochten in het katholieke complex en de naburige orthodoxe kerk. Elk van de overledenen werd tijdens de eucharistie herdacht, in een geest van gebed en bezinning.
Romanelli benadrukte de vrijgevigheid van de gemeenschap en van allen die spiritueel en materieel hebben meegewerkt. Onder hen noemde hij pater Yusuf Asad, een Egyptische priester van het Instituut van het Woord vleesgeworden (IVE), die tijdens de crisis heldhaftig de gemeenschap heeft gediend.
Solidariteit en vrijgevigheid
Hij sprak ook zijn bijzondere dank uit aan pater Carlos Ferrero, provinciaal overste voor Palestina, Jordanië, Israël, Cyprus en Syrië, de Zusters van de Rozenkrans, de Missionarissen van Naastenliefde, de Dienaren van de Heer en de Maagd van Matará, evenals het parochiepersoneel, de kinderen, jongeren en vrijwilligers die zich hadden georganiseerd in nood-, keuken-, gezondheids-, elektriciteits- en veiligheidscomités.
“Oorlog vernietigt alles, maar we hebben ook goede dingen meegemaakt: solidariteit en vrijgevigheid, zelfs in de meest ongunstige omstandigheden”, verklaarde pater Romanelli, waarbij hij de woorden van pater Werenfried van Straaten, stichter van Kerk in Nood (ACN) aanhaalde: “Mensen zijn veel beter dan we denken.”
De priester sprak zijn diepe dankbaarheid uit voor de voortdurende steun van het Latijnse Patriarchaat van Jeruzalem, onder leiding van kardinaal Pierbattista Pizzaballa, en voor de gebeden en steun van pausen Franciscus en Leo XIV.
Vol emotie riep Romanelli de wereldkerk op om verder te gaan met naastenliefde en hoop, het verleden achter zich te laten in goddelijke barmhartigheid en de toekomst toe te vertrouwen aan de Voorzienigheid - en zich dagelijks in te zetten voor verzoening, solidariteit en vrede.
Hij benadrukte het belang van voortdurend bidden en werken aan vrede, zodat deze wortel kan schieten in de hele regio: “Laten we hopen dat het echt een rechtvaardige en duurzame vrede zal zijn voor alle inwoners van het Heilige Land.” Hij sloot af met een oproep aan de gelovigen en weldoeners om deel te nemen aan zowel de geestelijke als de materiële wederopbouw van Gaza.
Kerk in Nood (ACN) heeft zijn verbondenheid met en steun aan het Latijnse Patriarchaat van Jeruzalem opnieuw bevestigd. De organisatie zal noodhulp blijven verlenen aan christelijke gezinnen in Gaza en op de Westelijke Jordaanoever. U kunt hen steunen via deze pagina.
Foto ©: Parochie Heilige Familie, Gaza
Terwijl in Egypte een akkoord lijkt te zijn gesloten tussen Israëlische gezanten en Hamas, begint de hoop op vrede voorzichtig wortel te schieten in het bisdom van het Heilige Land. De pastoor van de katholieke parochie in Gaza sprak met Kerk in Nood (ACN) over de zware tol die twee jaar oorlog heeft geëist.
“Twee jaar oorlog. Het lijkt ongelooflijk”, begint pater Gabriel Romanelli, pastoor van de Heilige Familieparochie, de enige katholieke parochie in Gaza-stad, tegenover Kerk in Nood (ACN). Nu Gaza het derde jaar van oorlog ingaat en onderhandelingen over een akkoord nabij lijken, naar aanleiding van het vredesplan van de Amerikaanse president Donald Trump, ontstaat er een sprankje hoop.
Voorlopig zijn de gevechten nog niet gestopt. Ook de afgelopen dagen zijn er bombardementen geweest op slechts 300 meter van de muren van het katholieke complex in Gaza. Daar verblijven bijna 450 vluchtelingen. Pater Romanelli: “De gemeenschap hoopt op het einde van de oorlog. In de tussentijd moeten we goed ons best blijven doen om te proberen bouwers van vrede te zijn”.
De Argentijnse priester geeft aan dat hij meer verlangt dan alleen het zwijgen van de wapens: “We hopen dat het einde van het conflict gepaard gaat met gerechtigheid en verzoening. Daar bidden we voor en daar werken we naartoe. We houden van iedereen.”
Hierbij kan de pastoor van Gaza rekenen op de hernieuwde steun van de Heilige Vader. “Paus Leo heeft mij een bericht gestuurd waarin hij ons verzekert van zijn gebeden voor vrede. Hij zegt dat zijn gebeden met ons zijn en zendt ons allen zijn zegen”, schreef pater Gabriel Romanelli dinsdag nog op zijn X-account.
Bovendien heeft Leo XIV 11 oktober uitgeroepen tot een dag van vasten en gebed voor vrede. Kardinaal Pierbattista Pizzaballa, Latijns patriarch van Jeruzalem heeft de parochies en religieuze gemeenschappen in zijn bisdom die diep gekwetst zijn door deze twee jaar van oorlog – waaronder de parochie in Gaza– uitgenodigd om zich bij hem aan te sluiten.
De zware tol van de oorlog is te zien in de cijfers die de priester in Gaza aan Kerk in Nood heeft verstrekt: “Na de verschrikkelijke aanslagen van 7 oktober 2023, waarbij meer dan 1.200 mensen in Israël omkwamen, heeft de oorlog ook meer dan 1.000 mensen het leven gekost op de Westelijke Jordaanoever, het andere deel van Palestina, en Oost-Jeruzalem. In de Gazastrook heeft de oorlog meer dan 67.000 doden veroorzaakt. Onder hen meer dan 18.000 kinderen, honderden families (ouders en kinderen) die volledig zijn uitgeroeid en meer dan 166.000 gewonden. Velen van hen hebben medische zorg nodig.”
Ook wijst pater Romanelli op andere realiteiten: “Duizenden mensen, waaronder kinderen, hebben amputaties ondergaan. En meer dan 400 mensen zijn gestorven aan ondervoeding.” Wat de infrastructuur betreft, stelt de missionaris van het Instituut van het Vleesgeworden Woord dat “90% van de gebouwen nu beschadigd of volledig verwoest is. Ook de meeste scholen zijn zwaar getroffen of verwoest.” En dan is er nog het onbeschrijfelijke psychologische trauma.
Ondanks alles is er hoop, zoals blijkt uit de woorden van kardinaal Pierbattista Pizzaballa. “Voor het eerst (...) melden de media een mogelijke nieuwe positieve ontwikkeling: de vrijlating van Israëlische gijzelaars, enkele Palestijnse gevangenen en de stopzetting van de bombardementen en militaire offensieven”, liet de patriarch van Jeruzalem zaterdag al weten aan zijn gelovigen.
“Het is een belangrijke en langverwachte eerste stap is. Er is nog niets helemaal duidelijk en vastomlijnd, veel vragen blijven onbeantwoord, er moet nog veel worden bepaald en we mogen ons geen illusies maken. Maar we zijn blij dat er nog steeds iets nieuws en positiefs aan de horizon verschijnt.”
Kerk in Nood (ACN) verstrekt noodhulp voor christenen op de Westelijke Jordaanoever en in Gaza. In een recent bericht aan de hulporganisatie bedankt het patriarchaat de weldoeners van Kerk in Nood (ACN) voor hun steun: “Wij danken ieder van u voor uw liefde en toewijding aan het Heilige Land, vooral in deze moeilijke tijden. Sinds het uitbreken van deze afschuwelijke oorlog hebt u blijk gegeven van de grootste vrijgevigheid en verantwoordelijkheid. Daardoor hebben wij zoveel kunnen doen voor de armste en meest kwetsbare gemeenschappen in de hele regio!” De christenen in het Heilig Land steunen kan nog steeds via deze pagina.
In Aleppo, Syrië, zijn zondag beschietingen geweest die voor veel angst zorgden. Pater Hugo Alaniz vertelt erover aan Kerk in Nood (ACN). "Het is een van de moeilijkste dagen die de christelijke gemeenschap de afgelopen maanden heeft meegemaakt." Op de achtergrond klinkt het geluid van luide explosies en zware wapens.
“Er waren hevige gevechten tot 3 uur ’s nachts. Overal waren explosies te horen. Nu is de situatie iets rustiger, maar de mensen zijn erg bang. We hebben gezinnen opgevangen in de kelder van onze kerk. Daar houden we gewoonlijk gemeenschapsactiviteiten”, laat hij weten aan Kerk in nood (ACN)
Syrië hield op maandag 6 oktober parlementsverkiezingen, de eerste sinds de val van het regime van Bashar al-Assad. De verkiezingen vonden plaats in een context van spanningen tussen de centrale autoriteiten en Koerdische strijdkrachten. Die willen hun autonomie behouden.
In de stad Aleppo, waar twee wijken door Koerdische strijdkrachten worden bestuurd, vinden directe gevechten tussen de twee facties plaats. De gevolgen zijn sterk voelbaar onder de burgerbevolking. Die is bang voor een nieuwe golf van geweld. “Vandaag zijn de scholen gesloten gebleven vanwege de gevechten”, bevestigt de missionaris. Hij werkt al meer dan tien jaar in Aleppo.
Pater Hugo Alaniz van het congregatie Instituut van het Vleesgeworden Woord (IVE) is er pastoor van Onze-Lieve-Vrouw van de Hemelvaart. Hij is verantwoordelijk voor de pastorale en humanitaire zorg voor honderden gezinnen. Allen zijn getroffen door de oorlog en door de economische crisis die volgt op jaren van conflict en belegering.
Zijn kerk is, niet voor het eerst, een noodopvang voor inwoners die bescherming zoeken tegen aanvallen en beschietingen. “Er zijn twee raketten in onze buurt gevallen. Eén op driehonderd meter van onze kerk. Andere zijn in een ander deel van de stad terechtgekomen, vlakbij het Latijnse bisdom.”
Aleppo werd eeuwenlang beschouwd als het economische en culturele hart van Syrië. Nu is het een van de steden die het zwaarst zijn getroffen door het conflict. De wederopbouw vordert langzaam. De wonden van de oorlog zijn daarom nog steeds zichtbaar in de oostelijke en noordelijke wijken van de stad.
De spanning begon gedurende de dag toe te nemen, vertelt pater Hugo aan Kerk in Nood. “Er was veel beweging van mensen. Men was op de vlucht; de straten zijn nu half leeg.” Samen met andere priesters en religieuze zusters blijft hij, om dicht bij de mensen te zijn. “Het is onze missie om te troosten, te luisteren en te helpen waar we maar kunnen. We vragen alleen dat u voor ons bidt. Op een dag als vandaag, waarop de Heilige Vader ons heeft gevraagd om de rozenkrans voor de vrede te bidden, vergeet Syrië dan niet.”
Syrische christenen hebben zwaar geleden onder de gevolgen van de burgeroorlog. Momenteel is naar schatting nog maar een derde over van de 1,5 miljoen christenen die voor de oorlog in Syrië woonden. In Aleppo zijn de cijfers nog dramatischer. Volgens de plaatselijke kerken woonden daar vóór de oorlog ongeveer 180.000 christenen. Daarvan zijn er nog maar 30.000 over. Voor Kerk in Nood is een van de belangrijkste taak dan ook om de christenen in de regio aan te moedigen opnieuw een levensvatbare toekomst te zoeken in hun thuisland. Kijk hier wat u kunt doen.

Libanon is een land met een rijke christelijke traditie, maar de situatie van christelijke gezinnen staat onder zware druk. De diepe economische crisis, politieke spanningen en blijvende onzekerheid maken het leven voor velen uitzichtloos. Prijzen rijzen de pan uit, en werkloosheid is wijdverspreid. Vooral voor gezinnen met kinderen zijn het zware tijden.
Toch blijft de Kerk aanwezig. In het zuiden van het land, in het bisdom Sidon, zetten priesters, religieuzen en vrijwilligers zich onvermoeibaar in voor kinderen en jongeren. Ze organiseren al meer dan dertig jaar een zomerkamp voor kinderen – veilige en hoopvolle momenten midden in de chaos. Voor veel kinderen is het kamp het enige uitje dat ze het hele jaar meemaken.
“Het zomerkamp voor kinderen is hét hoogtepunt van het jaar,” vertelt bisschop Maroun Ammar. “Een zomer met God helpt hen daardoor wortel te schieten in hun land en hun geloof.”
De kampen zijn kleinschalig, gedragen door lokale parochies en vrijwilligers. Maar toch zijn ze kostbaar: vervoer, maaltijden, begeleiding, materiaal en soms ook overnachting moeten allemaal bekostigd worden. Door de hoge inflatie en toenemende armoede kunnen ouders dat vaak niet meer zelf betalen.
Met steun van Kerk in Nood hoopt het bisdom dit jaar minstens vijf zomerkampen voor kinderen mogelijk te maken, verspreid over het zuiden van Libanon. De vraag is groot, de middelen schaars.
Een kamp kost per kind relatief weinig: voor slechts € 34 kunnen twee kinderen deelnemen. Toch is dat bedrag voor veel Libanese gezinnen onbereikbaar. Daarom ondersteunt Kerk in Nood deze kampen, zodat ook de armste kinderen een plek krijgen.
Uw steun maakt het mogelijk dat kinderen hoopvol de toekomst tegemoet kunnen gaan – geworteld in geloof, gedragen door de liefde van Christus, en omringd door mensen die naar hen omzien. Zoals kinderen in Nederland naar een zomerkamp kunnen (klik bijvoorbeeld hier) zo gunt u dat toch ook aan kinderen in Libanon?
Met uw gebed én een concrete bijdrage zorgt u ervoor dat kinderen in Libanon deze zomer mogen lachen, spelen en groeien in geloof. Een geschenk dat verder reikt dan één week: het raakt harten en draagt vrucht voor de toekomst.
Meer weten over het nieuws uit het Midden-Oosten? Klik dan hier

De economische crisis in Libanon heeft geleid tot een schrijnend tekort aan medicijnen, vooral voor kwetsbare kinderen met een verstandelijke of lichamelijke beperking. In het El-Saleeb ziekenhuis in Beiroet ziet zuster Marie Makhlouf dagelijks hoe kinderen lijden door het gebrek aan essentiële medicatie. Uw steun kan het verschil maken: met een gift van €19,45 voorziet u een kind van levensreddende medicijnen.
Ik zou willen dat u zuster Marie Makhlouf kon ontmoeten. U zou haar begrijpen, hoewel zij een ander leven in een ander land heeft. U zou haar zorgen begrijpen. De zorgen die zij heeft omdat ze een kind niet de hulp kan geven die het verdient. Zonder medicijnen krijgen sommige kinderen in haar ziekenhuis ernstige gedragsproblemen.
Zo begint een jongen zich ineens in zijn eigen arm te bijten, tot bloedens toe, wanhopig. Gelukkig liep het dit keer goed af voor het kind en onze zuster. Het treurige is dat dit had kunnen worden voorkomen. Heel eenvoudig eigenlijk: door het kind medicijnen te geven met uw donatie. En daarom kom ik bij u.
Iedere dag hopen de zusters van het El-Saleeb ziekenhuis in Beiroet dat u die persoon voor ‘hun’ kinderen wilt zijn. Kinderen met een verstandelijke en/of lichamelijke handicap die hen beperkt en verdrietig of onhandelbaar maakt. Deze kinderen hebben vaak niemand meer. Behalve de zusters in het ziekenhuis. Zusters die de kinderen alle liefde en aandacht geven die ze in zich hebben.
Als u in het ziekenhuis kon zijn, zou u met eigen ogen zien hoe de kinderen opbloeien en hoe dankbaar ze zijn. Maar al die liefde kan helaas niet voorkomen dat de kinderen in El-Saleeb lijden. Dat komt door de medicijncrisis in Libanon.
De mensen in Libanon voelen de economische crisis elke dag. Er was die vreselijke explosie in de haven van Beiroet die u zich misschien nog herinnert. De werkloosheid is enorm. Banktegoeden zijn bevroren. Salarissen zijn niet eens voldoende om naar het werk te reizen of om de huur te betalen. Onder hen Georgette, die voor haar kleinkinderen zorgt. Kerk in Nood sprak eerder met haar over haar situatie en de steun die ze nodig heeft in deze roerige tijden. Ontelbaar veel mensen lijden honger. In het bijzonder de gehandicapte kinderen.
Voor deze kinderen voeren de zusters in El-Saleeb een dagelijkse strijd voor hun bestaan. Een strijd om de kinderen die zij onder hun hoede hebben eten en drinken te geven. Én om hen van hun dagelijkse medicijnen te voorzien. Kinderen met epilepsie die elk moment een aanval kunnen krijgen. Hyperactieve tieners, afhankelijk van hun tabletten omdat ze anders niet eens in slaap vallen. De zusters zien deze arme kinderen lijden, dag in dag uit. Ze voelen zich machteloos. Want geld voor medicijnen - dat hebben ze niet.
Daarom vragen de zusters om steun. En daarom richt ik mij vandaag tot u, in de verwachting dat ik bij u aan het goede adres ben.
Wilt u deze kinderen met hun beperkingen helpen door vandaag een doos met levensreddende medicijnen te kopen? Een doos kost € 19,45. Daarmee verzacht u hun pijn, geeft u ze rust, laat u ze weer lachen, doet u ze hun ellende vergeten. Daarnaast verlicht u met uw gift de zorgen van de zusters. U helpt ze de kinderen zo goed mogelijk te verzorgen. Meer mag natuurlijk ook!
Weet in elk geval dat de zusters en de gehandicapte kinderen in El-Saleeb u onbeschrijfelijk dankbaar zijn voor uw steun en dat u om hen geeft. U bent echt hun reddende engel.

Voor veel ouders in Libanon is de toekomst van hun kinderen een grote zorg. Is er nog wel genoeg geld om het schoolgeld te betalen? U kunt hen helpen!
Want helaas is de economische situatie in Libanon zo slecht dat leraren door de overheid niet of te weinig betaald krijgen. Zij doen hun werk met veel liefde en brengen grote offers, maar hebben thuis ook kinderen die moeten eten.
Scholen hangt sluiting boven het hoofd omdat ze de leraren niet kunnen betalen of omdat ouders het schoolgeld niet kunnen opbrengen. U kunt ervoor zorgen dat kinderen op katholieke scholen onderwijs blijven krijgen! Geeft de kinderen vrede, vreugde en waardigheid.
Met uw bijdrage van € 41 kan een kind een maand naar school. En met uw bijdrage van € 145 kan een leraar ook thuis de eindjes aan elkaar knopen.
Helpt u mee, zodat christelijke gezinnen in dit land van de Bijbel blijven wonen?
U kunt hier doneren of hier:

Honderdduizenden jonge katholieken uit de hele wereld (ook uit Nederland) bereiden zich voor op de Wereldjongerendagen in Lissabon. Jongeren uit Syrië en Libanon kunnen er niet bij zijn. De situatie in deze landen is te kritiek.
Maar de bisschoppen zitten niet bij de pakken neer.
De bisschoppen willen in beide landen eigen Wereldjongerendagen oragniseren voor in totaal 2100 jongeren.
Helaas hebben de jongeren en de Kerk niet het geld om de organisatie te betalen.
Alleen met uw hulp kunnen deze evenementen doorgaan. Deze jonge mensen zijn de hoop van het christendom in het Midden-Oosten!
De jonge katholieken in Syrië en Libanon verdienen uw hulp. Klik op de donatiebutton en help mee.

Libanon telt 327 katholieke scholen. Door de verschrikkelijke economische crisis die Libanon doormaakt, kunnen veel ouders het schoolgeld voor hun kinderen niet meer betalen. Ook semi-openbare scholen hebben het zwaar. Hoewel ze recht hebben op overheidssubsidies, heeft de Libanese staat de afgelopen vier jaar de kosten niet gedekt.
Veel scholen zijn bijna failliet, kunnen de leraren niet betalen en worstelen om de middelen te vinden om overeind te blijven. Het grote risico is dat katholieke scholen gedwongen worden te sluiten. Het zou op langere termijn een ramp zou zijn voor de coëxistentie tussen religies. Katholieke scholen spelen een vitale rol in de betrekkingen tussen christenen en moslims in Libanon. Ze zijn een voorbeeld van coëxistentie voor het hele Midden-Oosten.
Een ander groot probleem voor veel scholen is de elektriciteitsvoorziening. Die functioneert al decennialang notoir slecht. Scholen zijn bij uitval afhankelijk van particuliere generatoren. Vóór de financiële crisis was dat al een enorme kostenpost. Het is een nachtmerrie voor de toekomst van de scholen.
Vindt u ook dat Libanese kinderen naar school moeten kunnen gaan? Wilt u hun een zorgeloze toekomst geven? Maakt u hun dromen waar, zodat de kunnen helpen het land op te bouwen? Voor € 41,00 kan een Libanese scholier een maand naar school. Of geef de helft (€ 20,50) dan is er vast wel een andere weldoener die de andere helft geeft. Met € 145,00 helpt u een docent met een extra toelage de dure decembermaand te overbruggen. Laat uw hart spreken en geef hoop aan de scholieren van Libanon.
"Ik vraag dat God het werk van Kerk in Nood wil zegenen."
Kerk in Nood
Peperstraat 11-13
5211 KM 's Hertogenbosch
info@kerkinnood.nl
(073) 613 08 20
Telefoonnummer call centre (073) 220 40 94
NL27 ABNA 0503 0402 31
RSIN/ANBI 2865841; KVK 41080169
Contactformulier
Projectaanvragen
Privacybeleid
Stichting Kerk in Nood/Voorheen Oostpriesterhulp Nederland

COPYRIGHT © 2025 ACN NEDERLAND - KERK IN NOOD