Door: Maria Lozano
Volgens José Virtuoso, rector van de Andrés Bello Katholieke Universiteit in Caracas (Venezuela), zijn dit "verkennende gesprekken" tussen de vertegenwoordigers van de regering van Nicolás Maduro enerzijds en de oppositie anderzijds. Zoals de jezuïet in een interview met Kerk in Nood uitlegde, zijn ze een "kleine straal van hoop".
Hoe zeker bent u van de gesprekken die in Oslo worden gevoerd?
“We weten dat informele ontmoetingen tussen de oppositie en Maduro’s regering al hebben plaatsgevonden. Het waren in elk geval verkennende gesprekken – er werden geen toezeggingen gedaan. De gesprekken in Oslo impliceren echter de ‘officiële’ verbintenis van een regering, met name die van de regering van Noorwegen. Dit kan als positief worden beschouwd. Ten tweede laat het ook zien dat de regering van president Maduro en president Guaidó open staan voor het verkennen van mogelijkheden om tot afspraken te komen. Alles dat ook maar de minste kans heeft om de Venezolaanse crisis op te lossen, moet worden overwogen.”
Deze gesprekken bevinden zich echter nog in een zeer vroeg stadium. Zijn er concrete maatregelen voorgesteld?
“Er is niets definitiefs voorgesteld. Er is zelfs geen beslissing genomen over hoe verder te gaan. Er zijn alleen stappen gezet om een oriënterend gesprek te voeren. Alle betrokkenen – zowel de Noorse regering als Maduro’s regering en president Guaidó – hebben gesproken over een verkennend proces. We zijn nog ver verwijderd van een proces van dialoog of onderhandeling.”
Heeft de vooruitgang die is geboekt op het vlak van toenadering iets te maken met de stap die Juan Guaidó op 30 april heeft gezet toen hij het leger opriep om hem te steunen?
“Wat naar mijn mening sinds 30 april duidelijk is geworden, is dat we ons in een impasse bevinden: noch Maduro’s regering, noch interim-president Guaidó hebben enige vooruitgang geboekt. We moeten nu op zoek naar andere manieren om uit deze impasse te komen, we moeten andere mogelijkheden vinden.”
Wat is het standpunt van de Kerk? Bijna twee jaar geleden was de kerk betrokken bij de pogingen om een dialoog te beginnen. De Kerk trok zich later echter terug omdat ze voelde dat ze werd gebruikt.
“Pogingen in het verleden – de gesprekken waaraan het Vaticaan aanvankelijk deelnam en later de gesprekken tussen de regering en de oppositie in Santo Domingo – zijn allemaal mislukt. Ik geloof niet dat deze vergaderingen goed waren voorbereid. Als we bijvoorbeeld naar Colombia kijken: daar waren de gesprekken en overeenkomsten tussen de Colombiaanse regering en de FARC het hoogtepunt van een zeer lang en zorgvuldig voorbereid proces. Deze gesprekken vonden alleen plaats als alle partijen echt geïnteresseerd waren in onderhandelingen. Hetzelfde kan op dit moment niet over Venezuela worden gezegd. Deze bereidheid moet eerst worden ontwikkeld en versterkt. Het proces moet niet te snel voorwaarts gaan, omdat dat het te gemakkelijk maakt om te stoppen. We moeten proberen een solide basis te leggen om een overeenkomst mogelijk te maken. Dat is waarom ik zeg dat het een langzaam, een moeilijk proces zal zijn. Maar ik geloof dat de Venezolanen eindelijk willen dat het gebeurt.”
Op basis van ervaringen uit het verleden, gelooft u dat de dingen dit keer anders zullen zijn, omdat Nicolás Maduro zich heeft gerealiseerd dat de dingen niet kunnen doorgaan zoals ze zijn op dit moment?
“Ik geloof dat niet alleen de oppositie, maar de Venezolanen als geheel de voortgang van deze processen zeer nauwlettend en met veel scepsis volgen. De regering weigert nog steeds zowel de oppositie als de mogelijkheid van een deal te erkennen. Dit is de reden waarom we de situatie met scepsis blijven bekijken. Dit is echter de route die we lijken te volgen. Als een kleine straal van hoop is verschenen, geloof ik dat we nu moeten voorkomen dat deze uitdooft en in plaats daarvan moeten zorgen dat deze helder blijft schijnen. Ik geloof dat de internationale gemeenschap en ook de Verenigde Staten, die een hardere houding hebben aangenomen, het erover eens zijn dat een vreedzame oplossing veel beter is dan een gewelddadige oplossing. Dat is ook het standpunt van de Kerk: faciliteren, hulp en het scheppen van de voorwaarden die nodig zijn om het Venezolaanse conflict vreedzaam op te lossen.”
Laten we het hebben over de situatie van de bevolking. De internationale pers rapporteerde over de landelijke black-outs die dagenlang bleven bestaan. Wat is de huidige situatie in het land op het gebied van energie en voedsel?
“In de grote steden, met name die in het midden van het land, zoals Caracas en andere belangrijke steden, is de stroomtoevoer weer normaal. De situatie is echter dramatischer in de grensregio’s. Aan de grens met Colombia, in de deelstaat Zulia, is de stroomvoorziening deplorabel. Hoewel het de meest dichtbevolkte staat is met de op een na belangrijkste stad, blijft de stroomvoorziening grillig. Een vergelijkbare situatie bestaat in de twee westelijke staten Táchira en Mérida, waar een groot deel van de bevolking leeft.”
Maduro heeft het Rode Kruis nu toestemming gegeven om het land binnen te komen om humanitaire hulp te bieden. Is dit een oplossing?
“In de praktijk wordt de humanitaire hulp sterk beperkt; dat wil zeggen dat een aantal medische goederen en generatoren voor ziekenhuizen het land zijn binnengebracht, wat goed is. Ik heb echter het gevoel dat veel landen graag meer betrokken zouden raken bij het verzenden van medische benodigdheden, medicijnen en voedsel naar de mensen, maar ze hebben daar niet de mogelijkheid voor.”
Als rector van de universiteit maakt u zich grote zorgen over onderwijs: wat gebeurt er op dit vlak?
“Ik maak me grote zorgen over het verslechterende onderwijssysteem in Venezuela. Kinderen en adolescenten kunnen niet regelmatig lessen bijwonen, hetzij vanwege problemen met transport of voedsel. Onze scholen, middelbare scholen en universiteiten hebben te leiden onder de gevolgen van de emigratie van leraren en professoren. Een diploma halen in Venezuela is praktisch een heroïsche prestatie.”
We praten al bijna twee jaar over de situatie in Venezuela. Mensen kunnen op een dag zeggen: "Nou, er kan toch niets aan worden gedaan." Hoe voorkom je dat je wordt ontmoedigd?
“Venezuela heeft dringend de steun van de wereld nodig. Veel Europeanen kwamen naar Venezuela na de Tweede Wereldoorlog en tijdens de verschrikkelijke jaren 50, de jaren van wederopbouw. Ikzelf ben de zoon van een Europese immigrant, een Italiaan uit Sicilië. Veel Venezolanen zijn de kinderen of kleinkinderen van immigranten die veel voor het land hebben gedaan. Het is nu tijd voor Europa om de steun terug te betalen die het in het verleden van Venezuela kreeg. Ik heb het over solidariteit en economische steun, die op veel gebieden kan worden aangeboden. Ik zou mensen willen aanmoedigen om ermee door te gaan, omdat het een gevoel van solidariteit oproept.”