Aartsbisschop Séamus Patrick Horgan heeft zojuist een diplomatieke missie voltooid in het gebied dat het zwaarst getroffen is door de huidige burgeroorlog in Soedan. Tegenover Kerk in Nood (ACN) beschreef pater Jorge Naranjo, een Spaanse missionaris met een lange staat van dienst in de regio, de diepe impact van dit bezoek.
De tiendaagse reis, die pastorale steun aan de Soedanese gelovigen combineerde met diplomatie op hoog niveau, begon op 11 september in Port Sudan. Het bezoek vormde een symbolische inspanning van het Vaticaan in een land dat wordt geteisterd door geweld. De burgeroorlog, die sinds 2023 wordt, heeft geleid tot de ineenstorting van de politieke, civiele en kerkelijke infrastructuur.
Slechts drie priesters op 23 parochies
Met hulp van de Soedanese regering, die het reizen over beschadigde wegen en langs militaire controleposten vergemakkelijkte, kon aartsbisschop Horgan de buitenwijken van Khartoum bezoeken. Een groot deel van de bevolking is daar vanuit het centrum van de “verwoeste en lege” stad naartoe verhuisd. De hoofdstad is het epicentrum geworden van het conflict tussen de Soedanese strijdkrachten (SAF) en de Rapid Support Forces (RSF). Maandenlang lag een groot deel van de stad onder beleg.
De nuntius, die in verschillende parochies in de hoofdstad de heilige Mis vierde, kon er de moeilijke situatie van de gemeenschap ervaren. “Zij hebben ondanks de aanwezigheid van RSF-milities in het gebied stand gehouden”, legt pater Naranjo uit. “Het uitgestrekte grootstedelijke gebied van Khartoum, dat vóór de oorlog acht miljoen inwoners en 23 parochies telde, wordt momenteel bediend door slechts drie priesters: twee diocesane en één Comboni-missionaris.”
“Catechisten zijn de ware pijlers van de Kerk”
“Door het pastorale vacuüm hebben de catechisten een centrale rol gekregen. Zij zijn het die het geloof levend houden door middel van zondagse liturgieën van het Woord. Zij zijn hier de ware steunpilaren van de Kerk”, zegt de Comboni-missionaris, die door het conflict ook uit de hoofdstad is verdreven en nu in Port Sudan woont.
De aartsbisschop bezocht ook de christelijke gemeenschappen in Shendi, Omdurman en Atbara, een stad aan de oever van de Nijl. Aartsbisschop Michael Didi van Khartoem vestigde zich daar tijdelijk toen de oorlog uitbrak.
Dialoog met de regering en andere christelijke gemeenschappen
In Port Sudan, waar de nuntius zijn missie beëindigde, ontmoette hij onder meer de minister van Buitenlandse Zaken, de minister van Religieuze Zaken en de directeur van de inlichtingendienst. De Vaticaanse diplomaat dankte de regering voor haar rol in de evacuatie van de Salesiaanse zusters die maandenlang vastzaten in de wijk Al-Shajara in Khartoum. Ook benadrukte hij het belang van het respecteren van de rechten van de christelijke minderheid in het land. “Concreet vroeg hij om het belang van de rol van de Kerk en haar juridische status te respecteren in de nieuwe grondwet die momenteel wordt opgesteld”, aldus pr. Naranjo.
Tot slot had de nuntius een ontmoeting met leiders van de Anglicaanse en de Koptische Kerk, en met de Soedanese Raad van Kerken. Deze deed een beroep op het Vaticaan om zijn diplomatieke invloed aan te wenden om “te blijven werken aan vrede.” Ook sprak de raad de wens uit dat de paus in de toekomst een bezoek brengt aan Soedan.