Sinds 11 januari is er geen bepaalde informatie over het lot van de 71-jarige Hurmuz Diril en zijn vrouw Şimoni (65 jaar). Pr. Adday Remzi Diril, hun zoon en een Chaldeeuwse priester, maakt zich grote zorgen over zijn ouders. Het laatste contact met zijn ouders dateert van 7 januari. Buren uit het Assyrisch-Chaldeeuwse dorp Meer, in het zuidoosten van Turkije, hebben de verdwijning niet gemeld uit angst voor vergelding. “We hoorden pas over de verdwijning van mijn ouders toen familieleden en ik op 12 januari in het dorp aankwamen. Sindsdien is er geen nieuws. Een buurman vertelde ons eerst niet dat mijn ouders waren gekidnapt, uit angst voor vergelding, maar bevestigde later dat ze waren genomen door gewapende mannen.”
Zoekactie
Lokale autoriteiten hebben een onderzoek geopend, maar de zoekoperaties zijn moeilijk en tot op heden zijn er geen aanknopingspunten die hoop bieden op een snelle oplossing. Ook pr. Diril en zijn familie kinderen zijn, vergezeld door enkele teams, op zoek gegaan naar hun ouders. De winterkou en temperaturen onder nul leiden echter niet tot optimisme. Het zuidoosten van Turkije is al lang het toneel van een botsing tussen Turken en Koerdische onafhankelijkheidsactivisten, waarbij ook christenen zijn betrokken.
“We verdenken iedereen”
Naarmate de dagen verstrijken, neemt zijn bezorgdheid over zijn vader en moeder toe. Zelf zorgt de priester in Istanbul voor meer dan 7.000 vluchtelingen. Pr. Diril: “Ons dorp werd voor het eerst geëvacueerd in 1989, tijdens de oorlog tussen de PKK en het Turkse leger. Er waren toen 80 huizen. In 1992 kwamen vier families terug, in 1994 werd het gebied opnieuw geëvacueerd. De meeste inwoners vluchtten naar Europa. Sinds 2010 hebben we de bezoeken aan het dorp hervat . Mijn ouders waren de eersten die het wilden herbouwen. Zij verzetten zich tegen druk en bedreigingen van buitenaf. Op dit moment verdenken we iedereen. We hebben geen specifieke informatie”, concludeert de priester.
Bron: AsiaNews
