Het gezondheidscentrum wordt sinds 1973 beheerd door de Vereniging van Vrouwelijke Religieuze Congregaties. Ze werd oorspronkelijk in 1968 gesticht door de Zusters Franciscanessen Missionarissen van Maria om de noodlijdenden te dienen.
Naarmate de economie van Libanon verslechterde, breidde het gezondheidscentrum zijn medische en sociale missie uit naar de behoeftigen om in 2017 250 warme maaltijden per dag te serveren. Nu Libanon bijna economisch instort, heeft het programma 1.200 maaltijden per dag bereikt. “We zijn in Libanon in een situatie terechtgekomen waarin de middenklasse arm is geworden en de armen armer zijn geworden”, zegt zuster Marie Justine el Osta, van de Zusters Maronieten van de Heilige Familie, die als directeur van de apotheek fungeert. Dit is een ramp”.
Ondanks de toenemende ellende die ze tegenkomt, blijft de kleine, energieke zuster van 72 jaar, een warme, bemoedigende glimlach bieden aan allen die ze dient. “Mijn kracht komt alleen van God”, zegt zuster Marie Justine. “Onze missie is de mensen bij te staan, ze op te tillen en ze een lading positiviteit en hoop te geven”. Om hen te zeggen dat God met ons is, dat er betere dagen komen”. Zuster Marie Justine geeft echter toe: “Wat voor mij echt heel pijnlijk is, is als je ziet dat mensen vragen om het minste van hun rechten – vragen om voedsel. Ze hebben het gevoel dat ze hun waardigheid hebben verloren. Het doet pijn dit te zien.”
Maguy, een moeder van vier kinderen, variërend van 7 tot 16 jaar oud, komt sinds een paar weken naar het gezondheidscentrum voor het warme-maaltijdprogramma. “Het is iets wat ik nooit had gedacht dat ik zou doen,” zei ze over het ontvangen van voedselhulp. “Maar ik kwam tot het punt dat ik mijn kinderen niet wilde zien verhongeren. Ik zal alles voor ze doen. De zusters en iedereen hier maken dat ik me zo welkom voel. God zegene hen voor alles wat ze doen.”
Warme maaltijden worden buitenshuis bereid en de begunstigden brengen hun eigen doosjes mee, om thuis te eten. In verband met de voorzorgsmaatregelen voor het coronavirus vindt de distributie buiten bij de ingang van het gezondheidscentrum plaats. Zo werd het maaltijdprogramma niet verstoord door de catastrofale ontploffing van Beiroet die de hoofdstad op 4 augustus deed schudden, waarbij bijna 200 mensen omkwamen, nog eens 6.000 mensen gewond raakten en meer dan 300.000 mensen dakloos raakten.
Hoewel het op 4 km afstand van de rampplek ligt, heeft het gezondheidscentrum aanzienlijke schade gelopen. Herstel zal zo’n 40.000 dollar kosten. De zuster is dankbaar dat er niemand gewond is geraakt in centrum, want die was gesloten op het moment van de ontploffing in het begin van de avond. “In dit land leven we van dag tot dag. We weten niet wat er morgen gaat gebeuren. We kunnen het licht aan het eind van de tunnel niet zien”, zegt zuster Marie Justine. “Ik zeg altijd dat God ons altijd helpt. Godzijdank stuurt Hij ons helpers”, zegt ze, zoals Stichting Kerk in Nood. We zijn zo dankbaar.”
Toch blijven de noden toenemen, wijst ze erop. De mogelijkheid van een hongersnood in Libanon is heel reëel. “We komen dichterbij (bij de hongersnood), want goederen worden erg duur en de mensen zullen niet genoeg geld hebben om iets in de supermarkt te kopen”, waarschuwt zuster Marie Justine. “We hebben een wonder nodig.”
Een recent rapport van de Verenigde Naties toont aan dat meer dan 55 procent van de Libanese bevolking nu in armoede leeft en moeite heeft om in hun basisbehoeften voor dagelijkse benodigdheden te voorzien, bijna het dubbele van het percentage van een jaar geleden. De Libanese munt heeft in minder dan een jaar tijd meer dan 80 procent van zijn waarde verloren en de prijzen van levensmiddelen zijn verdubbeld, verdrievoudigd en zelfs verviervoudigd.
De hulp van de Kerk in Noord heeft een programma gefinancierd bestaande uit voedselpakketten voor meer dan 5.800 behoeftige families die door de explosie van 4 augustus werden getroffen. Zuster Marie Justine zal op een gedeelte van de distributie toezien.