Bihar is een van de armste staten in India met een hoge bevolkingsdichtheid en een groot aantal Dalit-gemeenschappen. De meeste katholieken behoren tot deze groep. Zij worden sociaal en economisch gediscrimineerd en sociaal achtergesteld. “De kaste-factor is zeer prominent”, schrijft pastoor Jogesh van Kudra in het bisdom Buxar, Bihar. Hij legt uit dat mensen uit een minderwaardige kaste publieke putten niet mogen gebruiken en hun kinderen soms niet op een school worden toegelaten: “Hun ‘sociale onwenselijkheid’ is wijd verspreid, omdat mensen uit hogere kasten geloven dat ze ‘vervuild" worden door contact met mensen uit lagere kasten.”
Volgens de priester lijden vrouwen en kinderen het meest. “Zij hebben geen stem, niet als individuen, noch als echtgenotes of familieleden; misbruikt en hebben geen rol te vervullen, ze hebben niets om hen aan hun menselijke waardigheid te herinneren. De meesten van hen wonen in rieten hutten of lemen huizen aan de rand van de steden, een teken van de "uitgestotenen".
Metgezellen van Jezus
Op de Kudra-missie, een buitenpost van Chenari in het district Kaimur, worden deze mensen heel anders gezien. Vijftig jaar geleden opgericht door Jezuïeten in een gebied voor evangelisatie, is de Kudra-missie gestaag gegroeid. Pr. Jogesh: “In dit deel van India werden de Jezuïeten, die mensen aanmoedigden om te leven volgens de waarden van het Evangelie, vaak als ‘metgezellen van Jezus voor een rechtvaardige en humane samenleving’ omschreven. De missie werd door verschillende ordes en congregaties beheerd tot het in 2014 werd overgenomen door het bisdom. De zondagsmis wordt inmiddels bezocht door meer dan 430 gelovigen, die voornamelijk te voet reizen vanuit de afgelegen gebieden rond de missie. Sommige wonen op meer dan 40 kilometer. Anderen delen een kostbare autoriksja en moeten twee of drie keer overstappen om naar de kerk te gaan.
Mis in de schuur
Zelfs vandaag de dag, met het toenemende aantal gelovigen, wordt de Mis nog steeds gevierd in een schuur van bijeengeraapte materialen. Aangemoedigd door zijn bisdom, heeft pastoor Jogesh Kerk in Nood (ACN) benaderd met een pleidooi om de bouw van een kleine kapel te ondersteunen. Het nieuwe gebouw zal ook dienen als centrum voor catechismuslessen en andere evenementen. "Hun bewustzijn als christenen en begrip van een geleefd geloof neemt toe", legt Véronique Vogel uit. Volgens de referent voor projecten in India is een kapel absoluut essentieel om het identiteitsgevoel en de gemeenschap van de christenen in het gebied te versterken. "Een kapel verleent de Christenen waardigheid, omdat het niet alleen dient als een plaats om samen te komen en te aanbidden, maar ook als zichtbaar teken van gemeenschap en gedeeld geloof. Het versterkt de identiteit van deze gemarginaliseerde, maar geëngageerde gemeenschap van Christenen.
Samen met de catechisten en een groep religieuze zusters, bezoekt pr. Jogesh regelmatig de dorpen in de omgeving, zorgt voor de zieken, brengt de sacramenten, viert de mis en geeft geestelijke en praktische begeleiding aan de catechumenen. Als hij de mis in de christelijke dorpen viert, bezoekt en helpt hij waar hij kan, ook in de niet-christelijke dorpen. "De nieuwe kapel zal een huis van kennis, van onderwijs en van ervaring va het katholieke geloof worden", belooft de pastoor. "Het zal de bron zijn voor het verwerven van menselijke waardigheid, acceptatie en zelf-erkenning, een plaats van spirituele verrijking. Het is de hoop op groei en ontwikkeling van katholieken in Kudra.”