In grote delen van Azië en Oceanië maken armoede en natuurrampen het leven van de bevolking moeilijk. In het hele gebied vormt migratie vanaf het platteland een probleem. Communistisch totalitarisme, radicaal islamisme en religieus nationalisme behoren tot de grootste bedreigingen voor de godsdienstvrijheid in een groot deel van deze uitgestrekte regio.
Waar christenen op de Filipijnen en in Zuid-Korea volledige vrijheid van godsdienst genieten, worden in het atheïstische Noord-Korea mensen om hun geloof in werkkampen gestopt. Christenen in landen als India ervaren dagelijks onderdrukking door hindoefundamentalisten en in landen als Pakistan en Afghanistan door moslimextremisten. Zelfs in meer liberale landen is een tendens te bespeuren van controle over kerk en geloof, zoals zichtbaar in China en Maleisië.
Op het Filipijnse eiland Mindanao lijkt de terreurgroep Maute, vernoemd naar de broers die haar in 2013 oprichtten, weer de kop op te steken. De aan Islamitische Staat gelieerd groep bestaat voornamelijk uit oud-strijders die de slag om de stad Marawi in 2017 overleefden, waarbij ten minste 1.200 mensen omkwamen. Kerk in Nood steunt er de slachtoffers van de conflicten en de Sililah-beweging voor dialoog, een belangrijk middel om radicalisering door islamisten tegen te gaan.
Kerk in Nood helpt lokale kerken bij het uitvoeren van hun diverse taken en ondersteunt hen bijvoorbeeld bij het bouwen en onderhouden van hun infrastructuur en ook bij het opleiden van hun priesters en personeel. De Kerk heeft vaak het voortouw genomen bij de reactie op de coronapandemie en religieuze gemeenschappen hebben zelfs hun huizen beschikbaar gesteld als quarantaine-onderkomens. Tijdens de pandemie was onze aandacht daarom vooral gericht op het veiligstellen van het levensonderhoud van priesters en religieuzen, zodat zij hun dienst aan mensen in nood konden voortzetten. Inmiddels ligt de focus weer op het ondersteunen van het pastorale werk van de Kerk in Azië en Oceanië.
“Papoea-Nieuw-Guinea is een verafgelegen en grotendeels vergeten land. Slechts drie provincies zijn over de weg met elkaar verbonden, de rest is geïsoleerd”, vertelt pater Martín Prado uit Argentinië, aan Kerk in Nood (ACN). De priester is dan ook dankbaar voor de terreinwagen waaraan Kerk in Nood heeft bijgedragen.
Pater Prado was nog maar net gewijd en nog heel jong toen hij in Papoea-Nieuw-Guinea aankwam. Zijn bisdom, Vanimo, ligt in het afgelegen noordwesten van het land. “Je kunt Vanimo alleen per vliegtuig in- en uitgaan. De enige wegen die er zijn, zijn alleen begaanbaar voor vierwiel aangedreven voertuigen die door jungles kunnen rijden en rivieren en bergen kunnen oversteken. Telkens als ik reis, neem ik enkele jonge mannen mee om me te helpen mocht ik vast kom te zitten”, aldus de Argentijnse priester. De nieuwe 4X4 die hij gebruikt is gefinancierd door donateurs van Kerk in Nood (ACN) en “is mijn redding geweest”, legt hij uit.
Papoea is bedekt met regenwoud dat zeer goed bewaard is gebleven. De grote biodiversiteit is een schat voor de inheemse bevolking van Papoea-Nieuw-Guinea, die geleerd heeft er zorg voor te dragen en er haar voordeel mee te doen. Het gebrek aan begaanbare wegen maakt het echter moeilijk om het onderwijs te verbeteren, ontwikkeling te bevorderen en te evangeliseren. “Ik bezoek gemeenschappen die alleen te voet, per boot of per kano bereikbaar zijn”, zegt pater Prado. Dankzij zijn nieuwe voertuig kan hij nu veel meer mensen bereiken.
Er is nog veel te doen in het bisdom Vanimo. “De mensen lijden enorm in de jungle, ze hebben niets. Kinderen slapen op de grond, ze helpen hun moeders koken boven open vuur, baden in de rivier en lopen op blote voeten. In mijn parochie verkondig ik voor het eerst het Evangelie, doop ik mensen en vertel ik hen over Jezus Christus”, verklaarde de priester, die lid is van het Instituut van het Mensgeworden Woord, aan ACN.
Met deze “vrachtwagen”, zoals pater Prado hem gekscherend noemt, heeft hij de gemeenschap ook vele andere diensten kunnen verlenen. De 4X4 doet dienst als ambulance voor vrouwen die in het medisch centrum moeten bevallen en als lijkwagen om overledenen te vervoeren. Hij vervoert ook medicijnen voor de zieken en bouwmaterialen voor de bouw van twee kerken en huizen voor vier catechisten.
De parochie van pater Prado bevindt zich in de jungle, maar hij heeft ook de leiding over een onderwijsproject aan de kust van Vanimo, waar twee basisscholen zijn en een middelbare school die net wordt opgezet en plaats biedt aan 1000 leerlingen. Dit betekent dat de priester doorgaans zeven dagen in de jungle doorbrengt en zeven aan de kust. “Godzijdank heb ik een auto, maar er zijn priesters die hun gemeenschap maar één keer per jaar bezoeken. Ik ben zo blij met deze pick-up. Hij helpt me bij mijn werk en bij de evangelisatie. Het heeft mijn leven echt veranderd.”
De internationale stichting Kerk in Nood (ACN), verenigd met het verzoek van de Heilige Vader om te bidden voor vrede in Myanmar, kondigt een gebedsinitiatief aan ter gelegenheid van de tweede verjaardag van de staatsgreep die terreur en lijden in het land heeft verspreid. Bidt u mee van 30 januari tot en met 1 februari? Steek dan ook een kaarsje aan in onze online kapel.
Paus Franciscus deed de oproep na het Angelusgebed, afgelopen zondag 22 januari. “Mijn gedachten gaan in het bijzonder uit naar Myanmar, waar de kerk van Onze-Lieve-Vrouw van de Assumptie in het dorp Can Thar – een van de oudste en belangrijkste gebedshuizen van het land – is verbrand en verwoest. Ik ben dicht bij de hulpeloze burgerbevolking die in veel steden zware beproevingen moet doorstaan”, aldus de Heilige Vader. “Bid dat dit conflict spoedig tot een einde komt en een nieuwe periode van vergeving, liefde en vrede inluidt. Laten we samen tot Onze Lieve Vrouw bidden voor Myanmar.”
Geen veilige haven
Thomas Heine-Geldern, voorzitter van Kerk in Nood (ACN Internationaal) sprak over de situatie in Myanmar en roept op tot gebed. “Nu we ons voorbereiden op de tweede verjaardag van de militaire staatsgreep in Myanmar, op 1 februari, vragen we God om de harten te bewegen van allen die een einde kunnen maken aan deze tragedie. Wij bidden ook voor binnenlandse ontheemden, waaronder kinderen, vrouwen, ouderen en zieken in de getroffen gebieden. Het zijn er honderdduizenden en velen worstelen van dag tot dag om te overleven. Er zijn talloze getuigenissen van lijden.” Heine-Geldern noemt de verhalen hartverscheurend. “We horen van mensen die langs de kant van de weg zijn gestrand, die niet weten waar ze heen moeten omdat ze het afgelopen anderhalf jaar geen veilige haven hebben gevonden, vaak zwervend van de ene plaats naar de andere.”
Gebed voor kerkelijke werkers
Kerk in Nood vraagt ook om gebed voor wie hen pastorale en sacramentele steun bieden. “Tijdens deze 24 maanden van strijd en verschrikking, zijn wij getuige geweest van de troost en steun die de aanwezigheid van religieuze mannen en vrouwen biedt aan de ontheemden. Velen voelen zich weerloos en hulpeloos. De aanwezigheid van de Kerk geeft hun enige hoop. Maar we moeten vooral bidden voor de priesters, religieuzen en catechisten, want zij staan bloot aan enorme psychologische en fysieke stress. Wij blijven berichten ontvangen uit Myanmar. ‘Het gaat van kwaad tot erger. Bid voor ons.’ We laten hen niet alleen, we vragen God hen allen te steunen, zodat ze hun missie van liefde en opoffering voor de mensen kunnen voortzetten, ongeacht hun geloof, etniciteit of afkomst”, aldus Heine-Geldern.
“We blijven kinderen lesgeven”
Luchtaanvallen, antipersoonsmijnen, gevechten tussen gewapende groepen, militaire controleposten en stroomonderbrekingen vormen allemaal obstakels voor het werk van de Kerk op zoveel plaatsen, en het is indrukwekkend om getuige te zijn van de heldendaden die te midden van zoveel moeilijkheden plaatsvinden. “We doen wat we kunnen om de kinderen les te blijven geven, we zingen liedjes met ze om te proberen ze aan het lachen te krijgen”, zegt een van onze contactpersonen in een zone met groot gevaar.
16 parochies verlaten
Tot de zwaarst getroffen gebieden behoren de staten Chin, Kayah en Karen, met een aanzienlijke christelijke bevolking, waar veel reguliere pastorale activiteiten tot stilstand zijn gekomen in een humanitaire crisis van grote omvang. In de deelstaat Kayah zijn ten minste 16 parochies verlaten en 19 kerken en religieuze gebouwen verwoest. Veel priesters en religieuzen hebben hun mensen vergezeld en hebben hun toevlucht gezocht in de jungle of in afgelegen gemeenschappen.
Deze plaatsen zijn getuige geweest van wreedheden en direct geweld. Op andere plaatsen helpt de Kerk, ondanks ernstige risico’s, bij de opvang van het toenemende aantal binnenlandse ontheemden, die zelfs niet over de meest elementaire voorzieningen beschikken om te overleven. Op het terrein van de kerken, in de jungle of in kampen krijgen de slachtoffers steun, ongeacht hun geloof. Vrijwilligers delen voedsel, dekens, brandhout, medicijnen en andere noodhulpgoederen uit aan iedereen die dat nodig heeft.
Heilige plaatsen ontheiligd
“Laten we ook bidden voor respect voor het leven en de onschendbaarheid van gebedshuizen. We weten van kerken, kapellen en religieuze huizen die verwoest, verbrand of gebombardeerd zijn. Wij weten van heilige plaatsen die ontheiligd zijn. Elk huis, klooster, tempel of kerk dat het regime bombardeert of verbrandt, betekent een aanslag op de identiteit en de samenhang van de gemeenschap”, aldus de voorzitter van Kerk in Nood internationaal, die benadrukt dat ook boeddhistische gebedshuizen worden geraakt. “Naarmate de gevechten ernstiger worden, verdwijnt het respect voor gebedshuizen in het algemeen, inclusief die van henzelf. In juli 2022 waren ongeveer een derde van de 130 religieuze gebouwen die sinds de staatsgreep door het regime zijn vernietigd, boeddhistische kloosters of pagodes.”
“Laten we bidden voor een einde aan het geweld en een terugkeer naar de dialoog, die een aanzienlijke bron van kracht zou zijn voor de toekomst van Myanmar. Wat dit land, dat in zijn hele geschiedenis zoveel leed heeft doorstaan, op dit moment het meest nodig heeft, is vrede.”
Bidt u mee voor deze vrede? Steek dan ook een kaarsje aan in onze online kapel.
In het verre bergachtige Noord-Oosten van India wonen de leden van de animistische Kasi‑stam. Vanaf de komst van de katholieke missionarissen zijn velen bekeerd door het Goede Nieuws van het Evangelie. Er zijn vele gelovigen die sterk naar een eigen Bijbel verlangen!
Ze zijn toegewijde gelovigen in Jezus Christus geworden. Zij verlangen er vurig naar om meer te leren en om dieper hun geloof te leven.
Dankzij u kon enige jaren geleden een eerste druk van de Bijbel in het Kasi gedrukt worden.
Al deze exemplaren zijn intussen verspreid. Maar de vraag blijft enorm. Er zijn vele gelovigen die sterk naar een eigen Bijbel verlangen! Maar de Kerk hier is arm, net als haar mensen.
Wilt u uw liefde voor de Bijbel delen met de bevolking in Noord-India?
Voor € 2 krijgt één gezin een Bijbel in zijn eigen taal.
Kunt u van betekenis zijn met een gift aan deze toegewijde mensen in India?
Katholieken in Sri Lanka maken bezwaar tegen de promotie van een hoge wetshandhaver die schuldig is aan het niet stoppen van een antichristelijke terroristische aanslag in 2019. Daarbij kwamen 270 mensen om. Hij zou worden benoemd tot de hoogste wetshandhaver van het land.
Op 21 april 2019, paaszondag, werden drie kerken en drie luxehotels gebombardeerd in een reeks gecoördineerde aanslagen. Woordvoerders van ISIS claimden de bomaanslagen en meldden dat de doelwitten Christenen waren en burgers van landen die betrokken zijn bij de anti-ISIS-coalitie. Een presidentiële onderzoekscommissie concludeerde dat belangrijke functionarissen waarschuwingen van lokale en buitenlandse bronnen hadden genegeerd. Onder hen Nilantha Jayawardena, destijds werkzaam als senior adjunct-inspecteur-generaal van de Sri Lankaanse politie en tevens hoofd van de staatsinlichtingendienst.
Jayawardena zou drie weken van tevoren een waarschuwing van Indiase inlichtingenambtenaren ontvangen over een mogelijke aanslag, maar had hij nagelaten te handelen. Erger, hij zou gegevens over de bomaanslagen achteraf uit politiecomputers hebben gewist. De commissie heeft aanbevolen actie te ondernemen tegen Jayawardena op grond van de bepalingen van het Sri Lankaanse wetboek van strafrecht. In de nasleep van de bomaanslagen kreeg Jayawardena een andere functie en werd later opgeroepen als getuige in een rechtszaak tegen andere ambtenaren.
Volgens berichten in de media zal Jayawardena nu worden benoemd tot inspecteur-generaal van de politie, waardoor hij de hoogste wetshandhaver van het land wordt, na de minister van Openbare Orde en Veiligheid.
Pater Cyril Gamini, een woordvoerder van kardinaal Malcolm Ranjith van Colombo, de nationale hoofdstad, maakt bezwaar tegen de benoeming. “Wij veroordelen de stap om hem te benoemen tot inspecteur-generaal van de politie, ondanks zijn plichtsverzuim,” zei Gamini op 9 januari. “Dit is verraad aan alle Sri Lankanen die gerechtigheid zoeken. Dit is een daad van verraad tegen degenen die zijn omgekomen in het bloedbad en hun familieleden. Dit is een belediging voor katholieken en Christenen,” zei hij. “Wij eisen gerechtigheid. Wij roepen de mensen op zich bij ons aan te sluiten en deze sinistere zet te veroordelen. Wij verafschuwen deze poging om de waarheid te verbergen. Wij zijn fel gekant tegen deze belediging van katholieken en Christenen.”
Bronnen: Crux, Fides
Op het Filipijnse eiland Mindanao lijkt de terreurgroep Maute, vernoemd naar de broers die haar in 2013 oprichtten, weer de kop op te steken. De aan Islamitische Staat gelieerd groep bestaat voornamelijk uit oud-strijders die de slag om de stad Marawi in 2017 overleefden, waarbij ten minste 1.200 mensen omkwamen. Kerk in Nood steunt nog steeds de slachtoffers van deze conflicten.
Het Filippijnse leger heeft een trainingskamp en een laboratorium om explosieven te maken ontdekt in het Marogong-bos. Ook zou in de provincie Lanao del Sur een nieuwe rekruteringscampagne van Maute aan de gang zijn. Vanaf 23 mei 2017 heeft het Filippijnse leger er vijf maanden over gedaan om de stad te bevrijden, waarbij huis aan huis werd gevochten met honderden gewapende strijders van de Maute-groep en haar bondgenoot, de Abu Sayyaf-groep. Naar schatting 1.200 burgers en strijders lieten het leven, terwijl ongeveer 200.000 inwoners uit het stadscentrum werden geëvacueerd.
In de provincie Lanao del Sur, waar moslims meer dan 90 procent van de bevolking uitmaken, werkt Maute naar verluidt samen met een andere lokale organisatie, Dawlah Islamiyah. Haar strijders – minstens 40 volgens de militaire inlichtingendienst – zijn niet alleen overlevenden van de slag om Marawi en de daaropvolgende gevechten, maar ook jonge rekruten.
Het vooruitzicht van nieuw gewapend extremisme in een strategisch gebied in Azië baart ook veel andere landen zorgen, en dreigt het moeizame proces van autonomievorming in de gebieden met een moslimmeerderheid in het zuiden van de Filipijnen, die deel uitmaken van de autonome regio Bangsamoro in Muslim Mindanao (BARRM), te doen ontsporen.
Tijdens het conflict zelf voorzag Kerk in Nood in hulp voor de vluchtelingen. Direct na het conflict steunde Kerk in Nood een project voor traumazorg van het bisdom voor zo’n 200 mannen, vrouwen en kinderen die maandenlang gevangen werden gehouden. Velen ondergingen in die tijd lichamelijke en psychische martelingen, vrouwen en jonge meisjes werden verkracht. Er wordt zowel hulp verleent aan Moslims als aan Christenen.
Bronnen: AsiaNews, Kerk in Nood
Kerk in Nood bood toen hulp en biedt nu hulp aan projecten van het plaatselijke bisdom.
In Mei 2017 slaagden enkele honderden islamitische strijders erin de stad Marawi in de Filippijnen te veroveren en te bezetten. Zij doodden daarbij veel mensen, namen krijgsgevangenen en verwoestten de Katholieke Kathedraal van Onze Lieve Vrouw. De meeste krijgsgevangenen die zij maakten waren Christenen. Kerk in Nood bood toen hulp en biedt nu hulp aan projecten van het plaatselijke bisdom.
De Jihadisten hielden Marawi vijf maanden bezet maar uiteindelijk werd de stad door het regeringsleger bevrijd, wel na nog veel meer verwoestingen aangericht te hebben. Duizenden inwoners werden gedwongen de stad te verlaten en de meesten van hen leven nog steeds in tenten of zijn bij familieleden ingetrokken.
Tijdens het conflict al voorzag Kerk in Nood in hulp voor de vluchtelingen. Sindsdien biedt Kerk in Nood hulp aan de door het conflict getraumatiseerde mensen. Kerk in Nood steunt onder meer een project van het bisdom dat traumazorg biedt aan zo’n 200 mannen, vrouwen en kinderen, die maandenlang gevangen werden gehouden en lichamelijke en psychische martelingen ondergingen. Daar zijn veel vrouwen en ook jonge meisjes bij die verkracht werden. Er wordt zowel hulp verleent aan Moslims als aan Christenen. Een ander initiatief van het plaatselijke bisdom is ‘Jeugd voor Vrede’, waarbij 184 christelijke en moslim studenten vluchtelingenkampen bezoeken.
Globaal genomen is 80% van de bevolking van de Filippijnen Katholiek. Alleen op de eilandengroep van Mindanao in het zuiden leeft een relatief groot aantal Moslims. Al jaren proberen islamitische terreurgroepen daar een ‘Islamitische Staat’ te vestigen. Marawi was eigenlijk al een centrum voor de Moslims. Zij waren bij de aanval ook van plan de bisschop van Marawi, Edwin de la Penja, gevangen te nemen maar die bevond zich toen net niet in de stad. In zijn plaats hebben zij de vicaris generaal, Teresito Suganob en nog andere Katholieke gelovigen meegenomen. Zij namen ook een aantal Moslims gevangen, die zij beschuldigden van samenwerking met de Christenen.
Wilt u deze projecten van het bisdom steunen? Doneer dan online via deze website of maak uw gift over onder vermelding van code: 329-09-59. Uw gift wordt gebruikt voor dit project of soortgelijke projecten in de regio.
In het verre bergachtige Noord-Oosten van India wonen de leden van de animistische Kasi‑stam. Vanaf de komst van de katholieke missionarissen zijn velen bekeerd door het Goede Nieuws van het Evangelie. Er zijn vele gelovigen die sterk naar een eigen Bijbel verlangen!
Ze zijn toegewijde gelovigen in Jezus Christus geworden. Zij verlangen er vurig naar om meer te leren en om dieper hun geloof te leven.
Dankzij u kon enige jaren geleden een eerste druk van de Bijbel in het Kasi gedrukt worden.
Al deze exemplaren zijn intussen verspreid. Maar de vraag blijft enorm. Er zijn vele gelovigen die sterk naar een eigen Bijbel verlangen! Maar de Kerk hier is arm, net als haar mensen.
Wilt u uw liefde voor de Bijbel delen met de bevolking in Noord-India?
Voor € 2 krijgt één gezin een Bijbel in zijn eigen taal.
Kunt u van betekenis zijn met een gift aan deze toegewijde mensen in India?
Kerk in Nood bood toen hulp en biedt nu hulp aan projecten van het plaatselijke bisdom.
In Mei 2017 slaagden enkele honderden islamitische strijders erin de stad Marawi in de Filippijnen te veroveren en te bezetten. Zij doodden daarbij veel mensen, namen krijgsgevangenen en verwoestten de Katholieke Kathedraal van Onze Lieve Vrouw. De meeste krijgsgevangenen die zij maakten waren Christenen. Kerk in Nood bood toen hulp en biedt nu hulp aan projecten van het plaatselijke bisdom.
De Jihadisten hielden Marawi vijf maanden bezet maar uiteindelijk werd de stad door het regeringsleger bevrijd, wel na nog veel meer verwoestingen aangericht te hebben. Duizenden inwoners werden gedwongen de stad te verlaten en de meesten van hen leven nog steeds in tenten of zijn bij familieleden ingetrokken.
Tijdens het conflict al voorzag Kerk in Nood in hulp voor de vluchtelingen. Sindsdien biedt Kerk in Nood hulp aan de door het conflict getraumatiseerde mensen. Kerk in Nood steunt onder meer een project van het bisdom dat traumazorg biedt aan zo’n 200 mannen, vrouwen en kinderen, die maandenlang gevangen werden gehouden en lichamelijke en psychische martelingen ondergingen. Daar zijn veel vrouwen en ook jonge meisjes bij die verkracht werden. Er wordt zowel hulp verleent aan Moslims als aan Christenen. Een ander initiatief van het plaatselijke bisdom is ‘Jeugd voor Vrede’, waarbij 184 christelijke en moslim studenten vluchtelingenkampen bezoeken.
Globaal genomen is 80% van de bevolking van de Filippijnen Katholiek. Alleen op de eilandengroep van Mindanao in het zuiden leeft een relatief groot aantal Moslims. Al jaren proberen islamitische terreurgroepen daar een ‘Islamitische Staat’ te vestigen. Marawi was eigenlijk al een centrum voor de Moslims. Zij waren bij de aanval ook van plan de bisschop van Marawi, Edwin de la Penja, gevangen te nemen maar die bevond zich toen net niet in de stad. In zijn plaats hebben zij de vicaris generaal, Teresito Suganob en nog andere Katholieke gelovigen meegenomen. Zij namen ook een aantal Moslims gevangen, die zij beschuldigden van samenwerking met de Christenen.
Wilt u deze projecten van het bisdom steunen? Doneer dan online via deze website of maak uw gift over onder vermelding van code: 329-09-59. Uw gift wordt gebruikt voor dit project of soortgelijke projecten in de regio.
Nauwelijks opgemerkt door de wereld, escaleerde het conflict tussen Armenië en Azerbeidzjan op 27 september 2020 in een oorlog in Nagorno-Karabach. Op 9 november 2020 werd een staakt-het-vuren tussen de twee landen overeengekomen. Met talloze oorlogsmisdaden, meer dan 4 000 gesneuvelde Armeense soldaten – bijna een hele generatie jonge mannen – en ongeveer 90 000 vluchtelingen, voegde deze oorlog een tot nu toe ongeziene laag van wreedheid toe aan het langdurige conflict en leidde tot een humanitaire catastrofe. Slechts 25.000 van de vluchtelingen hebben naar hun huizen kunnen terugkeren. De anderen zijn gestrand in Armenië en vechten om te overleven.
In oktober brachten medewerkers van de katholieke hulporganisatie Kerk in Nood (ACN) een bezoek aan Armenië om de situatie van dichtbij te bekijken en na te gaan waar het meest doeltreffend hulp kan worden geboden nu er geen overheidssteun meer beschikbaar is en veel goede doelen zijn vertrokken. Het bood hun ook de gelegenheid om een aantal vluchtelingengezinnen te ontmoeten. Een van deze gezinnen was dat van Lida, die vertelde over haar familie en wat zij hebben doorgemaakt.
Getekend door vermoeidheid
Artashat is een klein stadje op het punt waar de grenzen van Armenië, Turkije en Azerbeidzjan samenkomen. We hebben het centrum van de stad achter ons gelaten en rijden over een lange en stoffige grindweg die nergens heen lijkt te leiden. Aan weerszijden van de weg staan verlaten industriecomplexen – overblijfselen uit de Sovjettijd. Na ongeveer vijf kilometer slaan we af en rijden een van deze terreinen op. Aan de uiterste rand ervan staat een huis, dat op het eerste gezicht verlaten lijkt. Dit is echter misleidend. Lida, een blonde vrouw van middelbare leeftijd, staat ons in de deuropening op te wachten. Haar gezicht is getekend door vermoeidheid, maar zij, haar schoondochter Mariam en haar kleine kleindochter Nané zijn blij dat we hen komen bezoeken. Terwijl Mariam koffie voor ons zet in de geïmproviseerde keuken, vertelt Lida ons over wat ze het afgelopen jaar hebben meegemaakt.
“Schuilden onder een tafel”
“We hadden een goed leven in Nagorno-Karabach. Ik ben al vele jaren weduwe, maar door mijn werk als lerares kon ik goed voor mijn twee zonen zorgen. We bezaten een klein huis en hadden alles wat we nodig hadden. Dit veranderde vorig jaar abrupt toen mijn twee zonen op 27 september vertrokken om in het leger te gaan en te vechten. Ze waren 22 en 24 jaar oud. Dit betekende dat mijn schoondochter en ik met de kleine alleen waren toen de bombardementen begonnen. We schuilden eerst onder de tafel. Later verstopten we ons in de kelder met een beetje voedsel en water. Er was al geen elektriciteit of stromend water. Toen de dorpsoudsten ons vertelden dat we het dorp moesten verlaten, zijn we eerst naar Berdzor gevlucht en een week later met de bus naar Armenië vervoerd. Het enige wat we bij ons hadden was een koffer. In het begin konden we bij familie in Artashat verblijven. Maar we konden daar niet eeuwig blijven wonen. We waren een last voor de familie. Nu wonen we hier al zes maanden.”
Spartaans leven
Ze laat ons de flat zien: alles is schoon en opgeruimd, maar spartaans ingericht met alleen het allernoodzakelijkste en zonder elektriciteit of stromend water. “We halen één keer per week water bij familie.” Er zit een enorm gat in het plafond, waardoor je in de eerste verdieping kunt kijken. De familie heeft een lening afgesloten om de meest elementaire meubels te kunnen kopen. “En dat terwijl we nog steeds bezig zijn met het afbetalen van de lening in Nagorno-Karabach die we voor de kinderkamer hebben afgesloten toen we erachter kwamen dat Nané onderweg was. De bank daar kent geen genade. Ik heb geen idee hoe we het ooit gaan redden.”
De enige hulp die ze kregen, was een betaling van 150 dollar gedurende de eerste vier maanden. Degenen die een familielid hebben verloren, kregen een eenmalige uitkering van 20.000 dollar. Gelukkig zijn Lida’s beide zonen teruggekeerd uit de oorlog. Ze vertelt echter dat de oudste ernstig getraumatiseerd is en niet in staat is om te werken. “Mijn jongste zoon heeft tenminste werk kunnen vinden in de conservenfabriek iets verderop in de straat. Maar het werk wordt slecht betaald, en zijn eerste loon kreeg hij pas na zes maanden. Ik probeer het gezin te onderhouden door twee leerlingen les te geven.”
Terugkeer niet veilig
Als Lida over haar huis in Nagorno-Karabach praat, heeft ze tranen in haar ogen. “Ze verwachten dat we terugkeren naar onze huizen – als die niet zijn verwoest. Maar het is er niet veilig. In geval van twijfel kijken de zogenaamde Mirotvorcy-soldaten (de Russische “vredeshandhavers”) die aan de grens zijn gestationeerd, gewoon de andere kant op. Azerbeidzjanen hebben ons huis bezet en er vrolijk over gepost op Facebook.” Het verlies van een dak boven hun hoofd, van werk en dus van bestaansmiddelen, het trauma dat ze hebben opgelopen – dit alles heeft niet alleen Lida en haar familie gedemoraliseerd, maar ook duizenden anderen.
Kerk springt in de bres
Zoals zo vaak het geval is, is het de katholieke Kerk die in de bres springt en zich over de mensen ontfermt wanneer er geen overheidssteun meer beschikbaar is. De Kerk biedt niet alleen geestelijke en psychologische hulp om het trauma te verwerken, maar ook materiële hulp: zij helpt wanneer gehandicapte veteranen toegankelijke huisvesting nodig hebben, wanneer reparaties de leefsituatie van een gezin kunnen verbeteren, zoals aan een badkamer, waardoor een gezin niet langer in de vrieskou buiten hoeft te lopen voor een bad.
Aangezien veel gezinnen – tenminste tijdelijk – hun kostwinners zijn kwijtgeraakt, helpt de Kerk ook behoeftige gezinnen in hun levensonderhoud te voorzien in een land met stijgende werkloosheid en prijzen. Sommige kostwinners werken in Rusland, anderen zijn in Nagorno-Karabach gebleven en worden gerehabiliteerd. Als het enigszins mogelijk is, helpt de Kerk hen bij het vinden van werk.
Met uw steun kan de lokale Kerk noodhulp-pakketten bieden aan 150 gezinnen in de stad Goris, dicht bij de grens van Nagorno-Karabach, helpen bij huisvesting en levensonderhoud en de door de oorlog zo benodigde psychologische en pastorale zorg bieden. Helpt u mee?
Foto: Ismael Martínez Sánchez / ACN
De bevolking van Nepal, zo’n 30 miljoen inwoners, bestaat voor het overgrote deel uit Hindoes. De ongeveer 8000 katholieken in het land vormen dus slechts een kleine minderheid van de bevolking. Toch is de katholieke kerk in Nepal, ondanks haar geringe aantal, springlevend en bloeiend. Wel heeft de coronapandemie het land, net als buurland India, zwaar getroffen. Ook de Kerk heeft het er moeilijk mee. Zelfs in normale tijden is het niet gemakkelijk om de eindjes aan elkaar te knopen.
De apostolisch vicaris, bisschop Paul Simick, die uit India komt, is zeer begaan met het welzijn van zijn priesters, maar hij kan het zich niet veroorloven om hen een regelmatig inkomen te betalen. En hoewel hij bereid is om het weinige dat hij heeft te delen met zijn priesters, vooral diegenen die in de armste en meest afgelegen parochies van het land werken, heeft de coronavirus crisis hem met nog minder middelen laten zitten dan voorheen.
Bisschop Paul schreef Kerk in Nood: “De Misintenties zijn het enige middel om onze priesters te ondersteunen bij hun eigen persoonlijke en medische behoeften en voor de kleine pastorale projecten die ze af en toe in hun eigen parochies kunnen uitvoeren. Het vicariaat is helaas niet in staat om onze priesters regelmatig hierin te ondersteunen. Dus als u ons zou kunnen helpen met Misintenties, zou dat werkelijk een zegen zijn. We zouden u zeer dankbaar zijn.”
Helpt u de 31 priesters van zijn vicariaat? Geef uw misintentie dan hier door en vermeld bij de intentie code: 338-04-missen. Zij zullen hun Heilige Missen opdragen voor uw intenties en uit dankbaarheid voor de reeds toegezegde hulp.
Wanneer katholieke Christenen de woorden “India” en “missionarissen” horen, is het eerste wat hen waarschijnlijk te binnen schiet het beeld van missionarissen uit Europa die op het subcontinent werken. Maar de tijden zijn veranderd: de Kerk in India, die volgens de traditie werd gesticht door Thomas de Apostel, heeft zich ontwikkeld tot een nieuw centrum van religieuze roepingen. Vandaag de dag worden missionarissen uit India uitgezonden om over de hele wereld te dienen – de meesten naar Europa, maar sommigen ook naar het Afrikaanse continent.
De Karmelieten uit de provincie Manjummel in India zijn hier een voorbeeld van. In antwoord op een verzoek van de plaatselijke bisschop van Chipata werden in 2014 vier broeders naar Zambia gestuurd om het werk van de missie te beginnen. Een jaar later konden de religieuzen hun eigen klooster betrekken en in december 2020 ontving een door de orde gesticht seminarie zijn eerste studenten. Een jonge lokale man uit Chamilala is er al begonnen aan zijn priesterlijke vorming. “Zo begint het proces van inplanting van de Orde van de Ongeschoeide Karmelieten diep in Zambia”, luidt de blijde boodschap in een officiële verklaring van het klooster. Kerk in Nood (ACN) heeft de missionarissen in India vanaf het allereerste begin gesteund.
De pastorale activiteiten die worden uitgevoerd in de regio, die een van de armste van het land is, variëren van regelmatige zondagse diensten en catecheselessen tot ter plaatse ontwikkelde geloofsvormingsprogramma’s. In de afgelopen twee jaar zijn ongeveer 500 doopsels gevierd; deze werden gedeeltelijk mogelijk gemaakt door evangelisatie van deur tot deur.
Medische en onderwijsvoorzieningen maken ook deel uit van de diensten die worden verleend door de parochies die door de Karmelieten worden geleid. Zoals op de meeste plaatsen in de wereld, ligt de nadruk momenteel op de bestrijding van de corona-pandemie. Veel ziekten worden echter veroorzaakt door een gebrek aan toegang tot schoon drinkwater. Als reactie hierop hebben de parochies zelf waterputten gebouwd, die de inwoners van de dorpen van water voorzien.
Zoals broeder Jacob Paxy Aumkal aan Kerk in Nood uitlegde, vormt de gebrekkige infrastructuur ook een grote uitdaging. “In het regenseizoen zijn de wegen onbegaanbaar door de kleverige modder. Wekenlang zijn we dan afgesneden van de rest van het land.” ACN probeert ook op dit gebied te helpen, bijvoorbeeld door vierwielaangedreven voertuigen te doneren die de priesters kunnen gebruiken om hun vijf missieposten te bereiken, zodat ze de mensen die daar wonen kunnen bijstaan en ondersteunen. “We zijn vol dankbaarheid als we denken aan al die mensen die zoveel hebben gedaan om ons missiewerk te steunen”, schreef broeder Jacob Paxy. Hij legde uit dat, aangezien de broeders geen bron van inkomsten hebben, de door Kerk in Nood toegekende Misintenties het enige middel van bestaan zijn voor onze missionarissen.
Broeder Jacob Paxy dient momenteel alleen in de afgelegen missiepost in Chamilala. Hij werkt tot 19 uur per dag – en toch is hij vol vertrouwen. “We zijn dankbaar dat God ons nodig had in deze missie, om te prediken tot de armen en hun pijn te verzachten. Wij nodigen u allen uit om deel te nemen aan deze missie, hetzij direct, hetzij indirect door actieve fysieke of geestelijke deelname. Zij die in staat zijn om economisch bij te dragen aan de ontwikkeling van deze missie en de verwezenlijking van haar projecten worden van harte aangemoedigd om dit te doen. Wij verzekeren u dat God u zal belonen voor elke hulp die u aan deze missie van God geeft.”
Wilt u het werk van de lokale Kerk in Chipata, Zambia, steunen? Doneer dan online of maak uw gift over onder vermelding van Zambia. Uw gift gaat naar dit project of soortgelijke projecten in de regio.
Voor een kostschool van Italiaanse zusters in het bisdom Eluru in India was dringend een nieuwe waterput nodig. U maakte het mogelijk!
De congregatie van de Dochters van de ”Opdracht van Maria in de Tempel” werd in de negentiende eeuw in Italië gesticht met als doel om voor kinderen en jonge meisjes te zorgen. Tegenwoordig heeft de congregatie huizen in Italië, India, Djibouti en Somalië en scholen, kostscholen, weeshuizen en léproseriën en neemt ook de zorg op zich voor ouderen.
In India leiden de zusters een kostschool in Dhabhagudam, in het bisdom Eluru, waar zo’n 150 kinderen afkomstig uit verafgelegen dorpen studeren. Voor deze kinderen is dit de enige mogelijkheid om naar school te gaan. De inwoners van de streek zijn arm en werken meestal als dagloner. Ze kunnen zelden lezen en schrijven. Velen zijn verslaafd aan alcohol, wat menig gezin ten gronde richt. Voor kinderen die onder zulke omstandigheden opgroeien, belooft het leven niet veel goeds als de zusters hen niet de gelegenheid geven om naar school te komen. De vruchten zijn nu al zichtbaar: het analfabetisme neemt af, kinderen worden minder uitgebuit en minder vaak uitgehuwelijkt. Enkele oud-leerlingen zijn inmiddels aan een studie begonnen. Duidelijk is dat onderwijs de sleutel is tot een betere toekomst.
Er is echter een probleem. De zusters beschikken slechts over één waterput die steeds meer problemen geeft. De watervoorziening voor de hele kostschool, het huis van de zusters zelf en voor de mensen uit de omgeving is niet veilig. Vooral voor de oudere mensen uit de buurt, die afhankelijk zijn van de put van de zusters voor drinkwater, is dit een groot probleem. Onze goede gevers hebben met € 7.700 kunnen helpen zodat de zusters weer een nieuwe put hebben.
De zusters in Eluru zijn inmiddels geholpen. Wilt u andere zusters in India helpen met bestaanshulp, een bijdrage die hen in staat stelt hun missie te vervullen? Maak dan uw gift over onder vermelding van ‘Zusters India’ of doneer veilig en snel via onze website. Uw gift gaat naar soortgelijke projecten in de regio.
"Ik nodig u uit om samen met Kerk in Nood overal in de wereld werken van barmhartigheid te realiseren."
Kerk in Nood
Peperstraat 11-13
5211 KM 's Hertogenbosch
info@kerkinnood.nl
(073) 613 08 20
NL27 ABNA 0503 0402 31
RSIN/ANBI 2865841; KVK 41080169
Contactformulier
Projectaanvragen
Privacybeleid
Stichting Kerk in Nood/Voorheen Oostpriesterhulp Nederland
COPYRIGHT © 2023 ACN NEDERLAND - KERK IN NOOD