Oekraïne was al een land in crisis voor de coronapandemie. Corruptie, gebrek aan van vooruitzichten, economische crisis en de oorlog in het oosten van het land hebben ervoor gezorgd dat veel jongere en goed opgeleide mensen het land verlaten. De pandemie heeft de ontberingen alleen maar verergerd. Ook de Kerk is getroffen. Sinds de oorlog heeft Kerk in Nood ruim 1,6 miljoen euro toegezegd waardoor de Kerk haar missie kan blijven vervullen en slachtoffers van de oorlog kan blijven bijstaan.
De oorlog in Oekraïne raakt zowel mensen in de conflictgebieden als daarbuiten. Naast verhalen over de ontberingen die achterblijvers én vluchtelingen moeten doorstaan, vernemen we over priesters die opgepakt en bedreigd worden.
De Kerk in Oekraïne geeft om Viktor en zijn gezin… net als om de vele andere vluchtelingen en armen die geraakt zijn door het conflict in het land. De eerdere spanningen in het oosten van het land en sinds februari 2022 de oorlog, hebben geleid tot een vluchtelingenstroom naar gebieden waar de bevolking zelf al amper kan rondkomen. In een stad als Zaphorizhya zijn tienduizenden mensen van elders gehuisvest. Zonder baan en inkomen en door de hoge gasprijzen, zijn honger en kou hun grootste vijanden.
Katholieken vormen een minderheid van iets minder dan 10% van de totale Oekraïense bevolking van ongeveer 44 miljoen. Kerk in Nood heeft vele religieuze gemeenschappen kunnen helpen in nood met materiële hulp als gevolg van de oorlog. Deze steun was onontbeerlijk, want naast haar apostolaat, biedt de Kerk ook een belangrijke dienst aan de samenleving, met religieuzen die zorgen voor ouderen, zieken, gehandicapten en verwaarloosde kinderen.
Bisschop Vitaly Krivitskiy van het Latijnse bisdom Kyiv-Zhytomyr leeft al twee jaar in oorlogstijd. Geconfronteerd met een ontredderde bevolking maakt hij van zijn parochies heiligdommen van geloof. Ook bereidt hij zijn priesters voor om “geestelijke eerste hulp” te bieden aan soldaten aan het front.
Op 52-jarige leeftijd leidt bisschop Vitaly Krivitskiy een bisdom van 70 priesters, die allemaal dagelijks geconfronteerd worden met ellende als gevolg van de oorlog die in hun land woedt. Ze zijn getuige van de rouw, de angst voor de toekomst, de stroomstoringen en alle armoede. “Naast hun gewone pastorale werk voeren ze ook sociale actie als een steeds belangrijker onderdeel van hun activiteiten,” legt bisschop Krivitsky uit aan Kerk in Nood (ACN).
Toen de “Speciale Militaire Operatie” eind februari 2022 door Rusland werd gelanceerd, schreef de bisschop aan zijn priesters: “Als u moet vertrekken, omdat u oordeelt dat het onmogelijk is om te blijven, zal niemand u veroordelen. Maar uw parochianen hebben u nodig.” Geen van hen koos ervoor om zijn post te verlaten, ook niet de 15 buitenlandse priesters die als missionaris werkzaam zijn in zijn bisdom.
Parochies als veilige havens
Om de noodsituatie in goede banen te leiden, gaf de bisschop de opdracht dat de parochies veilige toevluchtsoorden moesten worden voor alle vluchtelingen. Dat ze kelders of crypten ombouwen tot schuilplaatsen, dat ze voorraden drinkwater, benzine en elektrische generatoren aanleggen.
“Ik wil dat onze parochies burchten worden waar de oorlog geen vat op heeft,” legt de bisschop uit aan Kerk in Nood (ACN). “Plaatsen waar je warm kunt zitten, beschermd tegen de bommen, maar ook waar je met een priester kunt praten en een zekere troost kunt ontvangen.”
Geestelijke noodhulp voor soldaten
In drie mobiele keukens kunnen 1.000 maaltijden per dag worden bereid voor de meest behoeftigen. Altijd met de bedoeling om de bevolking uit de oorlog te halen. Ook worden er met de hulp van Kerk in Nood (ACN) zomerkampen voor jongeren georganiseerd. Aan het front vraagt de bisschop vrijwillige priesters om “geestelijke noodhulp” te verlenen. Zij moeten er de soldaten ondersteunen die met wanhoop worden geconfronteerd. Ze verdelen ook “geestelijke noodpakketten”, een Bijbel en een rozenkrans.
Maar het verstrijken van de tijd eist zijn tol op deze maatregelen. De generatoren, die niet ontworpen zijn om permanent gebruikt te worden, raken versleten. “Onze middelen nemen af,” merkt de bisschop bedroefd op.
Mobilisatie zonder uitzondering
Er is nog een ander zorgwekkend onderwerp, aangezien de regering heeft gezegd dat ze alle mannen “zonder de minste uitzondering” zal mobiliseren. Dit zou ook priesters kunnen omvatten, en deze maatregel zou de inspanningen van bisschop Krivitsky teniet kunnen doen.
De Oekraïense autoriteiten, die net als het hele land geraakt worden door het secularisme, zouden voor de extreme oplossing kunnen kiezen om priesters zonder onderscheid in te schrijven. De bondgenoten van Oekraïne, noch het maatschappelijk middenveld zouden zo’n maatregel op prijs stellen, maar de moeilijke militaire situatie zou als voorwendsel gebruikt kunnen worden om door te gaan.
“We praten nooit over de verre toekomst”
De komende winter dreigt verschrikkelijk te worden voor het land, onderhevig aan aanvallen van de Russische artillerie. Het elektriciteitsnet, dat al voor 80% verwoest is, zou nog vaker kunnen uitvallen, wat het leven voor de burgerbevolking onmogelijk zou maken. De bisschop kijkt echter niet te ver vooruit. “We spreken nooit over de verre toekomst. We vragen ons alleen af wat we kunnen doen om op deze of gene noodsituatie te reageren.”
Op dit moment heeft hij vooral gebed nodig: “Het zijn niet alleen woorden: als je voor je naaste bidt, zijn er echte effecten,” verzekert de prelaat. Verder hoopt hij de winter door te komen. Dat hangt vooral af van de generatoren, want die zijn de enige toevlucht als tijdens de ijskoude winter de elektriciteit uitvalt.
Sinds het begin van de oorlog hebben de vele weldoeners van Kerk in Nood (ACN) wereldwijd priesters gesteund in hun pastorale missie onder de gelovigen in extreem moeilijke omstandigheden met pastorale en noodprojecten en Misintenties.
Tijdens zijn bezoek aan het internationale hoofdkantoor van Kerk in Nood (ACN) sprak bisschop Pavlo Honcharuk van het rooms-katholieke bisdom Kharkiv-Zaporizhzhia met de liefdadigheidsinstelling over de situatie ter plaatse. Tijdens het gesprek benadrukte de bisschop, die een van de grootste bisdommen in Europa leidt, het belang van pastorale zorg in de regio, die direct aan de Russische grens ligt en zwaar onder vuur ligt. Volgens de media heeft Rusland alleen al in juni 2024 zo’n 700 geleide bommen afgevuurd op Kharkiv, de op één na grootste stad van Oekraïne.
De stad Kharkiv ligt op slechts 30 km van de Russische grens. Sinds het begin van de Russische aanvalsoorlog ligt de stad regelmatig zwaar onder vuur en is nu zwaar beschadigd. Kunt u ons vertellen over de huidige situatie?
We leven van uur tot uur. S-300 raketten afgevuurd vanaf Russische zijde raken Kharkiv in minder dan 39 seconden. Omdat de raket zo snel vliegt, landt hij eerst en daarna komt de luchtaanvalwaarschuwing. Iedereen die binnen 70 km van het front woont, komt als eerste in de Russische vuurlinie terecht. In Oekraïne is er echter geen veilige plek. De aanvallen kunnen overal plaatsvinden.
Hier in Kharkiv gaat de waarschuwing voor een luchtaanval bijna non-stop af. Ook elk uur van de nacht. Veel mensen durven nog steeds niet naar buiten. Er zijn veel zelfmoorden, omdat mensen niet weten wat er gaat gebeuren. De scholen en kleuterscholen zijn gesloten. Veel kinderen leren in ondergrondse stations. Ik ken een lerares die elke dag naar een plek in de buurt gaat waar ze Wi-Fi heeft en van daaruit online lessen geeft aan haar studenten, die nu verspreid zijn over 18 landen. Alles is verwoest. De mensen hebben geen huizen, geen appartementen… een 73-jarige man kwam naar ons toe en had niets bij zich. Gelukkig was hij buiten toen de raket zijn huis raakte. Maar alles is weg. We hebben kleding voor hem gekocht.
Hoe is de situatie voor de lokale kerk?
Ik heb een heel groot bisdom, maar een kwart ervan is bezet en in dat deel zijn er geen priesters meer. Voor de oorlog in 2014 hadden we 70.000 gelovigen in ons bisdom. Nu zijn dat er nog maar 2.500.
Ook al is alles hier instabiel, er is één ding dat niet verandert: we moeten de lopende kosten voor gas, water en elektriciteit betalen, zodat de priesters en religieuzen hun bestaan veilig kunnen stellen. De gelovigen kunnen ons niet steunen, ze hebben alles verloren. Daarom dank ik Kerk in Nood uit de grond van mijn hart dat ze er zijn en ons helpen. Priesters en religieuzen zijn onvervangbaar. Ze zijn een teken van stabiliteit en veiligheid. De mensen zeggen: als er een priester is, kan ik ook blijven. Ze hebben onze aanwezigheid gewoon nodig. Eenzaamheid is heel moeilijk te verdragen, vooral als je een geliefde hebt verloren.
Wat is de belangrijkste taak van de Kerk in deze sombere situatie?
Onze missie is om Christus en zijn woord te verkondigen. Gebed is het grootste wapen. Veel mensen vragen: wanneer zal de oorlog eindigen? Er is geen antwoord. Maar we moeten niet stoppen met bidden.
Maar net zo belangrijk is het om er voor de mensen te zijn, hen te begeleiden, hun lasten met hen te dragen, met hen te bidden, hen te dienen. En middelen zoeken om hen te helpen deze moeilijke tijd te boven te komen. Het gaat niet alleen om materiële hulp, maar ook om psychologische hulp. Het is belangrijk dat iemand begrijpt wat er in hem omgaat, zodat hij zichzelf niet veroordeelt, want met angst komt ook agressie. Dat is normaal in een oorlogssituatie. Dan moet je erover praten. We hebben weinig specialisten en deskundigen en dat is een probleem.
Kerk in Nood heeft steun gegeven aan psychologische vorming voor priesters, religieuzen en vrijwilligers in verband met oorlogsverwondingen. Dat is zo belangrijk en daar zijn we erg dankbaar voor!
U bent zelf ooit militair aalmoezenier geweest en bent nu verantwoordelijk voor alle militaire aalmoezeniers van de Katholieke Bisschoppenconferentie. Kunt u uitleggen hoe hun werk eruit ziet?
Een militaire aalmoezenier houdt zich bezig met de pastorale zorg voor de mannen aan het front, maar ook voor hun gezinnen. We hebben 46 militaire aalmoezeniers in mijn bisdom. Elke jonge man aan het front is een eenzame strijder. Hij voelt zich erg alleen, omdat er maar weinig mensen zijn aan wie hij kan vertellen hoe het met hem gaat. Hij zou geen psycholoog in vertrouwen nemen, omdat hij die niet vertrouwt, en ook zijn familie niet, omdat hij die zou willen beschermen. Wat deze mannen in hun ziel hebben is een nachtmerrie. Daarom is een militaire aalmoezenier zo belangrijk. Hij luistert naar wat mannen op hun ziel hebben. Je weet vaak niet wat je moet zeggen, je bent er gewoon.
Welke ervaringen hebben u de afgelopen tijd bijzonder getekend?
Het is natuurlijk heel moeilijk als ik families moet vertellen dat hun zoon of echtgenoot is omgekomen. Vaak wordt de bisschop gevraagd om dat te doen… Ik was vooral ontroerd door een ervaring in een dorp vlakbij het front. Daar stierf een vrouw en we wilden haar begraven, maar de plaatselijke orthodoxe priester vond dat te gevaarlijk. Toch ging ik. De mensen daar waren pro-Russisch, ze wilden niet met ons praten en waren erg agressief. De begrafenis vond plaats in een kelder, zonder elektriciteit. Ik deelde kaarsen uit. Er waren ongeveer 10 mensen. Ze keken me aan – ik keek in lege ogen en kreeg kippenvel. Het was donker en het was zo moeilijk. Het dode lichaam werd neergelegd. Voordat ik voor de dode vrouw bad, begon ik eerst te bidden voor de mensen die voor me stonden: “Lieve God, kom alstublieft in de harten van de mensen hier…” Toen we boven kwamen, zag ik eindelijk de mensen in het daglicht, ze hadden gehuild. De vrouw die in het begin het meest agressief was geweest, vroeg me opnieuw te bidden. Ik vroeg haar waarom. Ze zei: “Toen je bad, werd mijn hart zo licht.” De anderen bevestigden het. Ze herhaalden mijn gebedswoorden. God had hun harten aangeraakt. Voor deze mensen is de oorlog beëindigd. Want oorlog begint in het hart en eindigt daar.
Veel mensen hebben Kharkiv verlaten vanwege de voortdurende bombardementen. Heeft u er zelf aan gedacht om de stad te verlaten?
Nee, ik blijf. Mijn plaats is hier. De lokale mensen hebben me nodig. Als ik Kharkiv verlaat, zal dat met de allerlaatste auto zijn.
Kerk in Nood steunt de Kerk in Oekraïne al tientallen jaren. Sinds het begin van de invasie heeft het in het Latijnse bisdom Kharkiv-Zaporizhzhia noodhulp gefinancierd voor religieuzen, hulp voor 25 parochies en warmtepompen voor verschillende parochies en voor de curie. Daarnaast ontvangen veel priesters misintenties van weldoeners van Kerk in Nood die bijdragen in hun levensonderhoud en hebben priesters, religieuzen en vrijwilligers psychologische vorming gekregen.
In het lijden van wat paus Franciscus herhaaldelijk het “gemartelde volk van Oekraïne” heeft genoemd, kunnen we veel sporen zien van Jezus’ lijdensweg en kruisiging. Deze Goede Week nodigt Kerk in Nood (ACN) u uit om te mediteren over deze moderne kruisweg.
Tijdens de Goede Week zullen katholieken over de hele wereld mediteren over het lijden van Jezus, door gebruik te maken van de eeuwenoude kruisweg, een devotie die bestaat uit 14 staties, die elk een bepaald moment van het lijden van Christus overdenken.
Maar voor veel mensen in verschillende delen van de wereld is de kruisweg niet iets wat ze zich hoeven voor te stellen. In Oekraïne bijvoorbeeld loopt de hele samenleving een schijnbaar eindeloze kruisweg.
Hoeveel vaders, zonen en broers zijn veroordeeld om te sterven in deze oorlog? Hoevelen hebben die hopeloosheid gevoeld toen ze hun vrouwen en kinderen vaarwel zeiden, niet wetend of ze ooit zouden terugkeren. En hoeveel van hen die wel terugkeerden zijn dood van binnen, verscheurd door trauma’s?
Jezus droeg het kruis: Er zijn nu veel kruisen in Oekraïne. Ihor, een seminarist, weet daar alles van. Hij is geboren met een aandoening die zijn mobiliteit beïnvloedt en hij moet regelmatig operaties ondergaan. Toen de oorlog uitbrak, was hij op weg naar Polen om geopereerd te worden. Maar toen hij bij de grens aankwam, was het een chaos. Daar begreep hij hoe echte kruizen zijn. “Wat ik daar zag was onbeschrijflijk verschrikkelijk. De weg was geblokkeerd met vluchtelingen uit Kharkiv, die wanhopig hoopten op een uitweg. Velen gaven hun kinderen over het grenshek aan zomaar iemand, om ze in veiligheid te brengen. Het was hartverscheurend.”
Jaroslav valt drie keer
Volgens de overlevering is Jezus drie keer gevallen toen hij het kruis naar Golgotha droeg. Ook Jaroslav is drie keer gevallen. De eerste keer was toen hij een ongeluk kreeg waardoor zijn hand verlamd raakte en hij niet meer kon werken. Daarna, in 2014, toen zijn geboortestad Donetsk het middelpunt werd van een strijd tussen separatisten en het Oekraïense leger, liet hij alles achter en reisde naar Zaporizhzhia. Toen Rusland zijn grootschalige invasie begon, moest hij zijn laatste spaargeld uitgeven om aan boord te gaan van een vlucht naar Lviv. Gelukkig vond Jaroslav daar de broeders Albertijnen, die hem er weer bovenop hielpen.
De vierde statie van de kruisweg laat zien hoe Jezus Zijn moeder ontmoet, op weg naar zijn executie. Hoe kan men op dit punt niet aan het lijden van Maria denken? Psychologe Lyudmila Serhiyivna ziet dit soort lijden dagelijks tijdens de retraites die ze leidt in het kapucijnenklooster in Kiev voor moeders van vermiste of gedode soldaten. “Vrouwen die een kind hebben verloren, zonderen zich af en zetten hun gezin onder druk omdat ze hun verdriet niet kunnen verwerken. Ik maak me altijd zorgen over wat ik tegen deze vrouwen kan zeggen. Maar dan ben ik verbaasd over hoeveel ze in zo’n korte tijd veranderen en weer moed krijgen om het leven aan te gaan.”
Sommige staties van de kruisweg verwijzen naar de vrijgevigheid van aanwezigen. In één geval draagt Simon van Cyrene het kruis voor Jezus, en in een ander reinigt Veronica Zijn gezicht. Later vraagt Jozef van Arimathea het lichaam van Jezus aan Pilatus en begraaft Hem. De broeders Albertijnen hielpen al voor de oorlog alle mensen in nood. De invasie in 2022 heeft de aantallen alleen maar doen toenemen: “De broeders Albertijnen zijn als eerstehulpverleners. De man op straat, onder stress, iemand die bevriest, iemand die heel veel honger heeft, dit is ons dagelijks leven. Daar zijn we voor. De meeste van onze bewoners zijn alcoholisten, daklozen, mensen met drugs- of gokproblemen en nu mensen die gevlucht zijn voor de oorlog. Voor de inwoners van Lviv en die vluchtelingen is er warme soep. Er is koffie en brood. We verwachten dat het genoeg is voor ongeveer 300 mensen”, vertelt broeder Bernard.
Vrouwen helpen ook, op zoveel manieren. Net als de vrouwen van Jeruzalem die Jezus ontmoette tijdens zijn lange tocht naar Golgotha en die voor Hem huilden, tonen ook zij een bijzondere moed. Net als de broeders Albertijnen hebben ook de religieuze zusters van dezelfde congregatie een klooster. Daar wonen tientallen vrouwen die hulp nodig hebben, waaronder jonge moeders met baby’s.
Jezus wordt uitgekleed en vernederd
Toen Jezus eindelijk bovenop de heuvel aankwam, werd Hij uitgekleed, vernederd. Oorlog is altijd een nuttige dekmantel voor degenen die graag de menselijkheid van anderen vernederen en vernietigen. Hoe kunnen we de verhalen uit Bucha vergeten, in de eerste maanden na de invasie? Toen het Oekraïense leger de stad weer in handen kreeg, werden er massagraven blootgelegd met daarin de lichamen van honderden burgers die gemarteld en geëxecuteerd waren. Veel van de slachtoffers waren kinderen, sommigen waren verkracht en verbrand, velen waren gewoon in hun achterhoofd geschoten.
Jezus werd ter dood gebracht. Aan een kruis genageld. Inna heeft de dood van haar man twee keer gevoeld. Hij werd gedood in de eerste fase van de oorlog in 2014. De stad Irpin hing ter ere van hem een poster op. Toen de Russen Irpin binnenvielen in 2022, vluchtte Inna en liet alles achter. Later hoorde ze dat bezettingssoldaten de poster hadden doorgeschoten. Het gaf haar het gevoel dat ze hem een tweede keer “vermoordden.”
In 2022 verloor ook Olha haar man. Ze herinnert zich dat ze hem ‘s avonds sprak en hem voorstelde wat te rusten, omdat hij zo moe klonk. Ze hebben elkaar nooit meer gesproken. “Mij werd verteld dat het gebouw waarin hij zich bevond onder vuur kwam te liggen, dat hij een hoofdwond opliep en 40 minuten lang voor zijn leven vocht”, vertelt ze tijdens een bezoek van ACN aan Oekraïne.
Onzekerheid pijnlijker dan in graf leggen
Op de veertiende statie van de kruisweg wordt Jezus in het graf gelegd. Het kan moeilijk zijn om je iets pijnlijkers voor te stellen dan het begraven van een dierbare. Maar veel Oekraïners hebben geleerd dat de onzekerheid om niet eens te weten of je man, vader of zoon nog in leven is, nog veel erger kan zijn. Seminarist Vitalij verloor zijn vader in december 2022 aan het front, in de buurt van Bakhmut. Bij de herinnering aan hem worden zijn lichtblauwe ogen troebel, maar dan vertelt hij hoe zijn grootmoeder hem troostte met het feit dat ze zijn vader tenminste konden begraven en niet werden achtervolgd door onzekerheid over zijn verblijfplaats.
Het einde van het lijden van de kruisweg is echter een bron van troost voor christenen. Jezus is weer opgestaan. Terwijl de Oekraïners bidden voor het einde van de oorlog, vinden ook zij moed in het geloof dat er ooit weer leven, vrede en vreugde in hun leven zal komen. Dat is tenslotte waar Pasen over gaat, en dat is waar alle christenen over de hele wereld tijdens deze dagen voor bidden.
Het hoofd van de Oekraïense Grieks-katholieke kerk heeft een krachtige boodschap van hoop verkondigd tijdens de Mis voor de vervolgde Kerk in de Kathedraal van St. Patrick in New York, georganiseerd door Kerk in Nood (ACN). Hij vroeg er om aandacht voor de benarde situatie in Oekraïne.
In zijn homilie benadrukte aartsbisschop Sviatoslav Shevchuk, het hoofd van de grootste van de Oosters-katholieke Kerken in gemeenschap met Rome, het belang van het geloof ten overstaan van alle tragedie en wanhoop. “Christus is onze hoop, zijn woorden en liefde zijn onze hoop. Zijn dood en opstanding zijn onze hoop. Hoop is wat we allemaal nodig hebben – elke menselijke ziel die door de uitdagingen en momenten van wanhoop van het leven navigeert. Ieder van ons die geconfronteerd wordt met onze eigen zondigheid. We hebben allemaal hoop nodig! Hoop is waar de harten van mijn volk naar verlangen.”
De Eucharistieviering op 10 maart werd voorgegaan door kardinaal Timothy Dolan van New York. Hij sprak zijn dankbaarheid uit voor de traditie van deze Mis voor vervolgde christenen, gecoördineerd door Kerk in Nood. De organisatie besteedt dit jaar speciaal aandacht aan Oekraïne als onderdeel van haar Vastenactie voor 2024. De kardinaal beschreef het als “een prachtig initiatief dat broodnodige steun biedt aan lijdende christenen over de hele wereld. We komen op een speciale manier samen om te bidden voor hen die lijden voor hun geloof.”
Regina Lynch, de uitvoerend president van Kerk in Nood (ACN) International, legde voor de Mis uit dat de steun van kerk in Nood aan de vervolgde Kerk nog steeds van vitaal belang is: “De vervolgers zijn veranderd, maar in deze eeuw hebben we nog steeds te maken met vervolging.”
Na de viering overhandigde aartsbisschop Shevchuk aan kardinaal Dolan en Regina Lynch ingelijste granaatscherven van een drone die zijn woning in Kiev als doelwit had. Dit symbolische gebaar was bedoeld om de tegenspoed aan te tonen waarmee christenen te maken hebben. De aartsbisschop schonk daarnaast een traditioneel Oekraïens paasei als symbool van hoop, om aan te tonen dat ondanks de tegenspoed in de wereld, christenen gedragen worden door hun geloof.
De permanente waarnemer van de Heilige Stoel bij de VN, aartsbisschop Gabriele Caccia, was ook aanwezig bij de Mis, om de solidariteit van de wereldwijde katholieke kerk te tonen ter ondersteuning van de vervolgde kerk.
Kerk in Nood (ACN) steunt de katholieke Kerk in Oekraïne al jaren. Sinds de grootschalige Russische invasie in februari 2022 heeft ACN meer dan 15 miljoen euro steun verleend via meer dan 600 projecten in Oekraïne. Tijdens zijn homilie bedankte majoor-aartsbisschop Shevchuk onder andere Kerk in Nood voor hun steun aan de Oekraïense Kerk, die al tientallen jaren duurt: “Veel van onze bisschoppen en de meeste van onze priesters werden gesteund door studiebeurzen van uw donoren. Ik was zelf één van die gelukkige studenten! Kerk in Nood is al drie generaties lang bijzonder vrijgevig voor de Oekraïense Grieks-katholieke Kerk. Wij danken u voor uw gebed, uw steun en uw hulp. Door Gods genade houden we stand. Dank aan God en aan u.”
Ola is een vastberaden moeder van twee kinderen en weduwe door die dramatische oorlog in Oekraïne waaraan maar geen einde komt.
Toen Russische troepen tien jaar geleden de Donbas-regio binnenvielen, meldde Ola’s man zich aan als vrijwilliger. Haar leven veranderde volledig. Haar familie werd ‘een militaire familie’. Ola was toen 26 jaar en haar dochter was net vijf geworden. Ola werd de de steun en toeverlaat van haar dochter.
En van de ene dag op de andere werd haar leven samengevat in één woord:
WACHTEN.
Haar man belde elke dag en zei geruststellend dat het goed met hem ging. Toen kreeg zijn bataljon de taak Kharkiv te verdedigen.
“Zijn laatste telefoontje kwam op een late avond en ik zei tegen hem: ‘Bel me morgen, want je bent nu zo moe.” Hij stierf de volgende dag in de vroege ochtend.
“Mij werd verteld dat het gebouw waarin hij zich bevond onder vuur kwam te liggen. Hij liep een hoofdwond op en vocht 40 minuten voor zijn leven.
Ik was er zeker van dat hij zou terugkeren.
Ik WACHT en hoop nog steeds op een WhatsApp van hem,” zucht Ola.
Nu, meer dan 10 jaar later, zorgt ze zichzelf sterk houdend voor haar zesjarige zoontje. Ze heeft nog geen baan gevonden vanwege het trauma waar ze aan lijdt.
Haar oudste dochter, 16, heeft ook besloten zich vrijwillig aan te melden om haar land te verdedigen.. Dan begint het WACHTEN opnieuw.
Ola is een sterke vrouw, maar ze laat merken dat haar psychologische en spirituele stabiliteit deels afhangt van haar pastoor, een aalmoezenier die zich toelegt op de zorg voor weduwen.
“Zonder de priesters, zonder mijn parochie, zou ik niet overeind blijven,” zegt Ola.
“Mijn kinderen hebben een heel moeilijke periode doorgemaakt en de aalmoezeniers en ik hebben hen geholpen om er doorheen te komen.”
Sinds het begin van het conflict probeert de Kerk elke dag opnieuw mensen moedige vrouwen zoals Ola en haar kinderen te troosten en te helpen. Maar de Kerk in Oekraïne heeft betrokken mensen zoals u nodig om een programma op te zetten om honderden priesters, zusters en toegewijde leken te trainen in psycho-pastorale zorg.
Alleen met u zullen ze de wonden kunnen genezen van zoveel mensen die getraumatiseerd zijn door de oorlog.
Helpt u de Kerk in Oekraïne het trauma van de oorlog te genezen?
“Als angst en haat onze beslissingen overnemen, worden we er slaven van”, waarschuwt bisschop Shevchuk. “Laten we leren lief te hebben in deze tragische tijd! Laten we ons niet overweldigen door haat.”
De Kerk in Oekraïne hoopt dat u liefde brengt waar haat is.
Breng vandaag nog Gods liefde naar Oekraïne! Kijk hier wat u kunt doen
Op Internationale Vrouwendag, 8 maart, zet Kerk in Nood (ACN) dappere echtgenotes, zusters, moeders en religieuzen in de schijnwerpers die helpen het geloof en de hoop levend te houden in het door oorlog verscheurde Oekraïne.
“De oorlog in Oekraïne is niet alleen een aanval op een onafhankelijke natie die worstelt om te overleven. Het is ook een oorlog tegen het gezin”, vertelde aartsbisschop Sviatoslav Shevchuk in februari bij een videoconferentie van Kerk in Nood (ACN).
In een situatie waarin veel mannen aan het front vechten, moeten vrouwen vaak veel moeilijkheden alleen doorstaan. Ze dragen niet alleen de last van het opvoeden van kinderen of het zorgen voor dierbare familieleden, maar ook het immense gewicht van het lijden dat gepaard gaat met het niet weten of hun zonen of echtgenoten veilig thuis zullen komen of weten dat ze nooit meer terug zullen komen.
Tijdens een bezoek aan Oekraïne maakte een delegatie van Kerk in Nood (ACN) kennis met vrouwen die tot aan hun knieën in de oorlog zaten, ontheemden hielpen, broodnodige hulp boden, met traumaslachtoffers werkten of gewoon probeerden om de dag door te komen.
Mensen huilen zonder tranen
Tragisch genoeg is er vandaag de dag geen tekort aan verhalen van weduwen in Oekraïne. Nadiya, uit Lviv, verloor haar man in het eerste jaar van de oorlog. Ze herinnert zich hoe belangrijk de steun van de militaire aalmoezeniers voor haar was. “Ze waren er altijd voor me. Tot nu toe komen we één keer per maand samen bij een dienst voor de gevallenen. Mensen huilen zonder tranen, schreeuwen zonder stem. Door de steun en het gebed dat ik heb gekregen, kan ik nu andere weduwen helpen. Iedereen is hier een held, sommigen aan het front, de anderen erachter, steunend met pakjes en camouflagenetten”, legt ze uit.
Aalmoezeniers “als vaders”
Olha is nog zo’n dappere vrouw. Haar man vertrok in 2014 om te vechten en bleef tot de volledige invasie van 2022, toen hij in Kharkiv werd ingedeeld. “Zijn laatste telefoontje kwam om 23.00 uur, en ik zei tegen hem: ‘Bel me morgen, want je bent nu zo moe.’ Hij stierf de volgende ochtend om 6:30 uur. Het gebouw waarin hij zich bevond kwam onder vuur te liggen, hij raakte gewond aan zijn hoofd en vocht 40 minuten lang voor zijn leven.” Olha bleef achter met twee kinderen. “Ze gingen door een zeer moeilijke periode en de aalmoezeniers hielpen hen om er doorheen te komen. Twee van hen zorgen zo goed voor ons dat mijn kinderen nu zeggen dat ze drie vaders hebben.”
Een vrouw van een soldaat zijn betekent veel lijden
Verhalen als deze houden Nataliya, een andere jonge moeder, ‘s nachts wakker. “De vrouw van een soldaat aan het front zijn, betekent veel lijden. Het enige wat je wilt is dat je man overleeft. Maar op dit moment lijkt het alsof iedereen een last draagt – al mijn vrienden, mijn familie; ik wil hen niet nog meer verdriet bezorgen.”
Ze vond de begeleiding die ze nodig had in het Huis van Barmhartigheid, opgericht door het aartsbisdom van Lviv. “Hier voel ik me niet eenzaam, ik kan over mijn angsten praten. Hier komen, geeft me stabiliteit, voor mijn eigen bestwil en voor mijn man. Het helpt me om me te wapenen tegen waanzin en ik voel me er sterker door. Het heeft me in staat gesteld om terug te keren naar een normaal leven; ik had rondgezworven als een verloren geest.”
Cappuccino met de Kapucijnen
In Kiev werkt psychologe Ljoedmila ook met militaire gezinnen, vooral met gezinnen waarvan de kinderen overleden zijn of, wat nog erger kan zijn, vermist worden. “Vrouwen die een kind hebben verloren, zonderen zich af en zetten hun gezin onder druk omdat ze niet over hun verdriet heen kunnen komen. Ik maak me altijd zorgen over wat ik tegen deze vrouwen kan zeggen, maar ik sta er dan versteld van hoeveel ze in zo’n korte tijd veranderen, weer de moed krijgen om het leven aan te gaan en netwerken beginnen op te bouwen.” Het vijfdaagse programma dat ze leidt, vindt plaats met de hulp van de broeders Kapucijnen en omvat een moment van bezinning dat Cappuccino met de Kapucijnen wordt genoemd, met momenten voor reflectie, delen en gebed.
Gebed is onze sterkste verdediging
Lviv ligt vrij ver van het front, maar ontving veel ontheemden toen Rusland aan zijn grootschalige invasie begon. Met financiering van Kerk in Nood ACN hadden de zusters Albertijnen al gewerkt aan de bouw van een opvanghuis voor daklozen, dat nu nuttiger is dan ooit tevoren. “We kozen echt de moeilijkst mogelijke tijd voor een bouwproject. Eerst de pandemie, toen de oorlog”, zegt zuster Hieronyma. “Maar juist nu is het huis harder nodig dan ooit, en het is als een wonder dat het nu gebouwd is.”
Veertig dakloze vrouwen, waaronder vrouwen met pasgeborenen, kunnen hier onderdak vinden, legt ze uit. Bisschop Mieczyslaw Mokrzycki wijst erop dat de kapel in het vrouwenhuis groter is dan die van het naburige mannenklooster, lachend: “omdat de vrouwen meer bidden.”
De kracht van het gebed moet niet onderschat worden. Zuster Klara, overste van de Benedictijnen, ook in Lviv, krijgt regelmatig verzoeken om gebed van Oekraïense soldaten. “Wat ons het meest helpt, zijn niet de raketafweersystemen, maar het gebed. Dat is ons sterkste wapen. En als ik soldaten vraag wat ze nodig hebben, zeggen ze hetzelfde: ‘Uw gebeden.’“
Kerk in Nood (ACN) werkt al vele jaren in Oekraïne, maar heeft haar hulp opgevoerd na de volledige invasie van 2022. Haar 400.000 donateurs wereldwijd laten de Oekraïense Kerk niet in de steek in haar missie om de bevolking te helpen.
Religieuze zusters in Oekraïne zijn bijna uitgeput. Ze openen hun kloosters voor vluchtelingen, troosten wanhopige vrouwen en kinderen en verzorgen gewonden. U kunt veel voor hen betekenen.
Miljoenen vluchtelingen
Na een jaar oorlog zijn in Oekraïne miljoenen mensen op de vlucht – vooral vrouwen en kinderen. Sommigen zijn naar het buitenland gereisd, maar velen hopen nog steeds naar huis te kunnen terugkeren. Zij hebben uw steun meer dan ooit nodig.
Opvang hele gezinnen in weeshuizen
144 zusters helpen wie alles verloren hebben. Zo ook de ‘Dienaressen van Maria‘ die 30 gezinnen in hun weeshuizen hebben opgenomen. Met uw gift zorgen ze voor voedsel, kleding en hygiëneproducten.
Geestelijke steun
De zusters zijn erg begaan met de kinderen, die vaak vreselijke dingen hebben meegemaakt. De gezinnen vinden hier ook geestelijke steun. “We bidden ‘s avonds samen de rozenkrans in onze kloosterkapel. Als de alarmsirenes loeien, schuilen we in de kelder voor de dreiging van luchtaanvallen”, legt een van de zusters uit.
Duizenden ontheemde gezinnen zijn afhankelijk van hun steun. Helpt u mee?
Noodgedwongen breekt Viktor zijn vloer op. Doordat hij en zijn vrouw door het conflict in de Donbass regio in Oekraïne geen vast werk hebben, zaagt hij samen met zijn zonen Wasiliej en Kola de planken in stukken voor de kachel. Zo kan hij het huis verwarmen. “Alleen de Kerk helpt ons”, vertelt Viktor, dankbaar voor de soep, de thee en het brood dat hij die ochtend bij de broeders Albertijnen in de stad Zaphorizhya kreeg. Nu de oorlog is uitgeroepen, vreest de Kerk een toename van het aantal mensen in extreme armoede.
De Kerk in Oekraïne geeft om Viktor en zijn gezin… net als om de vele andere vluchtelingen en armen die geraakt zijn door de oorlog in het land. De spanningen rond de Krim en de Donbass-regio hebben eerder al geleid tot een vluchtelingenstroom naar gebieden waar de bevolking zelf al amper kan rondkomen. In een stad als Zaphorizhya zijn tienduizenden mensen van elders gehuisvest. Zonder baan en inkomen en door de hoge gasprijzen, zijn honger en kou hun grootste vijanden. In de lente hopen beiden weer in de landbouw te werken, al is dat door de oorlog onzeker. Tot dan is het sowieso overleven.
De broeders Albertijnen, die al jaren een gaarkeuken hebben in Zaphorizhya, bieden naast voedsel ook een sociaal vangnet, geestelijke steun en hoop. Samen met vrijwilligers bakken ze 120 broden per dag en maken ze soep. Zo weten ze duizend mensen per week eten te geven en de levens van velen weer op de rails te krijgen. De broeders helpen daklozen, armen en vluchtelingen voor het conflict in de Donbass, die lange tijd op zo’n 300 kilometer van Zaporhizya woedde. Inmiddels zijn ook explosies dichter bij de stad zelf gehoord. Broeder Wieslaw: “Er was geen Kerk hier, geen plaats van liefde en delen. Daarom moet God ons hier hebben gebracht. Door ons gebed, doordat we het habijt dragen, door het kruis en door onze kapel, proberen we de wereld te veranderen in de houding van de ander.”
“In het hele land bereidt de Kerk zich voor op een mogelijke golf van vluchtelingen. Wij zijn bereid om mensen in onze kerken op te vangen en hen van voedsel en water te voorzien. We hebben EHBO-cursussen georganiseerd voor priesters, religieuzen en leken, zodat zij in geval van nood voor de gewonden kunnen zorgen.”, vertelt de aartsbisschop van Lviv, Mieczyslaw Mokrzycki. Volgens hem zijn de eerste Oekraïense vluchtelingen in het westen van het land aangekomen. “We hebben al enkele lege huizen gehuurd om hen onderdak te kunnen bieden.”
Helpt u de broeders Albertijnen en de Kerk in Oekraïne om vluchtelingen voor de oorlog onderdak, voeding en pastorale steun te geven? Met uw bijdrage van € 50 kunnen zij een gezin een maand te eten geven.
De zusters van de Heilige Familie in Oekraïne hebben dringend uw hulp nodig. Door de coronapandemie krijgen zij geen inkomsten, waardoor zij in nood verkeren.
In normale tijden geven de zusters, die werkzaam zijn in acht verschillende centra, catechese in de parochies en scholen en werken ze in de sacristieën. Door de pandemie zijn de catechisatielessen echter opgeschort en wordt de liturgie alleen nog maar online gevierd. Ook de retraites, die een belangrijk deel van de inkomsten van de congregatie uitmaakten, zijn geannuleerd. De zusters zijn hun belangrijkste bronnen van inkomsten daarmee kwijtgeraakt.
Hoewel ze zelf in nood verkeren, delen de zusters het weinige dat ze hebben met hen die nog armer zijn dan zijzelf. Zij koken nog steeds maaltijden voor de eenzamen en behoeftigen en kopen levensmiddelen voor wie in grote nood verkeren. Ook verbouwen de zusters in het provinciehuis in Lviv groenten en produceren ze noedels voor de verkoop, om daarmee iets bij te dragen aan hun eigen levensonderhoud.
Helpt u deze 51 zusters in deze moeilijke tijden? Met een bijdrage van € 42 kan een enkele zuster een maand lang rondkomen en belangrijk werk, als uiting van de christelijke naastenliefde, blijven doen. Doneer online of maak uw gift over onder vermelding van code: 438-05-39. Uw gift gaat naar dit project of soortgelijke projecten in de regio.
Na zeventig jaar atheïstisch communisme zijn vooral jongeren op zoek naar God. Om de jongeren te helpen Gods aanwezigheid in hun leven te herkennen en hun geloof te versterken, organiseren de Franciscanen jaarlijks – nu al voor de 19de keer – een jongerenbijeenkomst in het West-Oekraïense Mariaheiligdom Bilshivtsi. Het heiligdom met de miraculeuze beeltenis van Onze-Lieve-Vrouw werd gesticht in 1624. In de Sovjettijd werd de kerk ontheiligd en gesloten. In 2001 werd het heiligdom heropend. Het wordt verzorgd door de Franciscanen. Vandaag is het heiligdom opnieuw de bestemming van vele pelgrims.
Bij de Franciscaanse Jongerenontmoeting wordt de bijeenkomst zelf voorafgegaan door een pelgrimstocht te voet, waarbij de jongeren vanuit zes verschillende steden biddend en zingend naar Bilshivtsi stappen. Gebed, catechese en de Heilige Mis staan op het programma, evenals toneelstukken, films en vrolijke samenkomsten. Er is ook de mogelijkheid tot biecht en geestelijke begeleiding. Iedereen is uitgenodigd, niet alleen katholieke jongeren.
De Franciscanen hebben Kerk in Nood gevraagd hen te helpen om de technische uitrusting te verbeteren. Er zijn bijvoorbeeld luidsprekers nodig. Zij hebben ook hulp gevraagd voor de huisvesting van de jonge pelgrims. Legt u bij voor de nodige 5.000 euro?
Hoewel de eerste besmettingsgolf in Nederland voorbij, is het gevaar van de Coronapandemie elders in Europa nog lang niet geweken. Onder meer in Oekraïne werken priesters en religieuzen met gevaar voor eigen leven om mensen bij te staan en het virus in te dammen. Zij hebben uw steun hard nodig.
In landen in Midden- en Oost-Europa zijn de officiële cijfers voor het aantal geïnfecteerde mensen relatief laag. De werkelijke aantallen zijn echter veel hoger omdat de bevolking er geen toegang heeft tot betrouwbare testmethoden. In Oekraïne is de gezondheidszorg totaal ontoereikend. Patiënten moeten vaak zelf hun eigen medicijnen, verbandmateriaal en medische benodigdheden meebrengen naar het ziekenhuis.
Geestelijke nood
Naast onzekerheid over het Corona-virus kampen mensen in veel delen ook met trauma’s door de nog altijd voortdurende oorlog in het oosten van het land. Priesters blijven er de meest dringende geestelijke noden van de mensen dienen. Ook verzorgen zij uitvaarten, bezoeken ze zieken en ouderen, horen ze de biecht en geven ze de ziekenzalving. Hierdoor lopen zij een groot risico om besmet te raken. Tot nu toe zijn in Oekraïne zeven priesters gediagnosticeerd met het Coronavirus. Eén van hen is op 55-jarige leeftijd overleden.
Kerk in Nood steunt het heldhaftige werk van deze Oekraïense priesters tijdens de pandemie en helpt bij het leveren van essentiële persoonlijke beschermingsmiddelen voor meer dan 2740 priesters van de Oekraïense Grieks-katholieke kerk en ongeveer 1000 leden van religieuze congregaties. Ze ontvangen maskers, handschoenen en ontsmettingsmiddelen om hen te beschermen in hun werk en de verspreiding van de ziekte te helpen voorkomen. Een tweede soortgelijk project zal hulp bieden aan ongeveer 738 priesters en 92 seminaristen van de Latijnse ritus in Oekraïne.
Meer Heilige Missen
Tijdens de paasliturgie heeft slechts ongeveer 2% van de gelovigen de liturgieën in de kerken bijgewoond, terwijl de rest via de sociale media volgde. Op dit moment is het aantal deelnemers aan de heilige Mis in de kerken beperkt tot slechts tien personen. Maar hoewel de katholieke Kerk en haar priesters, zowel van de Latijnse ritus als van de Byzantijnse ritus, de beperkingen van de overheid uiterst serieus hebben genomen, kan geen enkele priester de gezondheid van de zielen verwaarlozen. En dus hebben veel priesters, terwijl ze de nodige preventieve en beschermende maatregelen in acht nemen, het aantal Missen verhoogd. “Zo blijven we de hele dag beschikbaar in onze kerken om te voorzien in de behoeften van de individuele gelovigen die de sacramenten van de biecht of de Heilige Communie willen ontvangen”, legt pater Mikolay Leskiv, een katholieke priester van de Latijnse ritus uit Tsjervonograd, uit.
Beschermingsmaatregelen
“In deze moeilijke tijden moeten we des te meer zorg dragen voor onze gelovigen en voorzien in hun geestelijke noden op de weg naar het heil. Tegelijkertijd moeten we echter hun veiligheid binnen de kerken garanderen. Daarom heb ik, ongeacht de hoge prijs, die sinds het uitbreken van de pandemie vertienvoudigd is, een fles vloeibaar desinfectiemiddel gekocht. Deze is bij de ingang van de kerk geplaatst voor de mensen om hun handen mee te desinfecteren. Ik heb ook mondmaskers gekocht voor de gelovigen die het zich niet zelf kunnen veroorloven. Maar onze middelen zijn zeer beperkt”, vervolgt hij. “De lockdown en meest strikte quarantaine zullen naar verwachting binnenkort aflopen. De eis om mondkapjes te gebruiken, zal echter nog maanden duren. We hebben bescherming nodig tegen het Coronavirus en hopen dus dat het materiaal, dat met behulp van Kerk in Nood wordt geleverd, tot augustus zal voldoen.”
Het noodhulppakket van Kerk in Nood naar aanleiding van de Corona-pandemie in Oekraïne omvat ook steun voor het apostolaat van 150 religieuze zusters in 24 religieuze gemeenschappen van het bisdom Kamyanets Podilskij. Door de economische gevolgen van de pandemie heeft het bisdom enorme moeite om hen financieel te ondersteunen. En dat juist in een tijd waarin ze in de parochies, weeshuizen en ziekenhuizen werkzaam zijn en mensen dienen die getroffen zijn door het virus. Duizenden mensen zijn getroffen door werkloosheid, armoede, huiselijk geweld en het ontbreken van enig toekomstperspectief. Velen geven de hoop op, onder hen veel jongeren. Omdat de regering onvoldoende aandacht besteedt aan deze problemen, worden priesters en religieuzen nu vaak als eersten aangesproken voor troost en advies door de honderden mensen die de behoefte voelen om in vertrouwen met iemand te praten. Als lokale ‘leiders’ van hun gemeenschap, moedigen ze de mensen aan en motiveren ze hen om zich in te zetten voor de meest behoeftigen, voor de zieken en voor de gezondheidswerkers.
De drie projecten die Kerk in Nood in Oekraïne wil financieren om deze “zielenartsen” te helpen en te beschermen kosten in totaal € 165.400. Wilt u bijdragen? Doneer dan veilig en snel online via deze website of maak uw gift over onder vermelding van Corona Oekraïne. Uw gift gaat naar deze projecten of soortgelijke projecten in de regio.
In de stad Lviv in Oekraïne studeren 48 seminaristen van de Orde van Sint Basilius en 4 broeders Redemptoristen aan het seminarie.
De Grieks-Katholieke Orde van Sint Basilius heeft niet te klagen over een gebrek aan roepingen. In het seminarie van Lviv zijn momenteel 48 seminaristen in opleiding. In totaal telt de orde 340 leden, verdeeld over 29 verschillende kloosters. Het huis voor de novicen bevindt zich in Kharkhiv, in het noorden van Oekraïne. De seminaristen kunnen voor een groot deel voorzien in eigen levensonderhoud met het cultiveren van land en door een veestapel.
Aangezien gelovigen in de tijd van de Sovjet-Unie nog werden vervolgd en zij hun geloof slechts in het geheim konden leven, is de groei in roepingen een wonder. In 2001, tijdens zijn bezoek aan Oekraïne, heeft de heilige Paus Johannes Paulus II maar liefst 25 martelaren van de Grieks-Katholieke Kerk in Oekraïne zalig verklaard. Zij gaven hun leven door te getuigen van hun geloof in Jezus Christus en hun trouw aan de Kerk. Onder de zalig verklaarden waren vier ordeleden van de Orde van Sint Basilius die in Sovjetkampen en gevangenissen de dood vonden. Eén van hen was een toenmalige bisschop van de orde. Hun offers hebben rijkelijk vrucht gedragen gezien het grote aantal roepingen.
Het aanzienlijke aantal novicen plaatst de orde wel voor de nodige uitdagingen. De rector van het seminarie in Lviv doet daarom een beroep op u voor financiële hulp om elektriciteit, gas, voedsel, medicijnen en kleren voor de novicen te betalen. Ook hoopt hij op steun om de salarissen van het onderwijzend personeel van het seminarie te bekostigen. In het seminarie volgen ook vier novicen van de Redemptoristen hun opleiding. Zij wonen daar niet maar verblijven in hun eigen klooster.
Wilt u deze toekomstige priesters steunen in hun vorming? Doneer dan via onze website of maak uw gift over onder vermelding van code “438-02-79.” Uw gift gaat naar het seminarie in Lviv of naar soortgelijke projecten in de regio.
"Ik nodig u uit om samen met Kerk in Nood overal in de wereld werken van barmhartigheid te realiseren."
Kerk in Nood
Peperstraat 11-13
5211 KM 's Hertogenbosch
info@kerkinnood.nl
(073) 613 08 20
telefoonnummer call centre: (073) 220 40 94
NL27 ABNA 0503 0402 31
RSIN/ANBI 2865841; KVK 41080169
Contactformulier
Projectaanvragen
Privacybeleid
Stichting Kerk in Nood/Voorheen Oostpriesterhulp Nederland
COPYRIGHT © 2024 ACN NEDERLAND - KERK IN NOOD