“Oh Vader, bedankt voor uw bezoek. Ik moet u spreken.” Dat waren de woorden waarmee pater David O’Connor, een missionaris-priester uit Ierland, werd begroet toen hij de 85-jarige Genaro bezocht in de Altiplano van Puno. Dit afgelegen gebied in Peru ligt 4.000 meter boven de zeespiegel. Tot zijn verbazing zei Genaro tegen hem: “Ik heb besloten om de katholieke Kerk te verlaten.”
Pater David was geschokt. Hij wist dat Genaro al vele jaren een toegewijde katholiek was met een groot geloof. Genaro kwam elke zaterdag naar de kerk voor Eucharistische Aanbidding. Hij leed verschrikkelijk onder zijn slechte gezondheid. Door artritis kon hij niet langer knielen, maar hij maakte in plaats daarvan “een enorm oprechte buiging vanaf zijn middel”. Pater David herinnert zich dat hij op een zaterdag hoorde hoe intiem Genaro met Jezus sprak tijdens de Eucharistische Aanbidding: “Hij bedankte Hem voor zijn dochter die voor hem zorgde, voor de pastoor die hem onder meer een dagelijkse maaltijd gaf. Toen begon hij te huilen en vroeg om genezing, want zijn gezichtsvermogen ging achteruit. Hij had genoeg van zijn chronische artritis en van veel ander lijden. Toen hij niets meer kon bedenken om te zeggen, begon hij het Onze Vader en het Weesgegroet te bidden. Na ongeveer een uur stond hij op, boog voor het Heilig Sacrament en zei: ‘Heer, volgende week zaterdag kom ik weer bij u’.”
“Ik ben moe van het lijden”
Vanwege Genaro’s diepe geloof en vertrouwen in God, was de Ierse priester verbaasd toen hij hoorde dat hij erover dacht om de Kerk te verlaten. Toen legde Genaro aan pater David uit dat hij een protestantse dominee op de radio had horen beloven dat iedereen die naar zijn kerk kwam, van zijn ziekte genezen zou worden. “Pater, ik ga al jaren naar de katholieke Kerk om te vragen of ik genezen kan worden en ik ben nog steeds erg ziek. Ik ben moe van het lijden.”
Pater David, een projectpartner van Kerk in Nood, wist hoe protestantse sekten de afgelopen decennia in Peru en in heel Latijns-Amerika zijn gegroeid… door op agressieve wijze te proberen katholieken ervan te overtuigen hun geloof te verlaten. Maar hij wist ook dat zij vaak de verering van Onze Heilige Moeder aanvallen.
Hij wist niet hoe hij Genero moest uitleggen dat zelfs de beste kliniek in het land zijn pijn niet kon genezen. Wel was hij zich bewust van diens grote liefde voor de Moeder van God. “Maar, Genaro, ze houden niet van Onze Lieve Vrouw”. Zonder met zijn ogen te knipperen antwoordde de oude man vol overtuiging: “Ah, oké, dan ga ik niet.” Gelukkig was pater David er om Genaro bij te staan toen hij een moeilijke tijd in zijn leven doormaakte. Maar dit is niet altijd het geval.
Liefde voor Onze Lieve Vrouw
Genaro’s verhaal is slechts één voorbeeld van de grote liefde die de mensen in Peru hebben voor Onze Lieve Vrouw, vooral de inheemse Quechua, waar pater David meestal voor werkt. “Ik denk dat zij vaak een nauwere band hebben met Onze Lieve Vrouw en de heiligen dan wij misschien hebben. Ik heb het gevoel dat ze het simpele idee hebben dat ze met een echt persoon kunnen praten, in een zeer nauwe en persoonlijke interactie”, vertelt de missionaris, die na het behalen van een graad in computerwetenschappen Ierland verliet om priester te worden en terechtkwam de Prelatuur van Huancané in Peru.
“Niet aanwezig”
Als gevolg van het gebrek aan priesters in delen van het Zuid-Amerikaanse land hebben veel katholieken zich aangesloten bij protestantse sekten. Pater David herinnert zich dat hij aan een katholieke vrouw vroeg waarom ze naar de diensten van die sekten ging. “Omdat ik het Woord van God wil horen en jullie komen niet”, antwoordde ze. Toen pater David vervolgens vroeg wat ze zou doen als er een katholieke aanwezigheid in haar stad zou zijn, antwoordde ze: “Natuurlijk zou ik terugkomen. Ik wil mijn katholieke geloof, maar het is niet beschikbaar waar ik woon.”
Pater David heeft een verzoek aan de weldoeners van ACN. “Bidt alstublieft voor roepingen, vooral tot het priesterschap, voor onze moeilijke maar prachtige missie in het Prelatuur van Huancané, Peru, zodat we de waarheid en het licht van het Evangelie aan zoveel lijdende zielen kunnen brengen.”