Deze missionaris van het Instituut van het Mensgeworden Woord woont al 10 jaar in Vanimo, een kuststad die de paus zal bezoeken. In een interview met Kerk in Nood (ACN) legt hij uit hoe het is om het geloof te beleven in een land met tropische jungles en adembenemende landschappen.
De paus werd een paar jaar geleden verwacht, maar de reis werd uitgesteld vanwege Covid. Wat zijn de verwachtingen van de christenen nu paus Franciscus eindelijk komt?
Het bezoek van de Heilige Vader aan Papoea-Nieuw-Guinea, en in het bijzonder aan Vanimo, werd door iedereen met grote verbazing en vreugde begroet. Door de beperkte toegang tot nieuws en sociale media wisten niet veel mensen dat hij op reis was. We zijn allemaal erg opgewonden en werken hard om de paus zo goed mogelijk te kunnen verwelkomen, ondanks de eenvoud en armoede waarin we leven. De enige manier om Vanimo te bereiken is per vliegtuig of boot.
Welke vruchten verwacht u van het bezoek van de paus voor de katholieke gemeenschap in het land?
Wij geloven dat het bezoek van de paus ons geloof en geestelijk leven zal versterken. We hebben een locatie geïmproviseerd op het plaatselijke voetbalveld en elke avond bidden we de rozenkrans. We organiseren lezingen, hymnen en enkele dansen, waarvan de Papoea's erg houden. Daarnaast hebben we biechten afgenomen. De ontmoeting werd bijgewoond door mensen uit alle parochies, die te voet of met vrachtwagens kwamen. Het was erg ontroerend. Aan sommige van de beter bezochte avonden namen 3.000-4.000 mensen deel. De mensen kijken met enthousiasme en opwinding uit naar de komst van de Heilige Vader en wachten op de ontmoeting met de Heer waar ze zo naar verlangen.
Het geloof is nog maar zo kort geleden in Papoea-Nieuw-Guinea aangekomen. Hoe leven de christenen? Wat leert u van hun geloof?
Het geloof van de christenen hier is heel levendig en heel eenvoudig, het is een jeugdig geloof, waar ik veel van leer. De eerste missionarissen arriveerden hier pas 70 jaar geleden en velen interpreteren het christendom nog steeds door het kader van hun voorouderlijke geloof. De inheemse spiritualiteit heeft nog steeds veel invloed, wat het voor hen moeilijk maakt om het christendom volledig te begrijpen. Desondanks staan veel mensen erg open voor het geloof en zien we bekeringen door heel eenvoudige dingen, wat laat zien dat God echt achter alles zit en dat de Heilige Geest in hen aan het werk is. In de jungle hebben we bijvoorbeeld de gelegenheid gehad om hele families te dopen, hen het kruisteken te leren maken en voor het eerst het evangelie te verkondigen. Er zijn mensen die echt dorsten naar God, naar geestelijk leven. Onlangs kwam er bijvoorbeeld een kind naar me toe en zei: “Vader, ik wil de communie ontvangen, ik wil de Eucharistie ontvangen. Help me alstublieft.”
Maar evangelisatie kan niet gemakkelijk zijn...
Er is hier een sterke gehechtheid aan voorouderlijke en culturele tradities die niet verenigbaar zijn met het evangelie. De geestelijke overtuigingen en het bijgeloof zijn hardnekkig en worden soms vermengd met het katholieke geloof. Ons werk, als missionarissen, is om christenen te helpen begrijpen dat deze dingen niet samengaan. We proberen verandering teweeg te brengen. Soms zijn zij de eersten die zich hiervan bewust worden. Veel mensen kunnen onderscheid maken tussen wat waar en wat vals is, ook al kunnen ze niet lezen of hebben ze geen enkele vorm van geavanceerde vorming gehad. Als je echter niet voor je geestelijk leven zorgt, of voor anderen leeft, wordt het heel gemakkelijk om beïnvloed te worden door bijgeloof en oppervlakkige elementen.
Hoe zit het met de jongeren? Met welke moeilijkheden worden zij geconfronteerd?
Een van de grootste uitdagingen voor de jongeren van Papoea-Nieuw-Guinea is trouwen en een gezin stichten. In tegenstelling tot de Westerse cultuur bestaat er hier alleen een algemeen idee van het huwelijk. Jongeren hebben geen modellen om na te volgen of als inspiratie te dienen, en slechts enkelen hebben de steun en begeleiding van hun ouders om zich voor het leven aan hun echtgenoten te binden. Het vormen van goede gezinnen is een uitdaging, maar we zien dat er beetje bij beetje dingen beginnen te veranderen.
Hoe kunnen we de christenen in Papoea-Nieuw-Guinea helpen?
Het eerste is gebed: bid voor onze broeders, voor de zielen die Christus nog niet kennen, en voor alle plaatsen waar de boodschap van het Evangelie nog niet is aangekomen. Bid ook voor de missionarissen en voor roepingen, want dat is wat echt tot verandering kan leiden. In 2019 zijn we begonnen met een groep om te bidden voor roepingen, en sindsdien is het aantal priesters verdubbeld. We beginnen lokale roepingen te zien, die we nooit eerder hadden. We hebben al drie seminaristen en twee novicen.
We hebben ook materiële hulp nodig. De mensen leven in zeer slechte omstandigheden en hebben bijna geen medicijnen. We proberen een tehuis voor gehandicapte kinderen te bouwen en een school en een tehuis voor weesmeisjes die slachtoffer zijn geworden van geweld. Daar hebben we altijd hulp voor nodig.
We weten dat God altijd zal voorzien, Zijn hulp komt door de harten van gulle weldoeners. We zijn Kerk in Nood erg dankbaar: dankzij de stichting hebben we veel verschillende projecten kunnen uitvoeren en hebben we meer mensen kennis kunnen laten maken met de liefde van Christus.