Christenen die jihadistische aanslagen in Noord-Irak hebben overleefd, zijn samengekomen om een groot festival te vieren dat het geloof nog steeds leeft in de regio. Aartsbisschop Warda vertelt erover tegen Kerk in Nood (ACN).
Tot 13 september 2025 komen christenen uit verschillende tradities in de regio – de Assyrische Kerk van het Oosten, de Chaldeeuwse, Syrisch-katholieke en Syrisch-orthodoxe Kerk – samen voor een uitgebreide viering van het feest van de Verheffing van het Heilig Kruis.
Kruis omhoog houden
De Chaldeeuwse aartsbisschop Bashar Warda vertelt de katholieke hulporganisatie Kerk in Nood (ACN) dat het een teken is dat het geloof nog steeds leeft. “De timing van het festival is zeer symbolisch. Tien jaar geleden probeerde Daesh het christendom uit dit land uit te roeien. Vandaag zullen diezelfde gemeenschappen het kruis hoog houden op openbare pleinen, in kerken en in vreugdevolle processies. Wat ooit tot zwijgen moest worden gebracht, is een proclamatie geworden – het geloof heeft standgehouden en de hoop is sterker dan de dood.”
De islamitische extremistische groepering Daesh (ISIS) controleerde van 2014 tot 2017 delen van de Nineveh-vlakte in Noord-Irak. Meer dan 120.000 christenen zochten hun toevlucht in Erbil, in de semi-autonome regio Koerdistan in Irak, nadat ze in augustus 2014 hun huizen waren ontvlucht. Kerk in Nood steunde christelijke vluchtelingen die in 2014 waren gevlucht en hielp na de nederlaag van Daesh bij de wederopbouw van christelijke steden en dorpen, zodat de gemeenschappen naar hun huizen konden terugkeren.
Processie bij kaarslicht
De evenementen begon gisteren met een 2 km lange kaarslichtprocessie in de voorstad Ankawa van Erbil. Gelovigen liepen van het Chaldeeuwse heiligdom van St. Elia naar de Assyrische kathedraal van St. Johannes de Doper. Daarna volgden gebeden een preek door patriarch Mar Awa III van de Assyrische Kerk van het Oosten en een gezamenlijke maaltijd. Het programma omvat verder gebeden, muziek, culturele evenementen, sportactiviteiten en wedstrijden in de aanloop naar de wake van de Verheffing van het Heilig Kruis op 13 september.
Het vijfdaagse festival wordt nu een jaarlijks terugkerend evenement op de kerkelijke kalender, na een eerste oecumenische viering in 2024. Het festival bouwt voort op de activiteiten van vorig jaar en “heeft niet alleen tot doel het succes te herhalen, maar ook de reikwijdte ervan uit te breiden, de inhoud te verdiepen en meer jongeren en gezinnen uit de verschillende kerken erbij te betrekken”.
Jongeren ontdekken wat verenigt
Aartsbisschop Warda bracht hulde aan het Gezamenlijk Jeugdcomité. Tintig vrijwilligers uit de vier kerken hebben een leidende rol gespeeld. “Jongeren uit alle kerken hebben het festival samen gepland – ze organiseerden gebeden, sport, marathons, concerten, kinderspellen en culturele evenementen. Hun samenwerking werd een zichtbaar teken van een nieuwe toekomst. Oudere generaties keken met bewondering toe hoe de jongeren ontdekten dat wat hen verenigt – hun geloof in Christus – veel groter is dan wat hen verdeelt. In hun handen wordt de droom van christelijke eenheid in Irak al werkelijkheid.”
Het festival wordt gezien als essentieel voor de toekomst van het christendom in het land. Volgens de laatste volkstelling van Saddam Hoessein waren er 1,4 miljoen gelovigen, maar dat aantal is gedaald tot ruim onder een kwart miljoen.
We zijn er nog
Aartsbisschop Bashar Warda: “Het Festival van het Kruis is meer dan een lokale viering. Het is een boodschap aan de wereldwijde Kerk. Uit het land van Abraham, waar christenen ballingschap en vervolging hebben ondergaan, komt een woord van hoop: we zijn er nog steeds. We zijn één in Christus. Het kruis is niet tot zwijgen gebracht, en in Irak heeft een kleine en gekwetste kerk de wereld de kracht van eenheid, de moed van het geloof en de vreugde van het opstandingsleven laten zien.”