“Waarom zou je de kerk afbranden als het een politieke kwestie is?” Met zijn aangetaste stem en donkere kostuum overweegt dominee Emmanuel Grovogui uit Nzérékoré de verkoolde brokstukken van zijn kerk. Bovenop staat het kleine kruis nog steeds overeind. “We blokkeerden de weg om onze gemeenschap te beschermen toen een groep mensen met kapmessen dreigde onze kerk af te branden,” zegt Jean-Guy Lamah, ooggetuige van het incident. “De groep wendde zich vervolgens tot mijnheer Jeannot en ze begonnen op hem in te hakken met bijlen en machetes. Ik zei tegen mijn broer ‘Als we hier blijven wanneer ze klaar zijn met hem, is het onze beurt. Laten we gaan!’ Vervolgens zag ik mijnheer Jeannot vallen.” Volgens Lamah is de oorzaak van het incident een politiek en geen religieus probleem.
Kruitvat
Gelegen op het kruispunt tussen Ivoorkust, Liberia en Sierra Leone, op twee dagen rijden van de hoofdstad, afhankelijk van het seizoen en de staat van de weg, wordt Guinée forestière (letterlijk: bosrijk Guinée) beschouwd als een van de sleutelregio’s tijdens de verkiezingsperiode. Het wordt ook beschreven als een ‘kruitvat’ vanwege de terugkerende spanningen tussen de gemeenschappen. In de regio zijn veel voormalige militieleden en ex-strijders van de burgeroorlogen in Sierra Leone en Liberia en de handel in wapens aanwezig, evenals vluchtelingen voor deze conflicten. Sinds de jaren negentig zijn er incidenten tussen de overwegend christelijke of animistische inheemse bevolking (met name Guerzés) en de overwegend islamitische niet-inheemse bevolking (de Koniankés, een subgroep van de Malinkés). In 2013 stierven zo’n 100 mensen in minder dan drie dagen nadat drie jonge Koniankés waren doodgeslagen. In een vertrouwelijke nota van de speciale VN-adviseur voor de preventie van genocide uit 2010 wordt gewezen op ‘het bestaan van interetnische spanningen met een groot risico van escalatie tot gewelddadige conflicten.’
Spanningen door verkiezingen
Vorige week, op 22 en 23 maart 2020, schrokken de inwoners van Nzérékoré opnieuw op van geweervuur. “De spanning was al voelbaar toen de stembureaus opengingen,” zei een bewoner, “maar het is allemaal ontaard op het einde.” Het leger kwam tussenbeide, maar werd overweldigd door de menigte. Een militant van een oppositiepartij spreekt van “handjeklap tussen soldaten en tot de tanden bewapende mensen.” Op de 24e, toen de avondklok inging, was er al sprake van een dozijn slachtoffers. Volgens lokale medici steeg dit aantal naar 17 doden en 90 gewonden door kogels, brandwonden en aanvallen met kapmessen. Pas met de komst van versterkingen uit Kissidougou, Faranah, Gueckedou en Lola wist het leger de rust te herstellen. “Als het leger niet tussenbeide was gekomen en als de kathedraal was geraakt… God alleen weet waar we dan vandaag de dag zouden zijn”, aldus de bewoner.
Aanval op stembureau
Volgens de autoriteiten begon de geweldsgolf met het doodschieten van een bejaarde, afkomstig uit de etnische groep Konianke, tijdens een aanval op een stembureau in het district Bellevue. Daarop werd een protestantse kerk in brand gestoken als vergelding, waarna het geweld zich uitbreidde naar andere wijken en vervolgens naar enkele naburige dorpen. Winkels en tientallen percelen werden tot de grond toe afgebrand. “Veel mensen vluchten naar de dorpen,” zei een journalist. Aan de rand van de stad worden wegblokkades opgericht door groepen jongeren, gewapend met machetes, die reizigers volgens ooggetuigen doorlaten op basis van hun etniciteit. “Ik heb zo’n spanning niet meer meegemaakt sinds 2013,” verzucht een geestelijke. Moskeeën zijn naar verluidt ook aangevallen en een imam is omgekomen. “Ik heb de jongeren uit de buurt bij elkaar gebracht om hen te vertellen dat als een van hen er naartoe gaat, hij met mij te maken zou krijgen”, zegt Elhadj Ibrahima Khalil Sacko van de Nzérékoré Imam Coördinatie. “Met de geruchten die de ronde doen, vond ik het moeilijk om ze in te dammen. Deze werkloze jongeren worden te gemakkelijk gemanipuleerd.”
Bronnen: RFI, Amnesty International