Kerk in Nood: Bisschop Komarica, in een recent interview noemde u Bosnië-Herzegovina “Absurdistan”, een belachelijke staat. Waarom?
Bisschop Franjo Komarica: De internationale gemeenschap van staten, met name de Europeanen, hebben de proxy-oorlog getolereerd die hier van 1992 tot 1995 werd uitgevochten. Bosnië-Herzegovina heeft sinds het einde van deze oorlog een voorlopig systeem – en dus ligt alles stil. Het land wordt de facto bestuurd door een internationale vertegenwoordiger die de titel draagt van Hoge Vertegenwoordiger. Hoewel de achtste vertegenwoordiger sinds 1995 is aangetreden, heeft de aanwezigheid van de vertegenwoordiger het land nog niet tot een rechtsstaat gemaakt. En de lokale politici voldoen niet aan de noodzakelijke voorwaarden en hebben ook niet de macht om Bosnië-Herzegovina om te vormen tot een functionerende rechtsstaat.
De staat Bosnië-Herzegovina bestaat uit drie constituerende volkeren [Serviërs, Bosniakken en Kroaten] en twee entiteiten. Terwijl de Republika Srpska sterke banden onderhoudt met Rusland, wordt de Federatie [van Bosnië-Herzegovina] sterk beïnvloed door Turkije of de islamitische wereld. En het derde volk, de Kroaten, gaat ten onder. Wij gaan naar de afgrond, er is gewoon geen plaats die wij ons thuis kunnen noemen.
Hoe worden de katholieken gediscrimineerd?
In alle opzichten: politiek, sociaal en ook economisch. De katholieken hebben vaak problemen als ze Kroatische namen hebben. Het is ook moeilijk voor hen om werk te vinden. Er is een deel van het land, West-Herzegovina, waar ze min of meer in vrede kunnen leven. Maar ook daar verlaten de katholieken het land.
Wat betekent de migratie van de katholieken voor het land?
De katholieke Kroaten fungeren als een soort “lijm” voor de Serviërs en de Bosniakken. Mocht deze lijm verdwijnen, dan zullen deze twee werelden – de islamitische en de orthodoxe – steeds verder uit elkaar drijven. Dat zal tot nog meer onrust leiden.
Katholieken zijn tijdens de oorlog al gevlucht. Weerhoudt de huidige situatie hen ervan terug te keren?
Bijlage 7 van het Dayton-akkoord, die moest toezien op de terugkeer van alle vluchtelingen en ontheemden, is nooit uitgevoerd. In het akkoord was ook bepaald dat Bosnië-Herzegovina en de internationale gemeenschap van staten politieke, juridische en materiële steun moesten verlenen aan degenen die terugkeerden. Dit is niet gebeurd in het geval van de Kroaten. Ik hield de documenten in mijn hand waarin stond: “Zoveel miljoenen zijn bestemd voor de ontheemde Serviërs, zoveel voor de terugkeer van de Bosniakken”. Dit werd gevolgd door één zin, “Er is niet zoiets als de terugkeer van de Bosnische Kroaten.” Wat betekent dat wij niets van hen ontvangen.
Hoe belangrijk was en is de hulp van Kerk in Nood voor u?
Als er een Kerk in nood is in Europa, dan is het de onze wel. In mijn bisdom Banja Luka is 95 procent van de kerkgebouwen tijdens de oorlog verwoest of zwaar beschadigd. Kerk in Nood heeft veel gedaan om ons te helpen met de wederopbouw. De organisatie was ook betrokken bij veel andere projecten. Het is echter ook belangrijk dat Kerk in Nood onze problemen begrijpt, naar ons luistert en dat we in de toekomst op begrip kunnen rekenen. Gods zegen voor alle weldoeners die investeren in een zaak van God! Kerk in Nood is geen zaak van bisschoppen en priesters, geen zaak van een bepaalde gemeenschap, het is een zaak van God.
Bosnië en Herzegovina blijft een prioriteitsland voor Kerk in Nood in Zuidoost-Europa. De afgelopen jaren hebben donateurs bijgedragen aan hoogst noodzakelijke renovaties van kerken, kloosters en conventen en parochiehuizen. Ook de pastorale zorg, transport en de vorming van seminaristen en novicen werd dankzij u gesteund. Alleen al in 2021 ontvingen 48 projecten financiële steun voor een totaal van € 738.644.
De komende jaren blijft uw steun hard nodig. Helpt u de Kerk in deze moeilijke omstandigheden om haar pastorale taak te blijven vervullen? Doneer dan online via deze website of maak uw gift over onder vermelding van Bosnië en Herzegovina.