Peru is nog steeds een missieland. Het bisdom Tacna y Moquegua beslaat een uitgestrekt gebied, waaronder een groot deel van de Altiplano. Op deze hoogvlakte tussen de Andes en het Titicacameer wonen veel mensen. Volgens Mgr. Marco Antonio Cortez is de grootste uitdaging om de mannelijke en vrouwelijke religieuze gemeenschappen te ondersteunen, zodat zij hun evangelisatiewerk kunnen doen en beter voor de gelovigen kunnen zorgen.
Zusters lopen grote afstanden
Het bisdom telt 30 religieuze zusters en vier broeders die hun tijd besteden aan missie, gebed en zorg voor de gelovigen die ver van de stedelijke centra wonen. De zusters lopen vaak grote afstanden over de steile paden van de Altiplano om bij hun gelovigen te zijn. “De grootste uitdaging is om aanwezig te zijn en hen te begeleiden. De mensen die op deze plaatsen wonen, hebben zelden de kans om een priester te zien. Vaak lukt het hen maar één keer per jaar”, zegt bisschop Cortez. “Sommige plaatsen kunnen alleen per boot bereikt worden. Daar proberen de zusters de lokale gemeenschappen te ondersteunen en in ieder geval Eucharistische aanbidding te bieden.”
De bisschop telt ook zijn zegeningen. “Ze doen allemaal prijzenswaardig werk. Ze begeleiden de jongeren, doen liefdadigheidswerk, zoals eten brengen naar ouderen en voor hen zorgen. Er zijn veel ouderen in de regio die niemand hebben om voor hen te zorgen. De jongeren trekken naar de steden om werk te vinden, en de ouderen blijven achter in deze geïsoleerde gebieden, waar het heel moeilijk is om hen te bezoeken” ”, legt de bisschop uit
Kerk in Nood steunt daarom tien gemeenschappen van vrouwelijke religieuzen in het bisdom. Veel van deze missionarissen werken op zeer afgelegen en moeilijke plaatsen, meer dan 3000 meter boven de zeespiegel. Het project voorziet in de behoeften van de religieuzen op het gebied van transport en dagelijks levensonderhoud, zodat zij kunnen blijven evangeliseren.
Zelfs kleine kinderen trekken over bergen
De bevolking van de hoogvlakte van de Altiplano mag dan wegtrekken, andere delen van het bisdom Tacna y Moquegua hebben een toestroom gezien van immigranten uit deze beide landen, maar ook uit Venezuela. “Immigratie is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen in Peru; veel migranten maken hun eerste stop om uit te rusten in Tacna. Ze besluiten dan om daar te blijven of om door te reizen naar steden zoals Lima of Arequipa”, vertelt de bisschop aan Kerk in Nood. Volgens schattingen wonen er op dit moment ongeveer 1,6 miljoen Venezolanen in Peru. Het zouden er volgens bisschop Cortez meer kunnen zijn, omdat niet alle migranten zich registreren en de meesten in kwetsbare omstandigheden leven.
“De pastorale zorg voor migranten is erg belangrijk”, voegde de bisschop eraan toe. “De Venezolanen die aankomen op zoek naar werk en een beter leven brengen ongelooflijke verhalen met zich mee. Velen komen te voet aan, nadat ze bergen zijn overgestoken, zelfs gezinnen met kleine kinderen. Daarom is pastorale zorg voor het gezin ook belangrijk.”
Vruchten
Tijdens zijn bezoek aan het internationale hoofdkwartier van Kerk in Nood wil bisschop Cortez benadrukken dat er te midden van de uitdagingen ook grote vruchten zijn. “We hebben veel gezinnen die al goed geïntegreerd zijn, werk hebben, en er zijn veel catechisten onder de Venezolanen. Zij hebben zich toegelegd op evangelisatie. Paus Franciscus zegt dat het belangrijk is dat jongeren zelf jongeren evangeliseren. Zo is het ook prachtig om te zien dat Venezolanen zelf de Venezolanen evangeliseren”. Hij voegt eraan toe dat hij gebeden heeft voor “de eerste Venezolaanse roeping” in zijn seminarie.
Met zoveel projecten die in zijn bisdom plaatsvinden, benadrukt de bisschop dat steun om ze uit te voeren cruciaal is. “De hulp van Kerk in Nood is essentieel. We kunnen de nabijheid van de weldoeners voelen. Hun steun gaat verder dan financiële hulp. Het is een andere manier om dicht bij ons te staan. Wij herkennen dit, en het is heel mooi”, besluit bisschop Cortez met een glimlach.
