In gesprek met de katholieke hulporganisatie Kerk in Nood (ACN) vertelde aartsbisschop Bashar Warda van Erbil dat ongeveer 9.000 christelijke families nu zijn teruggekeerd naar hun huizen op de vlakte van Nineveh, nadat ze tien jaar geleden waren gevlucht toen Daesh de regio innam.
De extremistische islamitische groep veroverde Mosul en de dorpen ten noorden en oosten van de stad tussen 4 en 10 juni 2014. Het leidde tot een massale uittocht van vooral christenen en Jezidi’s. Vanuit Mosul maakten jihadisten twee maanden later een verdere opmars richting de christelijke steden en dorpen van de vlakte van Nineveh. Op 6 augustus 2014 werd de hele christelijke bevolking daar gedwongen om naar Iraaks Koerdistan te vluchten.
Ruim 13.000 gezinnen op de stoep
Aartsbisschop Warda vertelde Kerk in Nood (ACN) dat van de ene op de andere dag in totaal 13.200 christelijke families naar zijn aartsbisdom in de autonome regio Koerdistan in Irak kwamen. Velen vonden onderdak rond het huis van de bisschop, bij andere christelijke gezinnen en in tenten. Hij is de internationale gemeenschap – waaronder Kerk in Nood – dankbaar voor het bieden van noodhulp en ook voor het helpen bij de wederopbouw van de verwoeste dorpen. Daardoor zijn duizenden christelijke families inmiddels teruggekeerd naar hun geboortegrond.
“Alle trieste en angstaanjagende herinneringen zijn er nog steeds, maar de christelijke families konden tenminste beginnen met bouwen en ervaren dat de toekomst in hun handen is”. Inmiddels zijn ook de kerken weer gevuld, zijn er velen die catechese krijgen en bereiden veel kinderen zich voor op hun Eerste Heilige Communie. Hij benadrukt de speciale rol van de Katholieke Universiteit van Erbil. De enige katholieke universiteit van Irak, opgericht in 2015 en gesteund door Kerk in Nood, zorgt voor christelijke eenheid in de regio.
Vlam christelijk geloof brandend houden
Inmiddels zijn ongeveer 9.000 gezinnen teruggekeerd naar hun huizen. Volgens Warda heeft zijn gemeenschap alle hulp nodig om de vlam van het christelijk geloof brandend te houden in het historische christelijke hart van Irak. “Veel christenen hebben het land verlaten of zijn van plan het land te verlaten vanwege de aanhoudende economische ontberingen. Jonge mensen vragen om werk, niet alleen om donaties.” Hoewel de vervolging niet langer hun grootste zorg is, is de druk op de christelijke minderheid een realiteit. “Ik vraag mijn mensen om geduldig te zijn en vol te houden.”
Daarnaast riep hij de internationale gemeenschap op om de lijdende christenen van Irak niet te vergeten temidden van zoveel crises over de hele wereld. “Ik zou graag zien dat wereldleiders de Iraakse politici eraan herinneren te geven om de minderheden – christenen, yezidi’s en de rest”, aldus de aartsbisschop. Tot slot sprak hij nogmaals zijn dankbaarheid uit voor de hulp van de weldoeners van Kerk in Nood (ACN): “De respons van Kerk in Nood en andere christelijke hulporganisaties maakte het voor ons mogelijk om mensen in nood te helpen. We bidden voor u en voor alle weldoeners. We bidden dat wat u ook geeft, wij het vermenigvuldigen op een manier die zal helpen om de noden van de mensen te lenigen.”