139,3 miljoen euro voor christenen in nood in 137 landen

De internationale pauselijke hulporganisatie Kerk in Nood (ACN) ontving in 2024 in totaal 139,3 miljoen euro aan donaties en legaten. Het blijvende vertrouwen en de vrijgevigheid van haar weldoeners zijn een teken dat christenen in nood wereldwijd mogen rekenen op hun empathie en steun. In Nederland hebben de weldoeners met in totaal 5,2 miljoen zelfs meer gegeven dan in het jaar 2024.

Peter Broeders, directeur van Kerk in Nood in Nederland: “Hoe onze weldoeners telkens weer hun grote compassie tonen met noodlijdende medegelovigen, het is in één woord geweldig! Dankbaar ben ik ook voor de vele nieuwe weldoeners en voor al diegenen die ons werk ook na hun dood nog blijken te willen steunen”.

Dankzij de vrijgevigheid van bijna 360.000 weldoeners in de 23 landen waar ACN nationale kantoren heeft, kon Kerk in Nood (internationaal Aid to the Church in Need of ACN genoemd) in 2024 liefst 5.335 projecten in 137 landen financieren. Zij maken het ook mogelijk dat ACN zonder financiële steun van overheden kan functioneren en zo haar onafhankelijkheid kan behouden. Met dit bedrag en in het voorgaande jaar nog niet bestede middelen 2,2 miljoen euro kon de pauselijke stichting activiteiten ter waarde van 141,5 miljoen euro financieren.

Vrijgevig ondanks eigen moeilijkheden

In een boodschap aan de weldoeners zegt Regina Lynch, uitvoerend voorzitter van ACN International: “Dankzij uw vrijgevigheid heeft ACN hoop kunnen brengen aan honderdduizenden van onze geloofsbroeders en -zusters, die dagelijks worden geconfronteerd met uitdagingen zoals vervolging, oorlog of bittere armoede. Velen van u hebben zelf ook te maken met moeilijkheden, maar toch heeft u gehoor gegeven aan Gods oproep om anderen hoop te brengen. De kern van elk project is de wens om de Kerk te helpen een instrument te zijn van Gods boodschap van liefde voor alle mensen.”

In totaal ging 79,8% van deze middelen rechtstreeks naar missie gerelateerde uitgaven. Binnen dit bedrag ging 84,7% naar concrete hulpinitiatieven. Daardoor kon de stichting 5.335 van de 7.296 aanvragen uit de hele wereld financieren. De resterende 15,3% van de missie gerelateerde uitgaven, ofwel 17,3 miljoen euro, ging naar activiteiten op het gebied van voorlichting, geloofsverkondiging en de belangenbehartiging voor vervolgde christenen. Hieronder vallen onder meer de publicatie van religieuze literatuur, gebedsacties en het opkomen voor de rechten en belangen van vervolgde en lijdende christenen bij politici en beleidsmakers. De uitgaven voor administratie en promotie, beide essentieel voor het functioneren van de organisatie, bedroegen wereldwijd 7,5% en 12,7%.

Landen waar de meeste hulp naar toe ging

Het land waar in 2024 de meeste hulp van ACN werd gegeven, was voor het derde jaar op rij Oekraïne (8,4 miljoen euro). Libanon (7,4 miljoen) kwam op de tweede plaats, gevolgd door India (6,7 miljoen). “Oekraïne was opnieuw het land waar het grootste deel van onze hulp werd gegeven. Deze is steeds meer gericht op begeleiding en ondersteuning van mensen die aan trauma's lijden. Tegelijkertijd blijven we priesters en religieuzen helpen met basisondersteuning voor hun leven en hun ambt, helpen we seminaristen opleiden en zorgen we voor transportmiddelen om hen te helpen hun pastorale ambt uit te oefenen. Tot slot helpen we ook met essentiële verwarming voor de winter”, aldus Lynch.

Snelste groei steun in Afrika

Op regionaal niveau ontving Afrika de meeste steun, met bijna een derde van de middelen. Liefst 30,2% is gereserveerd voor activiteiten op dit continent, onder meer voor landen als Nigeria en Burkina Faso. “Onze hulp aan Afrika nam vorig jaar het grootste deel van onze projectsteun voor zijn rekening. De Kerk in Afrika groeit snel en is gezegend met een groot aantal priester- en religieuze roepingen. Afrika lijdt niet alleen onder diepe armoede, maar in steeds meer landen ook onder gewelddadige islamitische jihadistische terreur. Om maar één voorbeeld te noemen: alleen al in Burkina Faso is onze hulp daardoor de afgelopen vier jaar verdrievoudigd”, legt Lynch uit.

Nog eens 18,7% van de middelen ging in 2024 naar Azië-Oceanië, het op één na hoogste bedrag per regio. India was niet alleen het derde land qua steun van ACN, maar ook het land waar ACN het grootste aantal studiebeurzen en misintenties verstrekt.

Het Midden-Oosten, met 17,5% van de hulp, was de regio die het op twee na hoogste bedrag aan steun ontving. Vooral Libanon, Syrië en het Heilige Land kregen steun na de escalatie van de gewapende conflicten. Latijns-Amerika en Oost-Europa ontvingen elk 16,8% en 15,9% van de totale hulp. De resterende 0,9% ging naar andere regio's.

Steun aan 1 op de 10 priesters wereldwijd

Dankzij haar weldoeners verstrekte Kerk in Nood (ACN) in 2024 voor bijna 1,85 miljoen aan misintenties voor 42.252 priesters. Dat is het hoogste aantal in de geschiedenis van de organisatie. Statistisch gezien betekent dit dat één op de tien priesters in de wereld steun ontving en dat er elke 17 seconden ergens ter wereld een heilige Mis werd opgedragen voor intenties van weldoeners van Kerk in Nood (ACN).

De Pauselijke Stichting ondersteunde in 2024 ook de opleiding van bijna 10.000 seminaristen. Dat komt neer op één op de elf seminaristen wereldwijd. De meeste daarvan, 5.305, bevonden zich in Afrika. Dat continent telt nu het grootste aantal priesterroepingen ter wereld. Het wordt gevolgd door Latijns-Amerika met 1.824 seminaristen die door weldoeners van Kerk in Nood werden geholpen, door Azië, met 1.752 en Europa met 1.080 seminaristen, waarvan 700 in Oekraïne.

De steun voor de vorming van priesters, religieuzen en leken vertegenwoordigde 28,2 % van alle steun, terwijl de misintenties voor priesters en de levensonderhoudssteun voor religieuze vrouwen 23,9 % bedroegen.

Gezien de hoge kosten van bouwprojecten staat dit soort hulp bovenaan de lijst, met iets minder dan een kwart van de verstrekte financiële hulp (23,6 %). In aantal projecten betrof het in 2024 iets meer dan 750 bouwprojecten.

ACN besteedde ook 10,5% van zijn hulp aan transportmiddelen. Weldoeners droegen bij aan 1.141 voertuigen om priesters en anderen te helpen bij het uitvoeren van hun pastorale taken. Daaronder waren 474 auto's, 388 fietsen, 264 motorfietsen, 11 boten, drie bussen en één vrachtwagen. Noodhulp was goed voor ongeveer 10,7% van de uitgaven, een percentage dat vergelijkbaar is met vorig jaar.

De wereldwijde financiële resultaten van ACN worden gecontroleerd door het accountantskantoor PricewaterhouseCoopers (PwC).

Download het internationale activiteitenverslag

Download het Nederlandse jaarverslag

Download het ANBI-formulier van Kerk in Nood