“Een thuiskomst die we nooit vergeten”

Project
Christelijke families in Syrië die door extremisten uit de stad Al Husn werden verdreven, vierden donderdag hun terugkeer met een ceremonie die de wederopbouw van hun huizen markeerde.
ACN-20190215-84173-Krak-des-Chevaliers-Large

Het dorp aan de voet van het beroemde Krak des Chevaliers, een kasteel van de kruisvaarders uit de elfde eeuw, werd twee jaar lang bezet gehouden door Islamitische Staat en is in die tijd voor een groot deel verwoest. Het christelijke deel van het dorp kwam in 2012 onder vuur te liggen toen extremisten, waaronder moslims uit de regio en stad zelf, hen aanspoorden het nabijgelegen middeleeuwse kasteel van de kruisvaarders in te nemen vanwege de symbolische waarden en het strategische belang voor de macht over de regio.

Jezus is mijn rots
Tijdens de ceremonie ontvingen de parochianen in de H. Mariakerk gedenkstenen met de tekst ‘Jezus is mijn rots’ en flessen met heilig water om te gedenken dat de reparaties aan hun huizen na maanden van hard werken zijn voltooid. De Grieks-katholieke Melkitische aartsbisschop Nicolas Sawaf van Lattakia bedankte Kerk in Nood, dat het programma voor de reparatie van 55 huizen financierde hartelijk. "Gegeven hoe de mensen hebben geleden, het geweld en de haat, wie had gedacht dat deze huizen zouden worden gebouwd?”

Buren betrokken bij aanval
De aartsbisschop reflecteerde ook op hoe buren betrokken waren bij de aanvallen op de christelijke huizen: "We moeten ons herinneren dat Christenen in Syrië een speciale missie hebben van liefde, mededogen en verzoening. We moeten onze vijanden niet haten, we moeten hen vergeven." Pater Andrzej Halemba, projectcoördinator van Kerk in Nood in het Midden-Oosten, presenteerde de ‘Jezus is mijn Rots’-gedenkstenen aan ieder gezin: "Deze stenen zullen u eraan herinneren dat u niet alleen bent, dat God altijd bij u is en dat de vrienden en weldoeners van Kerk in Nood voor u bidden en u altijd tot steun zijn."

Pijn en hoop
Onder degenen die een tablet ontvingen, was Hasan Marmari, 60, die een paar weken geleden naar zijn huis terugkeerde nadat Kerk in Nood de reparatie had voltooid. Zijn zoon George raakte vijf jaar geleden vermist tijdens militaire dienst: "Natuurlijk is er nog veel pijn en lijden voor velen van ons, maar het is een enorme stap voorwaarts en een belangrijk teken van hoop om eindelijk thuis te zijn en weer in staat te zijn om opnieuw te beginnen ons leven."

Kerk in Nood heeft bijgedragen aan de restauratie van zowel de huizen als de H. Mariakerk, die 900 jaar oud is en tijdens het conflict werd aangevallen en ontwijd. Sinds het begin van het conflict in 2011 heeft Kerk in Nood bijna 750 projecten in Syrië voltooid, waaronder noodhulp voor de ontheemde christelijke gezinnen uit het dorp Krak des Chevaliers.