Verhalen over ontvoeringen van christelijke en yezidi-meisjes in het Midden-Oosten, doodstraffen vanwege blasfemie in Pakistan en aanslagen op kerken in Nigeria halen regelmatig het nieuws. Maar kent u het ‘grote plaatje’ van de ontwikkelingen rondom godsdienstvrijheid wereldwijd? Alles wat u moeten weten over dit ‘vergeten’ mensenrecht.
Gewelddaden, gepleegd in de naam van een godsdienst, blijven het internationale nieuws beheersen. We ontkomen niet aan de indruk dat religieus geïnspireerd terrorisme niet alleen wijdverbreid is, maar ook toeneemt. Het rapport van 2021 is een trieste bevestiging van deze constatering. Hieronder vindt u regelmatig nieuwsupdates van schendingen van de godsdienstvrijheid.
In vogelvlucht: In 62 landen van de 196 landen wereldwijd worden mensen – vaak minderheden – geconfronteerd met zeer ernstige schendingen van de godsdienstvrijheid. In deze landen wonen bijna 5,2 miljard mensen, want tot de ergste overtreders behoren enkele van de dichtstbevolkte landen ter wereld (China, India, Pakistan, Bangladesh en Nigeria).
Verpleegster Margaret Attah is de eerste persoon die de ‘Courage to be Christian’ onderscheiding van Kerk in Nood (ACN) in het Verenigd Koninkrijk ontvangt. De onderscheiding wordt op RedWednesday, woensdag 22 november, uitgereikt in de kathedraal van St. George in Southwark.
Attah verloor beide benen en het zicht aan één oog toen op Pinksterzondag 2022 een bom afging in de St Francis Xavierkerk in Owo, Nigeria. Terreurbeweging Islamitische Staat in West-Afrika (ISWAP) eiste de verantwoordelijkheid op voor de aanslag. Daarbij openden de schutters ook het vuur op de aanwezigen. Ruim 70 mensen raakten gewond, waaronder Margaret Attah. Ze neemt de prijs in ontvangst namens alle kerkganger die onder de gruweldaad geleden hebben.
In een video vertelt de moeder van vier kinderen hoe lastig het is om naar de kerk te gaan. “Ik kijk de hele tijd rond. Het is niet gemakkelijk. Ik ben sindsdien nog maar twee keer naar de kerk geweest. Ik voel me onveilig.” Ondanks haar trauma vertelt ze dat haar geloof standhoudt.
Dr. Caroline Hull, nationaal directeur van Kerk in Nood (ACN) in het Verenigd Koninkrijk: “We zijn ontzettend blij dat Margaret naar het Verenigd Koninkrijk komt om onze gast te zijn en onze allereerste ‘Courage to be Christian’-onderscheiding in ontvangst te nemen. Onze harten en gebeden gaan uit naar iedereen die geleden heeft tijdens de aanval op de kerk.”
Een door Kerk in Nood (ACN) gesteund project werpt zijn vruchten af in het zuidwesten van Nigeria. Christelijke en moslimleiders in de staat Osun werken er nu samen om vrede te bevorderen. Dit door de katholieke Kerk geleide project maakt een verschil in een land dat bekend staat om interreligieuze conflicten en vervolging van Christenen.
Het bisdom Osogbo brengt moslim- en christelijke leiders samen om spanningen te verminderen en het soort interreligieuze conflicten te vermijden dat honderden, zo niet duizenden doden heeft veroorzaakt in andere delen van het land.
Interreligieuze harmonie essentieel
“Het bisdom telt ongeveer vijf miljoen inwoners. Ongeveer drie miljoen daarvan zijn moslims en twee miljoen christenen, waaronder ongeveer 600.000 katholieken”, zegt bisschop John Oyejola van Osogbo tijdens een bezoek aan het internationale kantoor van Kerk in Nood (ACN) in Duitsland. De bisschop voegt eraan toe dat ondanks het feit dat ze een minderheid vormen, katholieken de meeste projecten en instellingen voor sociale ontwikkeling en hulp in de regio leiden.
Vanwege de demografische situatie gelooft bisschop John dat het opbouwen van harmonie tussen de religies essentieel is om de vrede te bewaren en de Kerk in staat te stellen haar missie uit te voeren. “We kunnen het christendom niet prediken als er geen vrede is. Laten we dus met iedereen vrede sluiten. Wij respecteren uw religie, respecteert u alstublieft de onze.”
Wat er in Osogbo is gebeurd, gaat echter veel verder dan alleen wederzijds respect en heeft de vorm aangenomen van een diepe vriendschap, zegt pater Peter Akinkunmi. Hij volgde een cursus Arabische en Islamitische studies in Rome voordat hij naar Nigeria terugkeerde om de functie van diocesaan directeur voor de interreligieuze dialoog op zich te nemen.
Eenheid 15 jaar geleden verbrijzeld
Pater Akinkunmi zegt dat de relaties tussen christenen en moslims van oudsher erg goed waren in de staat Osun, maar dat dit ongeveer 15 jaar geleden begon te veranderen. De toenemende vervolging in het noorden van het land dwong toen veel mensen uit het zuidwesten om terug te keren naar hun thuisland. “De verhalen waarmee ze terugkwamen, de verhalen en de mentaliteit begonnen onze jeugd te beïnvloeden. Ze zagen mensen met lege handen terugkomen, hun levens verwoest, en dit begon bitterheid te kweken.”
De situatie werd nog erger toen de lokale overheid een wet aannam die moslimmeisjes toestond om de hijab te dragen in christelijke scholen. “De moslim- en christengemeenschap sleepten elkaar voor de rechter en de rechtbanken stelden wetten in het voordeel van de moslims op. Dat was de druppel. Alle punten van eenheid tussen christelijke en moslimleiders werden verbrijzeld, en ze kwamen niet meer samen in de verschillende fora voor dialoog”, zegt pater Peter.
Diepe vriendschap
Toen bisschop Oyejola in 2016 aantrad, waren de relaties bevroren, maar hij nam het initiatief om het vertrouwen weer op te bouwen. Wat begon als goede wensen en beleefdheidsbezoeken aan de groot-imam groeide al snel uit tot een goede vriendschap. De twee religieuze leiders wisten dat ze hun invloed moesten aanwenden voor het welzijn van de hele gemeenschap. Ze begonnen samen te overleggen en zich uit te spreken over belangrijke kwesties, “om een nieuwe visie te creëren van christelijk en islamitisch leiderschap, samen optrekken voor het welzijn van de hele staat”, zegt pater Peter.
Deze nieuwe sfeer van dialoog begon al snel vruchten af te werpen. “De meest gevoelige periode in ons leven als natie zijn altijd de verkiezingen geweest. De staat Osun is bovendien bijzonder omdat we onze gouverneursverkiezingen acht maanden voor de algemene en presidentsverkiezingen houden. Dus Osun is meestal de politiek meest gespannen staat van het land.”
“We organiseerden een Forum voor de Bevordering van Vrede en Solidariteit met de steun van Kerk in Nood (ACN). Het ging erom dat de bisschop en de groot-imam, met hun assistenten, bij elkaar kwamen zitten en de ontwikkelingen in de staat bekeken. Wat is de situatie? Hoe bereiden we ons voor op de verkiezingen? En zich dan uitspreken over zaken die de vrede in de gemeenschap zouden kunnen bedreigen.”
Het door Kerk in Nood gefinancierde programma omvat ook een wekelijkse live radio-uitzending waarin diverse religieuze leiders inzicht geven in de leer van hun religieuze traditie met betrekking tot vrede en interreligieuze broederschap. Ook waren er rond verkiezingstijd gezamenlijke persconferenties door christelijke en islamitische religieuze leiders en door christelijke en islamitische vrouwen.
Afstand nemen van beschuldigingen
Het resultaat waren een aantal vreedzame verkiezingen. Bij de laatste werd een christelijke gouverneur gekozen, wat een heel nieuw probleem dreigde te veroorzaken. “Een groep genaamd Muslim Rights Concern begon de gouverneur te bekritiseren en beschuldigde hem ervan voornamelijk christenen te benoemen en de islamitische gemeenschap te negeren. Dit soort kwesties dreigden de bitterheid weer aan te wakkeren. Maar de lokale islamitische gemeenschap sprak zich uit en distantieerde zich volledig van de uitspraken, door te zeggen dat zij niet de mening van de moslims in de staat Osun vertegenwoordigen.”
Pater Peter herinnert zich een derde geval toen gewelddadige anti-regeringsprotesten over instabiele valuta en brandstoftekorten het hele land op zijn grondvesten deden schudden. “Religieuze leiders uit de gemeenschappen werden opgeroepen voor seminars en workshops om na te denken over hoe de situatie te beheersen, zodat die niet zou escaleren in geweld. Als gevolg daarvan werd er op vrijdag en zondag in de preken speciale aandacht besteed aan het aansporen van mensen tot vreedzaam gedrag, en in de staat Osun waren er geen protesten.”
Bisschop Sheikh
Het vertrouwen tussen de gemeenschappen is zo gegroeid dat moslimvertegenwoordigers werden uitgenodigd om de diocesane synode bij te wonen, en de groot-imam verleende de eretitel van sheikh aan bisschop Oyejola. Daarbij legde hij uit dat de term in het Arabisch verwijst naar een wijze oude man.
“De voortdurende samenwerking tussen de imam en de bisschop, die we via dit project in de media bekend hebben gemaakt, heeft het vermogen van politici om religie te gebruiken om onze mensen te manipuleren, al geneutraliseerd”, zegt pater Peter. Volgens bisschop Oyejola zijn naburige bisdommen begonnen het model dat in Osogbo wordt gebruikt te kopiëren.
Ook andere instellingen in Osun hebben het voorbeeld gevolgd. Voor de recente verkiezingen kwamen de lokale afdelingen van de Federatie van Moslimvrouwen en van de vrouwenafdeling van de Nationale Christelijke Associatie samen om met succes te lobbyen om zwangere vrouwen, zogende moeders en oudere dames voorrang te geven in de stemhokjes. Ook bij liefdadigheid wordt niet langer als eerste gekeken naar de geloofovertuiging.
De grote vruchten van dit project zouden niet mogelijk zijn geweest zonder de steun van Kerk in Nood, zegt bisschop Oyejola, die de donateurs van de pauselijke stichting dankbaar is. “We willen het volhouden en ervoor zorgen dat we meer resultaten boeken, want wat we nodig hebben is vrede.”
Op RedWednesday© kleuren in Nederland ruim 150 en wereldwijd honderden kathedralen, kerken, kloosters, monumenten en openbare gebouwen bloedrood. Waarom? Om aandacht te vragen voor het lot van miljoenen vervolgde, onderdrukte en bedreigde gelovigen in de hele wereld. Ook u kunt meedoen!
Bestel hier de poster en hang deze op 22 november, dit jaar de dag van de Tweede Kamerverkiezingen, in uw raam. En deel deze website zodat nog meer mensen kennis nemen van deze ‘vergeten’ slachtoffers van vervolging!
Stop de straffeloosheid
De vervolging van gelovigen neemt wereldwijd toe. Uit eigen onderzoek blijkt dat liefst 62 van de 196 landen wereldwijd (32%) aanzienlijke schendingen kennen. In 47 landen verslechterde de situatie sinds de publicatie van het vorige rapport. En slechts negen landen kenden verbetering. Ook viel op dat de straffeloosheid over de hele wereld is toegenomen. In 36 landen (18%) worden aanvallers zelden of nooit vervolgd voor hun misdaden. Christelijke minderheden zijn relatief vaak slachtoffer. Staten, jihadistische groepen en religieuze nationalisten hebben het in diverse landen op hen gemunt.
Wees een licht in de duisternis
Het stilzwijgen van de internationale gemeenschap draagt bij aan deze cultuur van straffeloosheid, net name voor regimes die als strategisch belangrijk voor het Westen worden beschouwd, zoals China en India. Zij worden niet onderworpen aan internationale sancties of andere gevolgen voor hun schendingen van de godsdienstvrijheid. Hetzelfde geldt voor landen als Nigeria en Pakistan.
Met het thema van dit jaar, “Wees een licht in de duisternis voor mensen die vervolgd worden om hun geloof”, roept Kerk in Nood Nederland daarom mensen op om te bidden, om hun stem te laten horen en om concrete steun te bieden aan wie lijden vanwege hun geloof.
Kijk op redwednesday.nl voor meer informatie over de actie, godsdienstvrijheid en de deelnemende kerken
De Pakistaanse christelijke verpleegster Tabitha Nazir Gill ontsnapte in 2021 ternauwernood aan een lynchpartij door een grote menigte. Ze werd beschuldigd van godslastering door een collega die ze een disciplinaire straf had gegeven voor het aannemen van steekpenningen. Kerk in Nood (ACN) sprak met haar over het voorval en over haar vreugde in Noord-Amerika een nieuw leven te kunnen beginnen met haar gezin.
Videobeelden van Gill, nu 32, die in elkaar werd geslagen door collega’s gingen in 2021 viraal op internet. In een exclusief gesprek met het Britse nationale kantoor van Kerk in Nood (ACN) beschrijft ze hoe ze als hoofdverpleegster in het Sobhraj Maternity Hospital in Karachi onterecht beschuldigd werd van blasfemie, nadat ze een collega aansprak op het aannemen van steekpenningen van een patiënt. De collega reageerde door haar te beschuldigen van godslastering.
Ziekenhuispersoneel omsingelde haar en ze werd herhaaldelijk geslagen en vastgebonden met touwen en gedwongen haar excuses aan te bieden. Ze werd opgesloten in een kamer totdat de politie arriveerde en haar arresteerde op beschuldiging van het beledigen van de profeet van de Islam, waarop volgens artikel 295C van het Pakistaanse Wetboek van Strafrecht de doodstraf staat.
De politie liet haar vrij omdat ze geen geloofwaardig bewijs tegen haar konden vinden. Maar een menigte van honderden extremisten omsingelde het politiebureau en dwong de autoriteiten om een First Information Report (FIR) tegen haar in te dienen. Mevrouw Gill en haar familie doken onder, maar omdat de zaak nog in behandeling was, werden ze het land uitgejaagd en verbleven ze op een onbekende locatie in het Midden-Oosten waar ze verblijfsvergunningen kregen.
Meer dan twee jaar later beschrijven mevrouw Gill en haar man Sohail Almas in het gesprek met Kerk in Nood (ACN) hun vlucht uit Pakistan. Ze benadrukken “het wonder” dat ze een immigrantenvisum kregen voor een land in het Westen, dat om veiligheidsredenen niet openbaar gemaakt kan worden. Samen met hun twee jongens leven ze er onder strenge beveiliging. Gill herinnert zich de dreiging maar al te goed. Ze werd belaagd door collega’s, maar voelde zich beschermd: “De menigte wilde me vermoorden, maar ik bleef tot Jezus bidden en ik opende mijn ogen en ik voelde dat ik engelen zag en vanaf dat moment wist ik dat ik gered zou worden.”
Ze bedankte degenen die haar een veilige vlucht uit Pakistan hadden bezorgd, waaronder dominee Iftikhar Indryas, een voorvechter van vervolgde gelovigen. Indryas: “Alle eer aan Jezus. Hij is degene die haar gered heeft. Wij zijn slechts zijn dienaren.” Nu ze in het Westen is aangekomen wil Gill haar leven wijden aan het opkomen voor vervolgde christenen in Pakistan. Daarbij denkt ze onder meer aan haar christelijke collega-verpleegkundigen Mariam Lal en Newosh Arooj, die ondergedoken zitten na beschuldigd te zijn van godslastering: “Ik wil dat ze weten dat we voor ze bidden en dat we achter ze staan. Ik zal me tot mijn laatste adem inzetten voor vervolgde Christenen.”
Christelijke organisaties over de hele wereld hebben de ontheiliging van de Koran, het heilige boek van de moslims, door een zelfbenoemde Iraakse atheïstische vluchteling in Zweden veroordeeld. Zelfs paus Franciscus mengde zich in de kwestie en zei dat “elk boek dat door zijn gelovigen als heilig wordt beschouwd, moet worden gerespecteerd.”
Het incident vond plaats op 28 juni, buiten de belangrijkste moskee in Stockholm, toen moslims het belangrijke feest van Eid al-Adha vierden. Moslims van over de hele wereld gingen de straat op om te protesteren en uitten hun kritiek op de Zweedse regering omdat die het protest had toegelaten. Zoals bij eerdere incidenten is gebeurd, heeft de belediging van moslims in een Europees land uiteindelijk ernstige gevolgen voor christelijke gemeenschappen in landen met een moslimmeerderheid.
Ook de katholieke Kerk in Pakistan heeft de daad veroordeeld en zegt dat ze solidair is met moslims. Ze roept Zweden op om het respect voor alle religies in de samenleving te waarborgen, nu de Pakistaanse regering haar bezorgdheid heeft geuit over de veiligheid van kerkgebouwen in het land. In gesprek met Kerk in Nood (ACN) legt bisschop Yousaf Sohan van het bisdom Multan en voorzitter van de Katholieke Commissie voor Interreligieuze Dialoog en Oecumene in Pakistan uit dat de regering eist dat kerken en kerkgebouwen, inclusief scholen, meer veiligheidsmaatregelen nemen ter bescherming.
Negatief effect op christenen elders
“Het land is verdeeld in zones op basis van veiligheidsniveaus. Het bisdom Multan bevindt zich in een rode zone. Meerdere kerkgebouwen zijn op dit moment gesloten omdat ze niet voldoen aan de veiligheidseisen die de regering in deze situatie stelt”, legt hij uit. “Voorlopig is er niet meer dan verbale kritiek en bedreigingen op sociale media. Maar de Kerk betreurt het dat de achteloze en respectloze daad van één man, die in veiligheid in Zweden leeft, zo’n negatief effect kan hebben voor christenen in een land waar het ontheiligen van de Koran kan leiden tot levenslange gevangenisstraf.”
“We bidden voor vrede. Deze incidenten zouden niet mogen gebeuren, omdat ze grote onrust veroorzaken bij onze mensen. We moeten elkaars rechten en menselijkheid respecteren, ongeacht hun religie. Omdat we al een erg arm land zijn, met een moeilijke situatie voor christenen, leiden deze incidenten tot grotere veiligheidsrisico’s”, aldus bisschop Sohan.
Financiële uitdaging
De verhoogde veiligheidseisen vormen een nieuwe uitdaging voor een Kerk, die al de nodige financiële uitdagingen kent, aangezien de meeste christenen in Pakistan erg arm zijn. Kerk in Nood {ACN) heeft met dank aan vele donateurs in 2022 in Pakistan 105 projecten gefinancierd, waaronder de bouw en renovatie van kerkfaciliteiten, geloofsvorming van leken en transportmiddelen voor pastorale zorg. De stichting heeft ook haar steun aan projecten voor interreligieuze dialoog verhoogd. Pakistan was ook een van de landen die werd uitgelicht in het onlangs gepubliceerde rapport Vrijheid van Godsdienst Wereldwijd 2023.
Pakistan is op godsdienstig vlak een land van vele gezichten. Op het eerste oog hebben christenen er een ondergeschikte plaats in dit land met een bevolking die voor 95% moslim is. Ze hebben te maken met discriminatie, ontvoeringen en gedwongen bekeringen tot de Islam van meisjes. En wie er de Koran ‘bezoedelt’ of de profeet Mohammed beledigt, kan er levenslange gevangenisstraf of de doodstraf krijgen. Toch kent het land ook voorvechters voor godsdienstvrijheid.
Voor Gazi Salahudin John, een sjiitische moslim die regelmatig ontmoetingen voor interreligieuze dialoog in Hyderabad bijwoont, georganiseerd door pater Shahzad Khokhar, een franciscaanse broeder en projectpartner van Kerk in Nood (ACN), werd die strijd in maart 2023 erg letterlijk. Eigenhandig stopte hij een meute die het voorzien had op een hindoe-gezin in zijn wijk dat werd beticht van godslastering. Voor zijn nobele daad heeft hij inmiddels diverse onderscheidingen heeft ontvangen.
Tijdens een ontmoeting van de groep voor interreligieuze dialoog in Hyderabad op 16 maart 2023, vertelt Gazi Kerk in Nood (ACN) uitgebreid over het voorval. “Er was een hindoe man vals beschuldigd van het verbranden van de Koran. Steeds meer mannen verzamelden zich voor het gebouw waar het gezin woonde, maar zij konden niet naar binnen omdat de deur gesloten was. Ze probeerden daarop een ladder tegen het gebouw te plaatsen. Er was ook iemand met een pistool, maar dat heb ik uit zijn handen kunnen trekken.”
Gevraagd naar zijn moed, vertelt Gazi dat hij de kracht voelde in zichzelf om hier tegenop te staan en wijst hij met enkele verzen op wat hij geleerd heeft bij tijdens de ontmoetingen voor interreligieuze dialoog. “Ik dacht ooit dat religie iets was dat ik doe, maar het is wat ik ben. Ik dacht ooit dat interreligieuze dialoog iets was dat we doen, maar het is wat we zijn. Ik dacht ooit dat diversiteit iets was dat we waren, maar het is wat we doen. We zijn allen één en broeders.”
Mgr. Samson Shukar (OFM) bisschop van Hyderabad en trekker van de bijeenkomsten voor interreligieuze dialoog bevestigt dat de situatie in het gebied Sindh, in het oosten van Pakistan, beter is dan in sommige andere gebieden en landen waar spanningen zijn tussen religies. De aanwezigheid van geloofsleiders – sikh, sjiitisch, soennitisch, hindoe en christelijk – in de bijeenkomsten die door pater Shahzad Khokhar worden georganiseerd, is volgens hem veelzeggend.
De Franciscaan vertelt hoe met Eid al Fitter samen cake en cadeau’s werden uitgedeeld en dat er veel ontmoetingen zijn om elkaar beter te leren kennen. “In de hindoetempel hebben we uitleg gekregen over de diverse goden. We gaven een toespraak voor de bond van handelaren over hoe zij kunnen bijdragen aan respect, vrede en dialoog. En we hebben samen met leerlingen en docenten van diverse religies bomen geplant vanwege de klimaat- en waterproblemen in het land.”
Sikh leider Prakash Singh beaamt het belang van de dialoog. “Achter de leiders die hier zijn, staan lokale mensen. Zij zien hen als voorbeeld en model om samen te werken aan eenheid. Dat is de echte gave van deze groep. Volgens mijn religie is deze goedheid voor allen, niet voor één persoon of groep. God heeft een licht in ons geplant, in sommigen meer, anderen minder… maar in allen.”
Hoewel er problemen zijn met godsdienstvrijheid in Pakistan, is bisschop Samson dankbaar voor de voorvechters, zowel binnen de groep geestelijken als onder de politie- en strijdkrachten in Sindh, die in de regio Sindh ook vaak een positieve rol spelen: “Jezus zei: ‘Heb ander lief als jezelf.’ We respecteren de ander. We hebben laten zien dat we dat niet alleen met woorden doen, maar ook met daden. Ik weet zeker dat dit goede werk niet beperkt zal blijven, maar de basis zal leggen om elkaar te helpen”, zei hij tegen Kerk in Nood (ACN).
Pakistan is één van de landen die prominent aan bod komt in het rapport van Kerk in Nood (ACN) over de wereldwijde vrijheid van godsdienst. Vraag hier een gratis gedrukt exemplaar aan van de samenvatting.
Dankzij de hulp van donateurs wereldwijd heeft Kerk in Nood 1,5 miljoen euro kunnen toezeggen voor universitaire studiebeurzen aan jongeren in Irak.
Het hulpprogramma omvat studiebeurzen voor 150 studenten aan de Katholieke Universiteit van Erbil (CUE), de hoofdstad van de autonome regio Iraaks Koerdistan, voor de komende vier jaar. Doel van het project is de sociale samenhang tussen de verschillende godsdiensten te bevorderen en jonge christelijke studenten betere kansen op de arbeidsmarkt te bieden.
Harmonie
“Zonder twijfel is de CUE een baken van licht en een symbool van hoop, vooral voor de jongere generatie”, verklaart Chaldeeuwse aartsbisschop Bashar Warda van Erbil, de stichter van de universiteit. “De financiële steun door middel van studiebeurzen komt niet alleen ten goede aan een beperkt aantal jongeren die hopen op een betere toekomst. Het zal tegelijkertijd een krachtig gebaar zijn van solidariteit met de Christenen en andere minderheden en kansarmen in de regio.”
De meeste studenten aan de CUE zijn vluchtelingen of intern ontheemden uit andere delen van Irak, waaronder Bagdad, Basra, Diala, Duhok, Kirkuk, Nineveh en Mosoel, Sinjar en Suleimaniya. Thomas Heine-Geldern, de uitvoerend voorzitter van Kerk in Nood internationaal, noemt de gelegenheid voor de toezegging passend: “Wij geloven dat dit project de boodschap van de paus ten gunste van sociale cohesie en verzoening zal ondersteunen. De universiteit is opgebouwd rond diversiteit – met 72% christenen, 10% moslims en 18% Yezidi’s. Hier kunnen jongeren van diverse geloofsovertuigingen leren om in harmonie samen te leven.”
Blijven of vertrekken
Binnen Iraaks Koerdistan leeft de christelijke minderheid in relatieve veiligheid. Er heerst echter een aanhoudend gevoel van onveiligheid, vooral door de gespannen economische situatie. Als gevolg daarvan staan vooral jongeren voor een dilemma: blijven of emigreren. Het aantal Christenen in het land is de afgelopen tien jaar dramatisch gedaald. De CUE, die vijf jaar geleden werd opgericht, probeert een andere oplossing te bieden door jongeren betere toekomstperspectieven te bieden.
“De Katholieke Universiteit van Erbil is van cruciaal belang voor de Christenen die in Noord-Irak en Koerdistan wensen te blijven, omdat het hen zal helpen om te blijven. De Christenen zouden er niet aan denken hun land te verlaten als zij zich daartoe niet gedwongen voelden door krachten buiten hun wil. Als jonge Christenen de kans krijgen om een goede opleiding te volgen, dan zullen zij blijven. Kerk in Nood heeft al het mogelijke gedaan om de Christenen te helpen in hun geboorteland te blijven, door te investeren in de wederopbouw van huizen, kerken en essentiële infrastructuur. Nu is het tijd om dit grote project, dat voor ons zeer ambitieus is, op te starten en te investeren in de jongeren van het land”, aldus Heine-Geldern.
Toekomstvisie
De CUE is tot nu toe de enige katholieke universiteit in het land en biedt een scala aan vakken tot het niveau van een universitaire graad, waaronder architectuur en civiele techniek. Momenteel zijn er 170 studenten ingeschreven, waarvan 54% vrouwen en 46% mannen. De aartsbisschop wil dit aantal de komende vier jaar graag verhogen. De financiële steun van Kerk in Nood is onontbeerlijk, gezien de huidige moeilijke economische en politieke situatie in Irak. “Ik heb het werk dat Kerk in Nood jarenlang voor ons heeft gedaan, en vooral na ISIS, altijd zeer gewaardeerd. Dat Kerk in Nood als medestichter de eerste grote donor is voor het studiebeursprogramma, is zeer toepasselijk en zeer welkom. We moeten goed nieuws geven aan de mensen hier tijdens het pauselijke bezoek; de visie om 1000 studenten te hebben tegen 2025, geeft een belangrijke stem en een duidelijke toekomst voor onze jongeren en hun ouders en daarmee veel hoop”, besluit aartsbisschop Bashar Warda.
"Ik nodig u uit om samen met Kerk in Nood overal in de wereld werken van barmhartigheid te realiseren."
Kerk in Nood
Peperstraat 11-13
5211 KM 's Hertogenbosch
info@kerkinnood.nl
(073) 613 08 20
NL27 ABNA 0503 0402 31
RSIN/ANBI 2865841; KVK 41080169
Contactformulier
Projectaanvragen
Privacybeleid
Stichting Kerk in Nood/Voorheen Oostpriesterhulp Nederland
COPYRIGHT © 2023 ACN NEDERLAND - KERK IN NOOD