Zenuwachtig China voert religieuze vervolging op

maandag, 24 april 2017
Nieuws
Het China van president Xi Jinping wordt een steeds angstaanjagender plek. De regering treedt met harde hand op tegen afwijkende meningen en tegen contact met het Westen. Religieuze vervolging neemt toe: de communistische god die faalde, vreest concurrent
14205665081961_700

door Doug Bandow, senior fellow aan het Cato Institute (Washington DC)

Het China van president Xi Jinping wordt een steeds angstaanjagender plek. De regering treedt met harde hand op tegen afwijkende meningen en tegen contact met het Westen. Religieuze vervolging neemt toe: de communistische god die faalde, vreest concurrentie.

Vervolgingen
Een nieuw rapport van Freedom House beschrijft hoe ‘de autoriteiten vele restricties hebben aangescherpt, met als resultaat een algehele toename van religieuze vervolging’ sinds Xi in november 2012 aan de macht kwam. Deze vervolging brengt aan het licht dat het bewind zenuwachtig is, zelfs angstig. De Communistische Partij van China (CCP) zit vol ambitieuze opportunisten, mensen die te slim zijn om Marxistische en Maoïstische onzin te geloven, maar te omkoopbaar om de verzinsels te verwerpen waarmee de Chinese leiders macht rechtvaardigen.

Toegenomen vrijheid wordt weer ingeperkt
De laatste decennia is door hervormingen de ruimte voor uitingen van religieus geloof toegenomen. Die vrijheid draai je niet gemakkelijk terug. Freedom House legt uit: ‘De CCP heeft nagelaten de natuurlijke uitbreiding van de godsdienst te controleren en onder politieke controle te houden. In plaats daarvan hebben de opgelegde strikte beperkingen in feite een grote ‘zwarte markt’ gecreëerd. Daardoor zijn veel gelovigen gedwongen om buiten de wet om te handelen van een regime dat zij beschouwen als onredelijk, onrechtvaardig of onwettig. Op hun beurt ‘hebben gelovigen gereageerd met een verrassende mate van verzet, zelfs in geloofsgemeenschappen die eerder goede relaties hadden met functionarissen van de staat en van de partij.’

Verzet
Nog bedreigender, bezien vanuit het standpunt van Beijing, is dat religieuze gelovigen tactieken gebruiken die gemakkelijk kunnen worden aangepast voor politieke protesten. Christenen ‘hebben gezamenlijke brieven gepubliceerd, ceremonies geboycot, vieringen gehouden in de open lucht, zijn opgekomen voor hun wettelijke rechten en hebben het afbreken of verwijderen van kruisen onmogelijk gemaakt. Veel Christenen gebruiken subtiele tactieken om de invloed van controles door de staat te verminderen. Zij nemen evangelisatie op in hun liefdadigheidswerk, nemen deel aan privé-trainingen in de bergen of cultiveren goede relaties met plaatselijke functionarissen.’

Gevolgen voor de gelovigen
De regering Xi kan spijt krijgen van wat het ongewild in gang heeft gezet. Freedom House schat dat er zo’n 350 miljoen gelovigen zijn in China, meer dan een kwart van de bevolking. Er zijn mogelijk 185 tot 250 miljoen Boeddhisten (waarvan 6 tot 8 miljoen Tibetaanse Boeddhisten), 60 tot 80 miljoen protestantse Christenen, 21 tot 23 miljoen Moslims, 7 tot 20 miljoen beoefenaars van Falun Gong en 12 miljoen Katholieken. Er zijn geen aantallen bekend voor Taoïsten. Taoïsten, Chinese Boeddhisten en Hui Moslims worden nauwelijks vervolgd. Katholieken hebben te maken met gematigde beperkingen; Protestanten worden streng vervolgd. Tibetaanse Boeddhisten, Oeigoerse Moslims en Falun Going worden zeer sterk onderdrukt.

De staat van dienst van Xi is negatief geweest, maar niet helemaal. Beoefenaars van Falun Gong en Katholieken komen er bijvoorbeeld misschien iets beter van af, de Katholieken door de verbeterde relaties tussen China en het Vaticaan. Voor Taoïsten en Chinese Boeddhisten is er weinig veranderd. Hui Moslims zijn iets slechter af, zij lijden onder ‘enkele aangescherpte beperkingen en ‘Islamofobie’. Het zelfde geldt voor Tibetaanse Moslims, die te maken hebben met nieuwe strafmaatregelen. Oeigoerse Moslims worden geconfronteerd met een grotere vervolging. Freedom House specificeert: ‘Controle op godsdienst is versterkt en uitgebreid’ in Xinjiang.

Vervolging van protestanten
Hoog op de lijst van de recente campagne van de regering Xi staan de Protestanten. Freedom House merkt op: ‘Protestanten vormen de grootste van de twee belangrijkste christelijke denominaties in China. Protestanten zijn het meest slachtoffer geworden van campagnes om kruisen te verwijderen en kerken te vernielen. Door de staat gesanctioneerde leiders worden gestraft en mensenrechten-advocaten die zaken van Christenen op zich nemen, worden gearresteerd.’

Rapport VS over godsdienstvrijheid
De bevindingen van Freedom House worden ondersteund door andere analisten en organisaties. Het meest recente rapport van het ministerie van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Staten over godsdienstvrijheid wijst op het volgende: ‘Er zijn berichten dat de regering systematisch aanhangers van geregistreerde en niet-geregistreerde religieuze groepen lichamelijk mishandelde, gevangen hield, arresteerde, martelde, veroordeelde tot de gevangenis of lastig viel. Dat gaat dan om het feit dat deze mensen activiteiten ondernamen die in verband stonden tot hun religieuze overtuigingen en praktijken.’ De Commissie voor Internationale Godsdienstvrijheid van de VS noemt China een land waarover grote bezorgdheid is vanwege ‘zijn systematische, flagrante en aanhoudende misbruiken.’ Abstracte samenvattingen brengen natuurlijk nog niet de individuele en gemeenschappelijke ellende over. Gelovigen sterven, gaan naar de gevangenis en verliezen hun levensonderhoud terwijl ze proberen hun geloof te beleven. Religieuze vervolging is een misdaad, niet een beleid.

Een lichtpuntje
Ondanks de intensieve en uitgebreide onderdrukking zoals Freedom House die benoemt, ‘hebben religieuze overtuigingen en groepen overleefd of zich zelfs verspreid. Dat is dus een opmerkelijk falen van het vermogen van de partij om te onderdrukken. Ondertussen genereren officiële acties wrok, assertiviteit en activisme onder populaties die vroeger misschien apolitiek waren en in grote lijnen tevreden waren met het beleid van de CCP.’

In het kort: ondanks het feit dat de ellende waarmee individuele gelovigen te maken hebben zeer reëel is, zijn de vooruitzichten op religieuze vrijheid voor de lange termijn toch veelbelovend. Het kan zijn dat de machthebbers in China politiek tot bezinning komen en besluiten om gelovigen ter wille te zijn. Het kan ook zijn dat Beijing zijn huidige repressieve koers voortzet, waardoor een politieke omwenteling en ineenstorting van het communistisch bewind dichter bij komen. Hoe dan ook: uiteindelijk zullen de Chinezen vrij zijn om elke god te vereren die zij willen vereren.