Door Fredrick Nzwili
Slechts 60 studenten woonden de lessen bij toen deze maandag hervatten. Volgens de lokale bisschop, Joseph Alessandro, zijn Christenen nog te bang en hebben voornamelijk moslim-studenten zich ingeschreven. Voor de aanval had de universiteit zo’n 800 studenten. Toch prijzen overheidsfunctionarissen en sommige analisten de heropening van de campus aan als een nederlaag voor de terroristen.
Op 2 april bestormden schutters, zwaaiend met AK-47-geweren de universiteit. Ze hielden meer dan 10 uur huis op de universiteit en nabijgelegen campus. Tegen het einde van de belegering bleken 148 mensen, voornamelijk christelijke studenten, gedood tijdens het dodelijkste bloedbad ooit in Kenia. Al-Shabaab, de islamistische take van terreurorganisatie al-Qaeda in Somalië, eiste de verantwoordelijkheid op.
“Een politiebureau is opgericht binnen de campus. De regering beloofde ook een veiligheidsmuur rond de school te plaatsen”, aldus Ahmed Osman Warfa, een universitair docent. "Ik wou dat ik was bewapend en getraind toen de aanvallers toesloegen. Ik zou mijn studenten tegen hen hebben verdedigd. Het doet me pijn dat we zoveel van hen hebben verloren."
“Het is onwaarschijnlijk dat studenten die de aanval overleefden terugkeren naar het college,” zegt George Ogalo, nationaal directeur van een christelijke, overkoepelende organisatie op Keniaanse universiteiten en hogescholen, die met overlevenden van de aanval werkten. "Het is te vroeg voor de studenten om terug te gaan. Ze hebben littekens en wonden, zowel fysiek als psychisch, die nog te vers zijn." Volgens Ogalo zal de universiteit met voornamelijk nieuwe studenten heropenen. De overheid moet de studenten bovendien veiligheid verzekeren.
Bron: Religion News Service