De burgeroorlog in Syrië dreigt een vergeten conflict te worden. Dagelijks vallen er nieuwe slachtoffers. Maar dat verontrust niemand meer, omdat dit inmiddels dagelijkse routine is. Dat zegt aartsbisschop Mario Zenari, de pauselijke nuntius in Syrië.
Volgens Zenari zijn de levensomstandigheden in de Syrische hoofdstad Damascus sterk achteruitgegaan. Dat is het gevolg van het handelsembargo en de aanhoudende gevechten tussen rebellen en het regeringsleger. "In veel voorsteden wordt dag en nacht gevochten. Bij de bombardementen zijn ook veel kinderen het slachtoffer. Beide partijen vragen steeds vaker losgeld voor de vrijlating van gijzelaars", aldus de nuntius.
De aartsbisschop zegt dat de Kerken nog de enige instellingen zijn waarvan de structuur nog functioneert. Steeds vaker doen andere geloofsgemeenschappen zoals moslims en alevieten op hen een beroep. "Priesters en religieuzen blijven zich inzetten voor de verzoening, maar steeds vaker zetten zij daarbij hun leven op het spel."
Tegelijkertijd klaagt de nuntius de groeiende inmenging van het buitenland in de Syrische burgeroorlog aan. "Daardoor wordt de oorlog telkens weer gevoed en wordt een vreedzame uitweg zoals in de andere Arabische landen verhinderd. De bevolking zelf kan op geen enkele manier haar mening kenbaar maken en zij heeft ook geen enkele hoop dat zij haar normale leven kan hervatten", aldus Zenari.