De dreiging van een Amerikaanse aanval op Syrië heeft tot een toename van het aantal vluchtelingen in Libanon geleid, verklaarde de voorzitter van de Libanese organisatie Caritas, Mgr. Simon Faddoul, aan Kerk in Nood. Hij zei afgelopen vrijdag: "Nu de militaire aanval is uitgebleven, is het aantal vluchtelingen weer tot het oorspronkelijke niveau teruggekeerd." "De regering van Libanon", zo vervolgde Faddoul, ‘schat het aantal Syriërs in Libanon op ongeveer 1,4 miljoen. Van hen zijn 1,1 miljoen vluchtelingen; de overigen waren al in het land toen de vijandelijkheden uitbraken." "Als het tot een beslissende slag om Damascus komt, dreigt een vluchtelingenramp," voegde Faddoul hier diep bezorgd aan toe.
Het grote aantal vluchtelingen in Libanon werkte al destabiliserend op het land. "Het laatste rapport van de Wereld Bank laat zien hoe desastreus de Syrische oorlog is voor de Libanese samenleving, veiligheid en economie.", zo benadrukte het hoofd van Caritas. Volgens de meest recente schattingen van de Wereld Bank, zal het conflict de Libanese economie aan het eind van het lopend jaar op een verlies van US$ 7,5 miljard komen te staan. Daar komen, volgens de terneer geslagen Faddoul, nog de sociale en veiligheidsproblemen bij. "De toekomst ziet er somber uit." De Maronitische priester benadrukte echter dat het aantal vluchtelingen dat weigerde zich bij de Verenigde Naties te registreren ‘aanzienlijk’ is gedaald. Velen zijn tot het besef gekomen dat registratie de enige mogelijkheid is om medische zorg te krijgen. Was het aantal weigeraars aanvankelijk nog 40%, dit aantal is nu gedaald tot 20, zo zei Faddoul.
Zijn organisatie heeft tot nu toe, met de hulp van Kerk in Nood, de zorg voor 125.000 vluchtelingen in het gehele land op zich genomen. Van hen zijn ongeveer 10.000 Christenen en de overigen Moslims. Faddoul maakt zich zorgen over de komende winter. "Wij hebben alles nodig: dekens, verwarmingsolie, kleding, voedsel, medische artikelen, financiële steun voor huisvesting en zo voort. Onze middelen zijn nooit toereikend. Maar wij doen wat we kunnen met wat we krijgen." Zuster Georgette Tannoury van de congregatie van de Goede Herder sprak aan Kerk in Nood ook haar zorg uit over de ontwrichtende effecten van het conflict in Syrië. Zij staat aan het hoofd van een kliniek die vrij toegankelijk is voor vluchtelingen in de Libanese hoofdstad Beiroet. De kliniek biedt dagelijks aan meer dan 150 Syriërs zorg, merendeels vrouwen en kinderen. Kerk in Nood steunt deze humanitaire hulpverlening. "Het aantal Syriërs is bijzonder groot", zegt zuster Georgette. "Het wemelt van kinderen op straat; ze rennen ook tussen auto’s om te bedelen. We hebben nog nooit zoveel roofpartijen en andere criminaliteit in het land gezien als dit jaar. Hierdoor neemt de frustratie in Libanon tegenover het grote aantal vluchtelingen toe. Ik hoorde van een vrouw dat ze bang is haar dochter de straat op te laten gaan om boodschappen te doen."
Anders dan bijvoorbeeld Jordanië, heeft Libanon geen opvangkampen, met als gevolg dat de vluchtelingen over het gehele land verspreid zijn. "Vaak wonen ze in garages. Gezinnen die in grote huizen woonden, moeten nu kamers delen met wel 15 mensen. Hun kinderen komen hier tegen in opstand en zoeken hun heil op straat." De benarde omstandigheden brengen, volgens zuster Georgette, de mensen vaak tot wanhoopsdaden. "Een vrouw vertelde me dat haar man haar tot prostitutie had gedwongen om het gezin te kunnen voeden. Een vader verkocht zijn 13-jarige dochter aan een zestigjarige man om aan geld te komen. Ik hoor dit soort verhalen de hele dag door. Moge God zich over deze mensen ontfermen. Ik dank Kerk in Nood voor haar hulp. Wij blijven de armsten onder de armen helpen."
Bron en foto: Kerk in Nood