Kerk in Nood Nieuwsdienst, 24 Augustus 20011
Inclusief foto’s van aanvallen tegen Christenen in Kandhamal, Orissa van Augustus 2008
- Werken aan verzoening zeer nodig, zegt de aartsbisschop Barwa
- Kerken onder bewaking tijdens verjaardag van geweld
Tijdens een toespraak bij gelegenheid van de verjaardag van één van de meest gewelddadige antichristelijke geweldplegingen in het recente verleden riep een aartsbisschop in de Indiase staat Orissa op tot hernieuwde actie tegen godsdienstige onverdraagzaamheid.
Volgens aartsbisschop John Barwa van Cuttack-Bhubaneswar moet er meer worden gedaan om tot verzoening te komen in het Kandhamal district in Orissa waar drie jaar geleden aanslagen in bijna 300 dorpen aan meer dan 70 mensen het leven kostte. Minstens 25.000 mensen vluchtten voor hun leven in het geweld dat met de moord op de politieke activist Swami Laxmanananda Saraswati op 23 augustus 2008 tot uitbarsting kwam. Tegen de achtergrond van aanhoudende spanning en berichten over een komende bijeenkomst van extremisten, verklaarde aartsbisschop Barwa dat geen herdenkingsbijeenkomsten op het programma staan en dat de politie de belangrijkste kerken in Kandahamal streng bewaakt.
Tijdens het geweld in augustus-september 2008 werden meer dan 170 kerken en kapellen geheel of gedeeltelijk verwoest naast de 100 die in de Kerstdagen van 2007 in brand waren gestoken en die 3000 mensen op de vlucht hadden gejaagd.
In een interview met de Katholieke hulporganisatie Kerk in Nood, zei aartsbisschop Barwa: "In de laatste drie jaar is er gewerkt aan wederopbouw en dialoog." Hij voegde hieraan toe: "Maar er zijn mensen die nog steeds bang zijn. Ook al is er enige vooruitgang naar vrede en recht, er moet toch nog veel gebeuren." De aartsbisschop, missionaris van het Goddelijk Woord (SVD), verklaarde: "Mijn boodschap is duidelijk: we hebben vrede en rust nodig "geen geweld meer, geen doodslag. De Christelijke gelovigen hebben het recht in Kandhamal te verblijven. Zij groeien in geloof." Hij voegde hieraan toe dat een aantal lokale groepen in Kandhamal problemen bleven geven, door de levering van bouwmaterialen te blokkeren evenals andere benodigdheden voor huizen van Christenen en kerken. "We hebben genoegdoening gekregen voor wat er in Kandhamal is gebeurd, maar we zijn enigszins ontmoedigd. Lagere ambtenaren werken tegen terwijl de hogere bestuursorganen hun best doen. Ofschoon er mooie woorden worden gesproken over de noodzaak van recht, worden deze niet altijd in daden omgezet." Met een nadrukkelijke verwijzing naar de vooruitgang op ander gebied, zei hij dat de "meeste" mensen die in 2007 en 2008 gevlucht zijn, nu naar Kandhamal zijn teruggekeerd, voornamelijk dank zij de bouw van meer dan 3.700 huizen, een aantal dat aan het eind van dit jaar naar verwachting tot 4000 zal zijn opgelopen.
De aartsbisschop sprak vervolgens zijn dank uit aan Kerk in Nood voor haar hulp bij de herbouw van kerken die beschadigd of verwoest waren tijdens het geweld tegen Christenen in India. Hij voegde hieraan toe: "De belangrijkste parochiekerken in Kandhamal zijn nu hersteld of herbouwd, maar dit is niet het geval met veel kerken en kapellen in de kleinere dorpen."
Hulp ter waarde van € 30.000 is ook verleend voor professionele hulpverlening en traumabehandeling voor slachtoffers van de gruweldaden. Aartsbisschop Barwa zei hierover: "We zijn allemaal zeer dankbaar aan die vele mensen die ons hebben gesteund met hun hulp en gebed."
De dreiging van politiek extremisme dat het op Christenen heeft gemunt, is een aanhoudend probleem dat zich niet tot Orissa beperkt maar zich ook elders in India voordoet. Op zondagavond 21 augustus werd de Katholieke Maria Kerk in Pune, West-India aangevallen "het tabernakel half verbrand, kerkelijke schilderingen met graffiti beklad en Bijbels en andere kerkboeken kapot gescheurd en over de grond gesmeten.
Aartsbisschop Barwa zei: "De zorgen die we hebben houden aan "we moeten werken aan vrede, terwijl we het recht op onze aanwezigheid hier handhaven."
