Verleden jaren mocht de orde van de Missionarissen van het Onbevlekt Hart van Maria (beter bekend onder de naam "Missionarissen van Scheut") het 150 jarig bestaan vieren van de orde. Hoewel de orde oorspronkelijk, in 1962, werd gesticht voor de missie in China, is zij nu werkzaam in 23 landen op vier continenten. De paters dragen o.a. zorg voor parochies in meerdere bisdommen in Kameroen en Senegal.
Een aantal van de parochies die door de Paters worden bediend, liggen in steden, andere liggen in landelijke, afgelegen of ondoordringbare gebieden.
In het Zuiden van Kameroen met zijn tropische regenwoud is het door de zware regenval in de regentijd maandenlang heel moeilijk om je te verplaatsen. Het Noorden van Senegal daarentegen ligt in het Sahelgebied, waar net als in het Noorden van Kameroen een extreem warm klimaat heerst en nauwelijks regen valt. Mensen en dieren lijden dan onder de droogte en de honger. In het Senegalese bisdom Louis, dat grenst aan de Islamitische Republiek Mauritanië, tracht de Kerk te overleven in een volledig islamitische omgeving.
Dat alles vraagt veel moed van onze medebroeders, zendingsijver en vooral vreugde aan de missie. Onze medebroeders geven zich werkelijk over aan hun missieactiviteiten en zij houden van de missie, vooral van de mensen tot wie zij gezonden zijn."
De orde heeft geen gebrek aan roepingen: de ordesprovincie voor West- en Centraal-Afrika heeft momenteel 42 seminaristen. Een van hen is François Xavier. Na zijn eindexamen van de middelbare school wilde hij gaan studeren "zoals elke goede jonge Kameroenees met ambitie" , zoals hij zegt. Maar plotseling liet één gedachte hem niet meer met rust: "Ik had de indruk dat iemand mij nodig had, en ik kreeg het verlangen om Christus beter te leren kennen." Eerst was zijn trots sterker en concentreerde hij zich volledig op zijn studie. Maar op een dag gaf hij alles op om de stem van God te volgen en trad hij in bij de orde van de Missionarissen van het Onbevlekt hart van Maria. Ook de jonge Marcel volgde uiteindelijk de stem van God, die hij al had opgemerkt toen hij nog naar school ging. Zijn moeder nam deze wens eerst niet helemaal serieus. Later, toen Marcel volhield dat hij priester wilde worden, was het voor haar heel moeilijk omdat ze zo graag kleinkinderen had gehad en Marcel haar enige kind is. De jonge man voelde zich daardoor eerst ontmoedigd en ging niet meer naar de kerk, maar innerlijk werd hij steeds ontevredener en ongelukkiger. "Destijds heb ik begrepen dat een leven zonder Christus onverdraaglijk is", zegt hij nu. Hij meldde zich dus aan voor een jeugdgroep, waarin roepingen worden gestimuleerd. Het motto van de H. Vader voor de 47ste Wereldgebedsdag voor roepingen 2010: "Getuigenis doet roepingen ontstaan" deed Marcel erkennen dat hij zijn hele leven aan Christus wilde geven. Ondertussen had hij al een heel praktijkjaar doorgebracht in een parochie. Deze ervaring sterkte hem in zijn verlangen om in de Orde van de Missionarissen van het Onbevlekte hart van Maria in te treden, om "de Blijde Boodschap te brengen aan de volkeren die het Evangelie nog niet kennen". Ondanks de weerstand van zijn familie gaat hij zijn eigen weg.
Elk van de 42 seminaristen heeft zo zijn eigen roepingsverhaal. Wat zij gemeenschappelijk hebben, is dat zij alles hebben opgegeven om Christus na te volgen en hun naasten te dienen, waar ze ook naartoe worden gezonden. Kerk in Nood steunt hun opleiding ook dit jaar weer met 10.400 euro.
Dit project is een voorbeeld van het werk dat Kerk in Nood doet. Uw gift zal aan dit project of aan een soortgelijk project worden besteed en de pastorale arbeid van KIN mogelijk maken.
Projectcode: 113-02-79