In Iran zijn op nieuwjaarsdag vier Christenen door de politie geslagen en gearresteerd omdat ze in een huiskerk bij elkaar waren om te bidden.
Sara Rahimi-Nejad, Mostafa Nadri, Majid Sheidaei en George Jesaja waren in een woning in Karaj, een voorstad van Teheran, toen de politie het huis bestormde, hen sloeg, inrekende en overbracht naar een geheime locatie. Dat meldt de Vaticaanse missiepersdienst Fides.
Het Iraanse persbureau Mohabat News liet aan Fides weten dat een agent in burger de persoonlijke bezittingen, waaronder boeken, computers en aantekeningen, van de vier in beslag heeft genomen.
Verder zijn met kerst Faegheh Nasrollahi, Mastaneh Rastegari, Amir Hossein-Nematollahi, Ahmad Bazyar en Hosseini aangehouden in een huiskerk in Teheran.
Lokale bronnen zeggen dat de politie met kerst en oud en nieuw de druk op de christelijke gemeenschap opvoert door het aantal invallen op huiskerken te intensiveren. Die worden door de overheid als illegaal en gevaarlijk beschouwd.
De politie zou naar verluidt proberen bekentenissen af te dwingen van de gearresteerde christenen en hun laten beweren dat ze vanuit het buitenland betaald worden om het christendom te bevorderen in Iran.
Volgens een onlangs verschenen rapport van Open Doors, een organisatie die vervolgde christenen steunt, behoort Iran tot de top tien landen van de wereld waar christenen het meest worden vervolgd.
In de Islamitische Republiek Iran, zoals het land voluit heet, is de wetgeving gebaseerd op de sharia. Van de bijna tachtig miljoen inwoners is 98 procent moslim. Iran is een van de vier islamitische republieken ter wereld. De andere drie zijn Pakistan, Afghanistan en Mauretanië.