India: overheid geeft toe dat radicale hindoes christenen belaagden

dinsdag, 14 juli 2015
Nieuws
De regering van Orissa geeft toe dat radicale hindoes betrokken waren bij het geweld tegen christenen in 2008.
orissa_india_protest

De regering van Orissa geeft toe dat radicale hindoes betrokken waren bij het geweld tegen christenen in 2008.

De minister-president van de Indiase deelstaat Orissa heeft officieel erkend dat radicale hindoe-organisaties betrokken waren bij het anti-christelijk geweld in Kandhamal. De premier schreef dit in antwoord op een serie vragen van Adikand Sethy, een parlementariër van de Communistische Partij van India (CPI). Sethy wilde weten welke organisaties betrokken waren bij de gewelddadige rellen, hoeveel relschoppers er waren gearresteerd voor hun gewelddadig optreden en in welke gebieden huizen waren verbrand en vernield.
De eerste minister antwoordde dat leden van de Rashtriya Swayamsevak Sangh (RSS), de Viswa Hindu Parishad (VHP) en de Bajarang Dal (BD) een aandeel hadden gehad in het geweld. Hij zei dat 85 mensen van de RSS, 321 van de VHP en 118 van de BD waren gearresteerd. In alle 113 politiedistricten waren huizen verbrand of verwoest. 27 mensen zitten daarvoor volgens de premier gevangen.
Afwachten
Het oproer dat vorig jaar tegen christenen gericht was, is ook onderwerp van debat in het federale parlement in New Delhi, waardoor het nationale en internationale aandacht heeft gekregen. Het schrijven van deelstaatpremier Naveen Patnaik is een beslissende stap op weg naar openbaarmaking van wat er tijdens de anti-christelijke rellen in augustus 2008 is gebeurd. Tot nu toe heeft de overheid van Orissa steeds de betrokkenheid van hindoes ontkend en de gebeurtenissen steeds voorgesteld als etnische gevechten tussen verschillende stammen.

De bisschop van Cuttack-Bhubaneswar, mgr. Raphael Cheenath zei tegen persbureau AsiaNews dat hij blij was dat de regering van Orissa nu toegegeven heeft dat organisaties van radicale hindoes achter het bloedbad van onschuldige christenen zaten. "We zullen afwachten en zien of de daders berecht worden," zei mgr. Cheenath. (AsiaNews)