In de afgelopen jaren vormde de regio Araucanía in het zuiden van Chili het schouwtoneel van gewelddadige aanslagen tegen de bevolking. Honderden mensen werden het slachtoffer van het “Mapuche-conflict” (de Mapuche zijn een inheems volk dat in het zuiden van Chili woont). Extremistische groeperingen pleegden brutale brandaanslagen om, zoals ze zeiden, het territorium te verdedigen dat ooit aan hen toebehoorde. Sinds 2014 worden ook kapellen en kerken in de regio bedreigd. In totaal werden 15 religieuze gebouwen – twaalf katholieke en drie evangelische – in brand gestoken, waarvan elf alleen al in 2016. Het gaat om de centra van landelijke christelijke gemeenschappen die in hun regio enorme diensten bewijzen.
Een van de laatste aanslagen was gericht op het priesterseminarie San Fidel, dat deel uitmaakt van het bisdom Villarica. In mei 2014 werd die plaats bezet door verscheidene Mapuche-groepen, die op 8 maart van dit jaar uit de gebouwen werden verdreven. In dit in 1925 opgerichte seminarie kregen zowat 350 priesters hun opleiding. Er werd gehoopt om er 60 seminaristen te kunnen in onderbrengen zodra de Kerk de vier gebouwen zou terugkrijgen die van haar waren afgenomen. Nu zijn twee verdiepingen van het centrale gebouw inclusief de kapel door de brand volledig vernield. Volgens het bureau voor religieuze aangelegenheden (ONAR) belijdt 55 procent van de Mapuche het katholieke geloof en beschouwt 37 procent zichzelf als evangelisch. De Mapuche zijn een overwegend vreedzame gemeenschap, die ook zelf het slachtoffer is van de gewelddaden die in haar naam worden begaan.
Sinds 2014 zijn in totaal 15 katholieke en evangelische religieuze gebouwen in het zuiden van Chili in vlammen opgegaan. Francisco Javier Stegmeier, de bisschop van Villarrica, sprak met ACN Chili over de situatie waarmee de christenen in deze regio worden geconfronteerd. “Deze gelovigen, die op een zo gruwelijke manier in hun geloof werden geraakt, reageren consequent zoals dit geloof voorschrijft, als ware getuigen van Christus.”
Hoe is de sfeer onder de gelovigen gezien die aanslagen? Op welke manier raakt hen dat?
De gelovigen die rechtstreeks te maken krijgen met de brandaanslagen op hun kerken, voelen zich triest, ontdaan en machteloos. Ze zijn het slachtoffer van de onredelijkheid en de onrechtvaardigheid van het criminele gedrag van personen of groeperingen die met de levenswijze van de inwoners van deze streek helemaal niets te maken hebben.
Alle gemeenschappen die het resultaat van jarenlang werk op enkele ogenblikken tijd hebben zien afbranden, bestaan uit gelovigen die overwegend arme Mapuche zijn. Toch reageren die gelovigen, die op een zo gruwelijke manier in hun geloof werden geraakt, zoals dit geloof voorschrijft, als ware getuigen van Christus. Tot op vandaag heeft niemand van hen ooit met één woord gerept over haat en wraak tegenover de daders van die aanslagen. Zij willen verzoening, zij willen hen vergiffenis schenken en hen opnieuw ontmoeten in een geest van christelijke broederlijkheid.
Wat is het antwoord van de Kerk op die gewelddaden?
De Kerk moet daarop altijd antwoorden met het vertrouwvolle gebed tot de Heer en niet alleen voor de slachtoffers van die aanslagen, maar ook voor de daders bidden. Als christenen moeten wij allen liefhebben, ook onze vijanden die ons schade berokkenen. Naar het voorbeeld dat Jezus Christus ons gegeven heeft, moeten wij iedereen elke vorm van belediging vergeven, zo vaak als dat nodig is. Wij weten dat het volledige en definitieve antwoord op geweld en haat in de persoonlijke en sociale bekering tot Christus, de Vredesvorst, ligt die de mensen met God en onder elkaar verzoent. Met de verkondiging van Jezus Christus zorgt de Kerk ervoor dat alle leden van de samenleving de weg van de vrede kiezen.
Welke oplossing ziet u voor het probleem?
Het probleem waarmee onze regio wordt geconfronteerd, is complex en sleept al lang aan. Daarom is er nood aan een ingrijpende en welgemeende oplossing die op waarheid en gerechtigheid gesteund is. Daaraan moeten allen op een passende wijze meewerken. Het volk van de Mapuche werd onrecht aangedaan en die schuld moet worden rechtgezet. Dit doel kan alleen worden bereikt door een realistisch en doeltreffend beleid van de staat. De maatschappij, van haar kant, moet de eigenheid van het Mapuche-volk erkennen, zijn cultuur waarderen en de interculturaliteit als een uitdrukking van diversiteit beschouwen die ons niet scheidt maar integendeel verenigt en die voor alle partijen een verrijking betekent. Deelname en gemeenschap zijn van essentieel belang om tot een oplossing te komen. In die zin dragen gewelddadige groeperingen niet bij aan een oplossing, maar vormen ze net een deel van het probleem. Geweld leidt tot meer geweld en onrecht kan niet worden hersteld door nog meer onrecht. Om een oplossing te vinden, is de goede wil van alle betrokkenen een absolute noodzaak, net als de oprechte bereidheid om vergiffenis te schenken en naar verzoening te streven in een geest van waarheid, gerechtigheid en liefde.